maandag 28 maart 2011

Kaizers Orchestra, Bernhoft

Kaizers Orchestra, Bernhoft
Concertzaal Vooruit, Gent
27-03-2011

Meestal zijn voorprogramma’s niet van die aard om lang bij stil te staan, maar voor Jarle Bernhoft maken we een uitzondering. Als zanger was hij vroeger actief bij de Noorse rockers SPAN. Tegenwoordig gaat hij solo op pad en in 2008 bracht hij zijn debuutalbum ‘Ceramik City Chronicles’ uit. Bernhoft heeft zich toegelegd op blues en soul en ontpopte zich hier als een blanke versie van Robert Cray. Jarle heeft bovendien een weids stembereik en kan echt wel hoog uithalen. Door het gebruik van loops creëerde hij zichzelf een achtergrondkoor of genoeg instrumenten om de indruk te krijgen dat er een band op het podium stond. Hij kreeg het publiek op zijn hand met zijn grappige bindtekstjes, zijn zin voor relativeren en een originele versie van ‘Shout’ van Tears For Fears. Ik ken ook weinig artiesten die als voorprogramma het publiek aan het zingen krijgen. Bernhoft deed het hem.
Voor de meesterlijke Noorse live band Kaizers Orchestra was de concertzaal van de Vooruit maar voor de helft vol gelopen. Voordeel was dat het allemaal mensen waren die de groep op handen draagt. Dat zou later op de avond nog wel blijken. De Kaizers zijn bezig met een groots project bestaande uit drie platen. Eentje hebben ze al op de markt gegooid: ‘Violette Violetta Vol. 1’. Voor januari 2012 staat deel twee op de planning en het laatste deel van de trilogie zou verschijnen in november van dat jaar. ‘Violette Violetta Vol. 1’ werd door muziekrecensenten alvast lovend onthaald en bestempeld als een nieuw hoogtepunt in hun oeuvre. Het was dan ook dit album dat ze aan het Gentse publiek kwamen voorstellen. Kaizers Orchestra speelt intelligente, soms stevig onderbouwde rock, maar een deel van hun werk zit ook in de sfeer van zigeunermuziek, vermengt met punk, Noorse volksmuziek en Oost-Europese klanken. Naast de charismatische zanger Janove Ottesen, beter gekend als Janove Sjakalen Kaizer is toetsenist Helge Risa, alias Helge Omen Kaizer de maestro van het sextet. Die hield verscholen achter zijn gasmasker de muzikale touwtjes in handen. De eerste drie songs waren nogal rommelig gespeeld en even waande ik me op een optreden van dat andere zigeunerorkest Gogol Bordello. Gelukkig gooide men het toen over een andere boeg en bracht de gekke bende hun naar mijn smaak betere werk. Meer goed onderbouwde op rock afgestemde nummers met af en toe een vreemde wending én een donker randje met als hoogtepunt ‘Svarte Katter & Flosshatter’. Janove zingt in een zelfs voor Noren onverstaanbaar dialect en toch kreeg hij de toeschouwers aan het zingen. Naast uitstekende muzikanten zijn het goedlachse, sympathieke knullen met gevoel voor humor en dat droeg zeker bij tot de warme ontvangst die hen in Gent te beurt viel. Spijtig dat de bisronde met ’Min Kvite Russer’ beperkt bleef tot één nummer, want het enthousiaste publiek bleef maar roepen om meer, maar bleef jammer genoeg op zijn honger zitten. 

zaterdag 26 maart 2011

Tephra


Tephra
Tempel
Golden Antenna
Het Duitse Tephra heeft al twee releases op zijn conto en voor het uitbrengen van hun derde worp vond men onderdak bij het Golden Antenna label. De groep is afgedwaald van hun sludge/doom metal stijl en kiest nu voor een mix van een experimentele vorm van postrock/metal met melodieuze, instrumentale, naar progressieve rock neigende passages. Het geheel klinkt op die manier wat meer toegankelijk tot wanneer zanger/gitarist Ercüment zijn grommende, klauwende stem in het strijdperk gooit en je weer kniehoog in de sludge vijver staat. Dat is het geval met ‘Ghost’, ‘Chains And Pounding Hooves’ en ‘How The West Was Lost’. Het knarst en wringt toch een beetje, want op ‘Tempel’ staan ook een paar instrumentale tracks (‘Agra’, ‘City Immersed In Dust’, ‘Seven Teeth’) en die werken eerder relaxed in plaats van de luisteraar naar de keel te grijpen. ‘Tempel’ is een wat onevenwichtig album (de instrumentale nummers duren wat te lang), maar veel wordt goedgemaakt door de gedegen manier van spelen. Deze jongens hebben, als ze goed aanpakken, zeker nog een groeimarge. 

Sharon Next


Sharon Next
Fast Farewell
Danse Macabre
Formatie die in 1995 in Wenen werd opgericht door Michel Ruin en Helmut Prixs. Het was geleden van de ep ‘Embrace In Holyhead’ dat het Oostenrijkse viertal nog van zich had laten horen. Met deze ‘Fast Farewell’ zijn ze toe aan hun vijfde release. Sharon Next maakt deel uit van de darkwave/electro/future pop beweging en dan denken we in de eerste plaats aan De/Vision. De stemming op ‘Fast Farwell’ is dan ook een beetje triest en melancholisch. De beste songs zijn toeval of niet, degene die in het Duits worden gezongen (‘Der Hase’, ‘Wünsche’ en ‘Ich Kann’). Zanger Prixs voelt zich duidelijker beter in zijn sas als hij in zijn moedertaal mag zingen. Hopelijk doet men hier iets mee, want de Engelse teksten zijn kwalitatief zwak en zowel Helmut als zijn medemuzikanten gaan daar onder gebukt. Behalve dan in songs als ‘Holyhead’, ‘Fairytale Romance’ en ‘In My Sphere’ waar melodie en arrangement de nummers naar een aanvaardbaar niveau tillen. Degelijk plaatje, maar ook niet meer dan dat.

mOss circle


mOss circle
mOss circle
March On Spotted Salamanders/Wild Siren
Afkomstig uit het Amerikaanse Vermont, de ‘Green Mountain State’ die bekend staat voor zijn herfstkleuren, melkproducten en ahornstroop proberen Margot Day en haar kompanen de prog/folkrock van de jaren zestig - de muziek van de flower power generatie, maar dan zonder de politiek gekleurde teksten – nieuw leven in te blazen. Tegenwoordig noemt men dit ‘fantasy rock’ of hoe verkoop ik oude wijn in nieuwe zakken. Hier zijn het bosnimfen, kabouters, draken en vliegende zwammen die het mythische wereldje van mOss circle bevolken. De stem van Day doet denken aan die van Joan Baez , Sonja Kristina van Curved Air en de Deense zangeres Annisette Hansen van The Savage Rose. Het samenspel van dwarsfluit en elektrische gitaar brengt Jethro Tull in herinnering, maar daar houdt de vergelijking ook op. De  zeurderige, dreinende stemmen van Margot Day en wederhelft Kurtis Knight, de amateuristische productie en het zwakke songmateriaal nodigen zeker niet uit tot een vreugdedans rond het kampvuur. Men vraagt zich af wat sommige mensen bezield om een muziekcarrière na te streven. mOss circle behoort tot die categorie.

Gorgot


Gorgot
Schmerzkiller
Danse Macabre
Electro/industrial/EBM duo met oog voor zowel de underground scene als de clubtenten en danstempels. Waar het ‘Schmerzkiller’ ontbreekt aan originaliteit maakt de frisse, opwindende inbreng van kille, dreigende beats, samples en gedeclameerde slagzinnen en tekstfragmenten over oorlog, dood en andere minder fraaie, menselijke eigenschappen veel goed. In het genre is er echter een overaanbod aan dit soort van acts. Vraag is of deze release sterk genoeg is om zich te onderscheiden van de massa. Gorgot slaagt daar maar gedeeltelijk in. De totale speelduur bedraagt een uur, doch dat had best wat minder mogen zijn mits enkele ondermaatse/stereotiepe tracks gewoon te deleten. In die categorie horen onder meer het tot vervelens bonkende tweeluik ‘Synapsenfick’ en ‘Organismus’. Tot het betere werk mag je zeker ‘Gott Hasst Uns’, ‘Zerschneiden’, de titelsong, ‘Nur Ein Witz’ en ‘Gummi Und Gas’ rekenen.

EyesShutTight


EyesShutTight
Secret Destroyer
Danse Macabre
Met de ogen dicht naar deze cd geluisterd van EyesShutTight en daarna eens met de ogen open. Het maakte weinig of geen verschil uit om mij een mening te vormen over ‘Secret Destroyer’. Dit Duitse combo brengt industrial metal, maar dan een herkauwde versie van wat Marilyn Manson, Nine Inch Nails, Treponem Pal en konsoorten al eerder hebben gebracht. De eigen inbreng is, op een paar aparte samples na, erg beperkt en de stem van zanger trashedsoul biedt hier evenmin een meerwaarde. Driekwart van de songs is erg matig te noemen. Toch hebben ze met ‘Ask Yourself’, ‘G.O.D.’, ‘Childlike Face’ en ‘Mother Darksome And Divine’ een viertal nummers die er pal op zijn. Voor een debuutalbum is dit niet slecht, maar ook verre van schitterend. Nee, bij EyesShutTight hebben ze nog veel werk voor de boeg alvorens ze met de grote jongens mogen meedoen.

vrijdag 25 maart 2011

Extinction Front


Extinction Front
Destruction Show
Danse Macabre
Ja er bestaat zoiets als een Spaanse industrial/electro beweging. Eén van zijn componenten is het project Extinction Front. Op een brutale, weinig aan de verbeelding overlatende wijze wil het combo ons hun eigengereide boodschap over het einde der tijden in de strot rammen. De snoeiharde beats en agressieve dreunen bonken acht nummers lang in op de hersenpan. Deze vorm van aggrotech en hellectro is deze dagen niet meer relevant. De simplistische en uit slogans opgetrokken teksten versterken nog de intrinsieke zwakte van dit werkstuk. Op de cd staan nog een paar extra remixen en de video van ‘Shut The Fuck Up’ als bonus. Als dit een degelijk album was geweest kon je hier blij om zijn. Nu is het alleen maar een pijnlijk verlengstuk. Het maakt de lijdensweg nog wat langer. 

Delica-M


Delica-M
driftbetween
Danse Macabre
Het Canadese Delica-M staat met één been midden de electro scene van de jaren tachtig en met het andere been staat men onvast, schuifelend en zoekend in de hedendaagse electro en synthpop subcultuur. De stemmen van zanger Herman Wang en zangeres Emily Burt en het wat donkere en ijle sfeertje dat men creëert bevestigd deze beeldvorming. Beide vocalisten klinken een tikkeltje broos, kwetsbaar, aarzelend. Bij sommige van de nummers zoals ‘Automatic No’, ‘What Goes Round’ en ‘Better Believe This’ mist dit zijn uitwerking niet. Bij andere gaat die vlieger helemaal niet op. In ‘Ego Games’ zoekt men zowaar aansluiting bij Nine Inch Nails. Daar is op zich niks mis mee, maar dan moet je wel volle bak gaan. Ook de slappe synthpop van ‘Harmless Fun’ of afsluiter ‘Pick Up’ missen zeggingskracht. Delica-M is, zoals de titel van de plaat weergeeft, enigszins een groep op drift en het viertal zet zichzelf tussen hamer en aambeeld. ‘driftbetween’ is een erg wisselvallige en bij momenten een veelbelovende plaat. Maar juist dat laatste komt te weinig tot uiting.

Butzemann

Butzemann
Merechyn
Danse Macabre
Iedereen kent wel de boeman als kinderschrik. De kindjes met vreselijke verhalen angst aanjagen is een gegeven van alle tijden. Het broederpaar Chris en Andreas Bargel brengt hier een eigen, zeer vrije interpretatie van verschillende sprookjes en vertelsels. Hun schepping van een sprookjeachtige omgeving is er één van duistere krochten, inktzwarte nachten en donkere spelonken. Om het album muzikaal aantrekkelijker te maken gingen de Bargel broers op zoek naar aparte invalshoeken. Deze verwoede expeditie blijkt niet altijd een meevaller te zijn. Men gebruikt zowel metal, folk, electro, industrial en gothic elementen om het geheel muzikaal in te kleuren. Afwisselend wordt er geschreeuwd, gedeclameerd of gefluisterd. De samenhang is dan ook ver te zoeken. Oké, er zitten soms aardige vondsten tussen, zoals in ‘Fleisch’, het ingetogen ‘Der Rote Stein’, ‘Rosenrot’, ‘Mein Kind’ of ‘Pfefferkuchen’. Doodleuk zijn ook de bindteksten die elk nummer, behalve afsluiter ‘Der Rattenfänger’, voorafgaan. Geen plaat echter die diepe sporen nalaat.

Berliner Bomben Chor





Berliner Bomben Chor
With Greetings From Hell
Danse Macabre
Dit Duitse vijftal is een samenraapsel van muzikanten die in weinig bekende bands als Bellgrave, Pharao, Morbid Mind en Devilskiss actief waren. Het gezelschap gaat ten rade bij groepen als Danzig, Metallica, Bad Religion en Rammstein om het muzikale statement dat ze zelf omschrijven als ‘satanic blues & roll’ kracht bij te zetten. Daarnaast maakt men gebruik van wat gothic en symfonische metal invloeden in de figuur van zangeres Fräulein D. die met haar engelenstem voor wat tegengewicht zorgt bij de diepe bariton van zanger Ilja Muromez. De op Satan en zijn leefwereld geïnspireerde teksten dragen ook niet bij aan een verfrissende kijk op het muzikale traject van BBC. De opgeblazen bombast in nummers als ‘Danzig On My Back’, ‘Frozen Soul’ en ‘The One With The Nails’ is er zelfs ver over en ronduit lachwekkend. Met veel goede wil zijn er een viertal songs die een beetje niveau halen. De rest is echt ondermaats.

zaterdag 12 maart 2011

...And You Will Know Us By The Trail Of Dead


Een kunstenaar is iemand die de nadruk legt op het bewandelen van de weg in plaats van op de bestemming.

8 februari 2011 verscheen de nieuwe langspeler ‘Tao Of The Dead’ van het Amerikaanse Trail Of Dead. Het is het zevende studio album van de band rond Conrad Keely (die ook verantwoordelijk is voor al het artwork) en Jason Reece. Zelf omschrijven ze het nieuwe album als verfrissende nostalgie; een hommage aan acts als Pink Floyd, Yes, Rush en Neu! Als producer werkten ze opnieuw met Chris Smith die ook hun titelloze debuut uit 1998 voor zijn rekening nam. Het heeft wat voeten in de aarde gehad om één van de twee heren te spreken te krijgen. Uiteindelijk is het toch gelukt en gesprekspartner van dienst was Conrad Keely.
Paul Van de gehuchte

De meest recente release is altijd de beste

Meestal vinden artiesten dat hun nieuwste werk ook hun beste is. Is dat ook het geval voor ‘Tao Of The Dead’?
Conrad: ‘Wanneer je een artistieke uitdaging en het engagement aangaat om aan een nieuw werk te beginnen dan probeer je wanneer je studiotijd boekt of songs schrijft erop vooruit te gaan. Elk individu binnen de groepssamenstelling doorloopt een steeds veranderend proces van ontwikkeling. Het is logisch dat datgene waar je vandaag aan werkt gebaseerd is op een grotere ervaring, meer kennis en een rijker palet van mogelijkheden dan voorheen het geval was.  Het is dan ook niet zo verwonderlijk dat je er van overtuigd bent dat het nieuwe beter is dan al het voorgaande.’

Luister je nog naar jullie vorige albums?
Conrad: ‘Niet echt nee. Als ik er naar één van onze oudere platen luister dan is het naar ‘So Divided’.  Het is niet dat ik geen affectie meer heb met onze vorige platen, integendeel. Het is muziek die we lange tijd hebben gespeeld of nog spelen. Ik ken al die muziek door en door. Soms, voor we beginnen met nieuwe opnames, luister ik wel eens naar voorgaande albums, maar alleen om naar te refereren. Naar rockmuziek in het algemeen luister ik bijna nooit.’

Jullie album verschijnt in verschillende drukvormen. Is dat jullie keuze of heeft ook de platenmaatschappij daar zijn zeg in gehad?
Conrad: ‘Voor mij is het hoesontwerp en de vormgeving evenwaardig aan de muziek. Voor de release in Europa komt er een editie met een media boek waarbij me de mogelijkheid werd geboden om een volledig hoofdstuk  van mijn ‘digi-graph-novelette’ te publiceren. Vond ik persoonlijk erg gaaf. Sommige van die oplagen zijn relatief nieuw in de wereld van het verpakken of presenteren van cd’s. Ik sta wel open voor dergelijke vernieuwende ideeën.’

Creatief omgaan met beeld en muziek

Als te terugblikt op je muzikale carrière tot en met vandaag, wat zou je nog willen verwezenlijken?
Conrad: ‘Ik zou graag nog een volwaardige animatiefilm willen maken met onze muziek als soundtrack. Ik zou het misschien zelfs opsplitsen in verschillende episodes. Zo laat je tegelijk een opening voor eventuele sequels. Bassist Autry helpt me met het schrijven en ontwikkelen van verhaallijnen en met het visuele aspect zoals beeldmateriaal voor video’s. Het liefst van al zou ik alleen het schrijven van verhalen en teksten voor mijn rekening nemen en het tekenen en ontwerpen door iemand anders laten doen.’

Hoe moeilijk is het om je leven als muzikant te combineren met het leven met je familie?
Conrad: ‘Ik heb eigenlijk geen familieleven. Mijn familieleden wonen verspreid over de hele wereld. Het is niet zo eenvoudig om met hen contacten te onderhouden.’

Ik bedoelde het leven met je huisgenoten.
 Conrad: ‘Oh op die manier. De laatste tijd breng ik veel tijd thuis door. We toeren minder dan vroeger het geval was. Ik hou er van om thuis te werken met mijn gezinsleden om me heen. Ik zit dan in de leefkamer te tekenen of te schrijven. Ik ben niet het type dat zich van de wereld afsluit en alleen op een kamertje zit. Soms nodig ik zelfs vrienden uit. We voeren dan conversaties of kijken televisie. Hun aanwezigheid is een bron van inspiratie.’

Je kunst is heel belangrijk voor je, maar hoeveel tijd breng je door met musiceren?
Conrad: ‘Ik probeer toch een paar uur per dag te oefenen. Niet op gitaar, maar eerder piano, cello of viool. Ik heb spijtig genoeg geen conservatorium gevolgd. Ik heb ooit een tijdje les gekregen, maar dat was heel duur en ik had toen het geld niet om daarmee door te gaan. Ik ben in de eerste plaats een autodidact.’

Mocht je de klok terugdraaien: heb je ooit goede raad gekregen van iemand, maar die niet ter harte genomen en heb je daar nu geen spijt van?
Conrad: ‘ Moeilijke vraag. Als ik het advies in de wind heb geslagen dan moet ik daar een goede reden voor gehad hebben. Ik heb geen spijt van de keuzes die tot op heden heb gemaakt. Of beter, ik probeer van geen enkel besluit spijt te hebben.’

Toeren verveeld nooit

Jullie hebben al veel van de wereld gezien. Wat beschouw je als de meest exuberante belevenis?
Conrad: ‘Ik hou van reizen en als we bijvoorbeeld op tournee zijn dan bezoek ik graag de bezienswaardigheden en de musea van de steden waar we verblijven. Sightseeing vind ik een aangenaam tijdverdrijf. Soms lukt het niet door gebrek aan tijd. Ik zou graag meer van Spanje zien en Griekenland. Een stad als Istanbul trekt me ook wel aan. En natuurlijk is er nog Zuid-Amerika. Daar valt ook nog veel te ontdekken.’

Tijdens jullie reizen; welke beroemdheden heb je ontmoet of mee kennis gemaakt en zaten daar vreemde vogels tussen?
Conrad: ‘Ja, soms loop je wel eens iemand tegen het lijf. Beroemdheden die een beetje extravagant of zich vreemd gedragen niet nee. Laatst zag ik Michael Stipe (R.E.M.) backstage. Je kijkt wel op naar zo een ster, maar hij is een zeer aimabele man. Iemand zonder kapsones. Ik ben zeker niet het opdringerige type. Het is niet dat ik onmiddellijk op iemand toe stap of hem of haar aanspreek. Als het gebeurt dat iemand me aanklampt of het nu een bekende persoon is of niet, maakt niet uit. Een goed gesprek is altijd welkom. Ik zou wel graag eens een babbel hebben met Brian Wilson (The Beach Boys). Een geniale man die wel wat vreemde trekjes vertoont. Van mijn helden van vroeger heb ik ook nog niemand ontmoet. Op mijn verlanglijstje staan onder meer Paul McCartney, Peter Gabriel en Kate Bush.  Ik heb ze tot nu toe nog nooit ergens zien rondhangen (lacht).’

Aan wat geef je de voorkeur: een potje stomende seks of een fantastisch concert geven
Conrad: ‘hm, ik schat beide even hoog in. Rondreizen en optreden kan dezelfde vorm van bevrediging, dezelfde extase teweeg brengen als wat seks met je doet; met name klaarkomen.’

Door de jaren heen zijn er verschillende personeelswissels geweest. Om welke reden gooi je iemand uit de groep?
Conrad: ‘We hebben nog nooit niemand aan de deur gezet bij Trail Of Dead. Ze zijn allemaal op vrijwillige basis vertrokken. Onze vroegere drummer koos voor een carrière als kok, onze bassist verkaste naar Duitsland … , elk heeft wel zijn redenen om weg te gaan. Het leven binnen een muziekgroep is niet altijd wat het lijkt. Het vraagt veel inzet en toewijding en niet iedereen is bereid om bepaalde zaken op te geven. Ik kan er begrip voor opbrengen dat men andere keuzes maakt.’

Hoe moeilijk is het om iemand te vervangen?
Conrad:’ Op dat gebied mogen we ons gelukkige prijzen. We vonden bijna onmiddellijk muzikanten die hun plaats konden innemen en zich snel konden inwerken. Je muzikale smaak delen en samen muziek maken zijn intieme aangelegenheden en niet alles loopt onmiddellijk gesmeerd. Het blijft een moeilijke oefening.’

Een kijk op de wereld door de ogen van Conrad Keely

Wat is je mening over de recente ontwikkelingen in de Arabische wereld (Tunesië, Egypte, Jemen, Iran)
Conrad: ‘ Ik weet te weinig over de toestand daar om een zinnige repliek te geven. Ik zie de verslaggeving op televisie, het geweld, de woede van de bevolking. Wanneer ik dergelijke beelden zie krijg ik zin om naar daar te gaan als verslaggever. Er was een tijd dat ik dolgraag oorlogscorrespondent wou zijn. De chaos en de spanning oefenen een soort van aantrekkingskracht op me uit. Ik zie me daar echt midden de actie met mijn videocamera in de aanslag. Vermoedelijk was ik inmiddels gedood door een sluipschutter of  een verdwaalde kogel. Historische gebeurtenissen daar moet je bij zijn, ook al kan je het loodje leggen.’

Heb je interesse in politiek?
Conrad: ‘Ik beleef politiek op een heel andere manier dan de meeste politici. Ik denk bijvoorbeeld niet aan grenzen, landen of volkeren. Ik denk dat we meer baat hebben bij een wereld zonder afgebakende gebieden. Nu zijn er conflicten rond een hoop stenen, een ijsberg of een minuscuul eilandje. Maar dat stukje behoort tot het grondgebied van een bepaald land en dat moet dan kost wat kost verdedigd worden. Het nationalisme wordt erdoor aangewakkerd en dat is nergens goed voor. Globalisatie is het enige alternatief.’

En religie?
Conrad: ‘Ik heb het niet zo begrepen op godsdiensten. Ik geloof in een bovenaards wezen, maar iedereen moet voor zichzelf uitmaken welke spirituele leidraad hij wil volgen. Religies zijn heel destructief, verhinderen denkprocessen en veroorzaken onrust, spanning en instabiliteit.’

Dit jaar zal de populatie op aarde het magische getal van zeven miljard overschrijden. Hoe lang houden we dit vol en kunnen we onze planeet leefbaar houden?
Conrad: ‘Ik heb een aantal documentaires gezien over dit onderwerp en veel tijd rest ons niet. Binnen twintig jaar zal het te laat zijn, dus er moet iets gebeuren. Ik weet niet wat dat zal zijn, maar dat het iets drastisch wordt staat buiten kijf. Langs de andere kant vind ik het erg spannend dat ik nu leef en die veranderingen nog zal meemaken. Onze hoop ligt bij onze kinderen en de generaties na hen. Zij zullen de problemen die wij hebben veroorzaakt moeten oplossen.’

De laatste jaren wordt de beurs gemanipuleerd door speculanten en die brengen dan bepaalde landen of economische sectoren in de problemen. Moeten we daar geen peil en perk aan stellen?
Conrad: ‘Absoluut, de vrije markt economie is aan het ontsporen. Dit probleem kaarten we aan in ‘Summer Of All Dead Souls’, één van de songs op ‘Tao Of The Dead’. Thuis hadden we het niet erg breed. Het spook van de armoede loerde altijd om de hoek. Ik kan weinig begrip opbrengen voor het feit dat sommigen alles hebben en anderen niets. Het ligt waarschijnlijk in de natuur van de mens om bezit te vergaren en de status van weelde en macht die je hebt verkregen te behouden en zelfs te versterken. Ik weet zelfs niet of een herverdeling van rijkdom of een andere manier van handel drijven een impact zou hebben.  Er zijn oerinstincten die de mens zijn doen en laten nog altijd beheersen. Vroeger vochten we tegen andere primaten en dat zit er nog altijd in. Zit hier enige logica in? (lacht)’

Nu we het toch over geld hebben: wat was het meest luxueuze of dure object ooit dat je voor jezelf hebt gekocht?
Conrad: ‘Het enige waar ik veel geld aan uitgeef zijn boeken. Ik verzamel boeken en bezit al een aardige bibliotheek. Mijn voorkeur gaat uit naar omvangrijke kunstboeken. Die nemen veel plaats in, maar we wonen in een groot huis met hoge kamers. De boekenrekken reiken tot aan het plafond. Voorlopig heb ik nog geen plaatsgebrek. Ik heb  geen enkele plaat of cd, want die  nemen ook maar plaats in. Al mijn muziek staat op mp3’s.’

Nog enkele beschouwingen om mee af te sluiten

Wat fascineert je meest aan het leven?
Conrad: ‘Het leven zelf denk ik. Volgens mij zijn er geen facetten aan het leven die speciale aandacht verdienen. Als artiest is voor mij het creatieve proces heel belangrijk. Waar komt bijvoorbeeld de inspiratie vandaan? Dat soort dingen.’

Wie of wat haat je het meest?
Conrad: ‘Wat me uitermate stoort is dat sommige mensen zich een beeld vormen, bepaalde uitspraken doen over zaken waar ze totaal niets van afweten, slecht zijn geïnformeerd of helemaal geen mening hebben, maar wel meeheulen met de massa. Bijvoorbeeld het onderwijssysteem in de VS bereikt minder mensen dan men zou willen. Het resultaat is dat men op een kortzichtige manier kijkt naar hetgeen rondom gebeurt. Deze vorm van desinformatie sluit bijvoorbeeld niet uit dat ze mogen stemmen en dat kan een vertekend beeld geven van de maatschappij. Wat ook goed zou zijn is dat er een soort van uitwisselingsverdrag komt. Dat iedereen verplicht wordt om een jaar ergens anders te gaan wonen, liefst op een ander continent. Zo krijg je een beter inzicht van hoe anderen leven en het zou ook je kijk op de wereld veranderen.’

Waar wordt volgens jou onterecht te veel aandacht aan besteed?
Conrad: ‘Internet. Ik gebruik mijn computer en het internet vooral voor research. De hype rond sociale netwerken laat ik rustig aan mij voorbij gaan.’  
       
Concerten (met Rival Schools)
31 maart 2011 in Melkweg, Amsterdam
2 april 2011 in Ancienne Belgique (AB), Brussel
13 april 2011 in Rockhal, Luxembourg

The Rockford Mules


The Rockford Mules
Ma They Broke Me
Mizkid Records/Two Side Moon/SLW
The Rockford Mules: mochten ze geen rockmuzikanten zijn dan waren het zeker houthakkers geweest die met hun kettingzagen uit de kluiten gewassen bomen tegen de vlakte werken. Die dan ’s avonds in de kroeg het harde buitenleven met schuimende bierpullen naar de vergetelheid drinken, maar de volgende dag koppig als ezels en tegen beter weten in opnieuw aan de slag zouden gaan. Dit Amerikaanse viertal speelt gemene, eigengereide bluesrock met een voorkeur voor slide en sleazy gitaar licks doorspekt met vettige hompen swamp rock, boogie, hardrock, southern rock en Deltablues. Een kruising van ZZ Top en Rose Tattoo met een ferme scheut 16 Horsepower. Met eerbied voor traditionele blues en rock blijven de voornaamste kenmerken het rauwe karakter en de ongelikte aanpak. Gelijktijdig probeert men voet aan de grond te krijgen in de 21ste eeuw. De productie of net het gebrek eraan beklemtonen, voor zo ver dat nog nodig was, de authenticiteit. Je kunt niet ongevoelig blijven voor de meeslepende riffs die de dierlijke instincten in ieder van ons aanwakkeren. Zelfs als ze het even rustiger aandoen krijg je nog de indruk dat ze iemand een schop onder zijn kont willen geven. ‘Ma They Broke Me’ is een dijk van een plaat waar sommige ‘echte’ hardrock acts nog iets van kunnen opsteken.

The Atomic Bitchwax


The Atomic Bitchwax
The Local Fuzz
Tee Pee Records
Het uit New Jersey afkomstige The Atomic Bitchwax draait ook al een tijdje mee in het alternatieve rockcircuit. ‘The Local Fuzz’ is inmiddels hun vierde full length. Een bijzondere release, want er staat slecht één nummer op: duur iets meer dan 42 minuten. Deze track bestaat uit een vijftigtal riffs die aan een strak tempo worden gespeeld. Licht storend element zijn de korte sample fragmenten en effecten loopjes die op onvoorziene momenten opduiken en ‘The Local Fuzz’ een psychedelische toets geven. Pas na 23 minuten neemt men wat gas terug en last het trio een eerste kort melancholisch intermezzo in. Een paar minuten later volgt er nog eentje, maar daarna maakt het drietal zich op om met een grootse en broeierige finale uit te pakken. Ondanks de beperkingen van het genre en de duurtijd is ‘The Local Fuzz’ een boeiende plaat die meer dan uw aandacht verdient. Met dit nieuwe album trekt The Atomic Bitchwax ook op tournee doorheen Europa. Onder de noemer Up In Smoke Roadfestival Vol. II zijn ze op stap met labelgenoten Naam (zie bespreking RT nr. 91), Quest For Fire (zie bespreking RT nr. 100) en Mirror Queen. Deze rondreis brengt hen onder meer naar de Baroeg in Rotterdam op 25 april en een dag later staan ze in Trix te Antwerpen.

SuperCharger


SuperCharger
That’s How We Roll
VME/Gordeon Music/Suburban
Met de opvolger van ‘Handgrenade Blues’ onder de arm staat het Deense SuperCharger te popelen om deze zomer de Europese festivals onder stoom te zetten. In tegenstelling tot hun debuut, waar men uitpakte met pure hardrock, gaat men nu iets subtieler te werk en duiken er country en blues invloeden op. Daarnaast zijn de ruwe kantjes  er wat afgevijld en klinkt het sextet meer gestroomlijnd dankzij de afgeborstelde productie van Kristian Thomasen. Pluspunt is dat SuperCharger geen kapsones heeft en van bij opener ‘Heart On Overdrive’ er lekker tegenaan gaat. Een lijn die men doortrekt met het nog sneller door de bocht scheurende ‘Rise And Fall’.  ‘Are You Satisfied?’ is wat trager en een stuk melodieuzer. Het blijft hoe dan ook een leuk liedje. ‘You Disgust Me’ sputtert wat tegen en ‘Mrs. Ferguson’ is een fraai staaltje countryrock. In ‘That’s How I Roll’ wordt er weer een tandje bij gestoken. De grootste misser is naar mijn gevoel ‘Redemption Song’, een commercieel niemendalletje. Het feit dat zangeres Mia Coldheart (Crucified Barbara) een handje komt toesteken helpt het nummer geen meter vooruit. Het is de aanzet tot de zwakke helft van dit plaatje, want geen enkele van de nog resterende songs, met uitzondering van ‘Roll The Dice’, kan nog je nog overhalen om uit je luie zetel te komen. Release datum is 25 maart.

Spellbound Dazzle


Spellbound Dazzle
Unreal FairyTales
Limited Access Records/Intergroove
Spellbound Dazzle is een half Kroatische, half Italiaanse band residerend in het dorpje Quantin, gelegen vlakbij het befaamde skioord Cortina D’Ampezzo. Wie de luxe heeft om zo een pittoresk oord als uitvalsbasis te hebben heeft al een streepje voor op iemand uit bijvoorbeeld een zigeunerkamp in de buurt van Rome. Ook muzikaal lijkt het dit kwartet voor de wind te gaan. Men wist bijvoorbeeld Siggi Bemm (Tiamat, Kreator, Lacuna Coil, Samael) als producer te strikken. Waarom Bemm (‘Unreal FairyTales’ is the best album of the past ten years!’) zo wild is van Spellbound Dazzle is voor mij een raadsel. Ik vind er geen zak aan. De broertjes Stekovic en hun twee spitsbroeders Artus en Bridda doen zo hard hun best om ‘anders’ te klinken dat het lachwekkend wordt. Op een krampachtige manier probeert men pop, r&b, folk en polka te verzoenen met hardrock en metal met dit misbaksel als eindresultaat. Excentriek en uniek is het zeker, maar tegelijk barslecht en wansmakelijk. Heel sporadisch vang je een glimp op van hoe deze formule wel kan werken, maar die momenten zijn veel te schaars. Afvoeren die handel.

Rabbits

Rabbits
Lower Forms
Relapse Records
Bij Relapse toveren ze regelmatig een wit konijn uit hun hoge hoed. Ditmaal zijn het er zelfs drie in één keer. Het power trio Rabbits beweegt zich in de lagere regionen van het muziek gebeuren. Daarmee bedoelen we dat het genoegzaam bekend is dat je met weinig middelen een degelijke plaat in elkaar kan boksen. Het drietal uit Portland grossiert in hardcore, punk en sludge metal en veroorzaakt menige turbulentie in de sectoren volume (lees een teveel aan decibels) en het vervormen van klanken. Ze halen ware kunststukjes uit met hun vele tempowisselingen en dat is nou net wat deze plaat nodig had om verfrissend en modern uit de hoek te komen. ‘Lower Forms’ nodigt uit tot het maken van onrustige, spastische bewegingen waarbij een te strakke broek pijnlijk in de bilnaad snijdt. Het onverstaanbare gebrul en geschreeuw moet je er maar voor lief bijnemen. 

Ommatidia


Ommatidia
In This Life, Or The Next
Season Of Mist
De naam Ommatidia zal u (nog) niet veel zeggen, maar The Old Dead Tree, zal bij sommige lezers wel bekend in de oren klinken. Deze Franse metalband legde er eind 2009 het bijltje bij neer. Ex-lid, gitarist Nicolas Chevrollier en bassist van het eerste uur Vincent Danhier gingen al snel op zoek naar een nieuwe muzikale uitdaging en vonden in zanger Guillaume Richard (Dustbowl), gitarist Gilles Vardon (Jarell) en drummer Olivier Rouget (Sinn) drie gelijkgestemde zielen. Als groepsnaam werd gekozen voor Ommatidia, de Latijnse benaming voor het samengestelde oog of facetoog bij insecten. Met een mix van gothic, dark en doom metal, denk aan Paradise Lost, Sentenced, Heavenwood en My Dying Bride, kiest het gezelschap voor een muzikale richting die minder avontuurlijk is dan de groepsnaam laat vermoeden. ‘In This Life, Or The Next’ is weinig verrassend, maar wel melodieus. Nodigt ook bijwijlen uit tot een potje headbangen. De melancholische impact maakt na enkele luisterbeurten plaats voor een lichte vorm van apathie. De muziek van Ommatidia is niet meeslepend. Er wordt degelijk gemusiceerd, doch men raakt inhoudelijk niet verder dan wat veel weg heeft van een  herhalingsoefening uit een zij het, nog niet lang vervlogen tijdperk. ‘In This Life, Or The Next’ verschijnt op 21 maart. 

Marsupium Massacre


Marsupium Massacre
Hydrocephalus
GMR/Bertus
Een marsupium is een broedbuidel. Je vindt die terug bij zowel lagere als hogere diersoorten gaande van zoetwatermossels en pissebedden tot kangoeroes en Tasmaanse duivels. Hydrocephalus, in de volksmond waterhoofd genoemd, is een aandoening waarbij in de hersenventrikels teveel hersenvocht aanwezig is. In combinatie met de term ‘massacre’ nodigt dit uit om een muzikaal project uit de grond te stampen. Dat dachten toch 13KJJ en 28JFS, twee Zweden die de verpakking even belangrijk vinden als de inhoud en schuilgaan achter schrikwekkende maskers. Het duo kiest voor een kader van industriële geluiden en giet daarbij de eigen nachtmerries in teksten. Hun muziek kan je nog het best omschrijven als een mix van aggro tech, EBM en ja… noise. Angstdromen probeer je gewoonlijk te verdringen. Hier worden ze uitvergroot. De geest waarin dit plaatje tot stand kwam is op zijn minst onrustwekkend te noemen. Voor de muzikale omlijsting heeft men zich onder meer verdiept in het oeuvre van het Zweedse Cold Meat Industries label en acts als Borghesia, Merzbow, KK Null en Laibach. Echt verrassen doen ze slechts zelden. Toch heeft ‘Hydrocephalus’ een bijzondere impact op de gemoedstoestand. Het is bijvoorbeeld geen schijfje dat je vijfmaal na elkaar afspeelt, tenminste als je niet tot in de krochten van de hel wil afdalen. De sterkste impressies werden nagelaten door tracks als ‘Kill Some Rich People’, ‘Raincoat Man’, ‘Where Is The Cross?’ en ‘My New Lungs’. 

Marillion


Marillion
Live From Cadogan Hall
Racket Records/Edel
Dit populaire, Britse progrock gezelschap brengt van hun ‘Less Is More’ tour zowel een dvd uit als een dubbele cd. Dit is de cd editie. Deze opnames vonden plaats in de prestigieuze Cadogan Hall in London. Het concert werd opgesplitst in twee delen. Cd 1 brengt het ’Less Is More’ album. Deze in 2009 uitgebrachte release omvat alleen sinds de start van zanger Steve Hogarth zijn carrière bij Marillion herwerkte nummers. Het zijn alternatieve, semiakoestische versies waarbij werd gestreefd naar vernieuwende arrangementen die de songs een tweede leven inblazen. Behalve ‘Cannibal Surf Babe’ wordt het album integraal gespeeld. De groep heeft met Hogarth als zanger twaalf studioplaten op zijn palmares staan en voor schijf twee grasduint het gezelschap in die rijk gevulde catalogus en plukte daaruit tien Marillion klassiekers die op dezelfde manier zijn ingekleurd als de songs op ‘Less Is More’. De ingetogen aanpak zorgt voor een intimistische setting die de afstand tussen publiek en muzikanten verkleint. Het merendeel van de composities getuigen van een innerlijke en subtiele schoonheid, maar staan tegelijk haaks op het epische en bombastische geluidsdecor dat zo kenmerkend is voor progressieve rock/metal. Een aantal tracks blijven wel hun progrock karakter behouden terwijl andere meer neigen naar poprock, artrock of jazzrock. Op zich is ‘Live From Cadogan Hall’ geen slechte plaat. Je kunt het zelfs beschouwen als een gedurfd experiment. Aan de fan om uit te maken of  dit hem of haar bevalt.

Kekal


Kekal
8
Whirlwind Records/Gordeon Music/Displeased Records
Het Indonesische Kekal steekt op de hoes van hun nieuwe cd acht (schroef)kaarsen aan. Geen toeval, want ‘8’ is hun achtste release. Kekal staat bekend om zijn experimenteerdrift en startte zijn muzikale loopbaan in 1995 als black/death metal act. Als snel verkende men nieuw territorium en vandaag beweegt het combo zich binnen een breed spectrum van stijlen en gebruikt daarvoor zeer van elkaar verschillende instrumenten. Enige vereiste is dat het een vorm van geluid voortbrengt. Tussen alle extreme en ver uit elkaar liggende muzikale tendensen is binnen de constellatie van Kekal ongeveer alles mogelijk. Van bij het eerste nummer dat de toepasselijke titel ‘Track One’ kreeg is het al prijs. Ergens valt er een melodieuze lijn te bespeuren, doch die wordt genadeloos en herhaaldelijk onderuit gehaald door salvo’s oorverdovende drumcomputers en een bont gekakel van synthesizers. Bij ‘Gestalt Principles Of Matter Perception’ breekt de hel los en is het hek helemaal van de dam. De overige ‘songs’ liggen in het verlengde van ‘Gestalt …’ al wordt de term ‘lawaai’ niet altijd op dezelfde manier geïnterpreteerd. Nee, dit overstijgt mijn inlevingsvermogen. Wie van dit soort teringherrie pap lust houdt er een bijzondere muzikale smaak op na of is zo goed als doof. 

Codasync


Codasync
Snacycod
Grovgast
Voor hun nieuwe, inmiddels derde release heeft het kwartet van Codasync voor een andere benadering gekozen dan bij hun twee voorgaande albums. Behalve een paar akoestische intermezzo’s zijn de vijf composities spontaan tot stand gekomen; zij het op de planken, in de studio of tijdens repetities. Het brengt deze begaafde muzikanten terug tot de essentie van hun bestaan. Improvisatie, dynamiek, emotie en interactie zijn hier de sleutelwoorden. ‘Snacycod’ is een unieke luisterervaring. Het is muziek die snakt om elke keer opnieuw beluisterd te worden. Alleen dan kan je tot de essentie doordringen. Net als met ‘In Galoré’ kan je dit niet onderbrengen in een bepaalde categorie. Hou het maar op instrumentale rock doorweven van een amalgaam aan facetten, te veel om op te noemen en die toch leiden tot een wonderbaarlijke samensmelting. Ondanks het experimentele karakter stelt Codasync zich niet aan de zijlijn van het rockgebeuren. Ze zijn een schoolvoorbeeld voor zelfbewuste, talentvolle en eigenwijze muzikanten. De boodschap die ze uitdragen is simpel en eerlijk: doe gewoon je ding en laat de muziek voor zich spreken.

Acute Mind


Acute Mind
Acute Mind
Electrum Production/Twilight
De staat Polen levert sinds een aantal jaren een kleine, zij het niet onbelangrijke contributie wat betreft groepen en artiesten die in het progressieve rock en metal circuit actief zijn. Denk maar aan Satellite, Quidam en Riverside. Met Acute Mind komt daar nu een nieuwe telg bij en wat voor één. Het sextet combineert technische kwaliteiten met een uitstekende zang, gevoel voor ritme en melodie en het talent om fraaie composities neer te pennen. Op dit titelloze debuut valt er weinig aan te merken. Hier is bewust gekozen voor kwaliteit in plaats van kwantiteit. Men laat zich ook niet verleiden tot eindeloos gesoleer. De acht tracks blijven compact en kunnen elk apart hun mannetje staan. Er is ook aandacht besteed aan afwisseling. Meer ingetogen momenten worden afgewisseld met forsere uithalen en omgekeerd. Bij elke luisterbeurt ontdek je nieuwe, subtiele details en schakeringen die het muzikale palet verrijken. Is het moeilijk om één nummer als favoriet te duiden dan geven we toch een lichte voorkeur aan ‘Misery’ en ‘Bad Incitements’. We zijn nog vroeg op het jaar, maar in het progressieve kamp mogen ze deze release nu al met stip aankruisen voor de eindejaarslijstjes.