Messe I.X-VI.X
Kscope
Kscope
Het Noorse Ulver
blijft zichzelf heruitvinden. Na de eigengereide kijk op obscure,
psychedelische rock uit de jaren zestig op het album ‘Childhood’s
End’ neemt het gezelschap opnieuw de handschoen op om een volgende
uitdaging tot een goed einde te brengen. Over metal spreken we bij
Ulver al geruime tijd niet meer, want die periode ligt ver achter
ons. Toch blijft het gezelschap op één of andere manier trouw aan
de kern, de ziel van metal. Dat is ook het geval op deze ‘Messe
I.X-VI.X’. Deze langspeler is onder invloed van klassieke meesters
als Gorecki, Mahler en Holst opgevat als een Rooms-katholieke mis.
Hier bestaan verschillende variaties van. Bijvoorbeeld de missa
brevis bestaat net als deze ‘Messe’ uit zes misdelen. ‘Messe
I.X-VI.X’ is eigenlijk in opdracht gemaakt voor het Kulturhus in
Tromsø en werd een eerste keer uitgevoerd met het Tromsø
kamerorkest op 21 september 2012. Het is een overwegend duister en
somber werkstuk waarin klassieke instrumenten en elektronische muziek
elkaar treffen. Naast voornoemde componisten verwijzen de muzikanten
van Ulver zelf naar onder meer Nurse With Wound, When, Ash Ra, John
Carpenter en Terry Riley. In het met een politiek geladen titel
openingsfragment kan men zich zo ontij, rampspoed en oorlogstaferelen
inbeelden. Melancholische klanken zijn verwegen met onheilspellende
drones en samples, waarna de strijkers de overhand nemen en zich naar
een hoogtepunt toewerken. Het is een verbluffend instrumentaal
tafereel. In ‘Shri Schneider’ staat krautrock – denk aan Neu!,
Kraftwerk, Harmonia - centraal. Met ‘Glamour Box (ostinati)’ ligt
de klemtoon op het repetitieve karakter. Het is een compositie die
nauw aanleunt bij minimal music. Pas in ‘Son Of Man’ komt zanger
Kristoffer Rygg voor het eerst aan de bak. Het is meteen de meest
theatrale en majestueuze track. In ‘Noche Oscura Del Alma’
daal je af naar de krochten van de hel. Zo voelt het toch aan. De
sinistere afsluiter ‘Mother Of Mercy’ gebruikt de monotone
klanken van een orgel als bindend element tussen het orkest en de
groep. Met deze plaat weet Ulver alweer, in
positieve zin, te verrassen. Je moet het toch maar doen, om telkens
weer nieuwe bronnen aan te boren en de muziekliefhebber voor je zaak
te winnen. De mannen van Ulver doen het met brio.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten