donderdag 22 november 2018

Various Artists

Various Artists
Unusual Sounds: The Hidden History Of Library Music
Anthology Recordings

Low-budget televisie- of documentairemakers en regisseurs of producenten van b-films hebben vaak het geld niet om een componist aan te spreken die voor muziek zorgt die past bij hun vehikel. Zij kunnen dan beroep doen op wat omschreven wordt als bibliotheek muziek. Een fenomeen dat door de jaren heen tot stand kwam en waarbij een arsenaal met allerhande opnames van meestal instrumentale muziek beschikbaar wordt gesteld en waaruit men dan vrij kan putten. David Hollander een producent, schrijver, muzikaal directeur en verwoed verzamelaar - zijn bibliotheek collectie is wereldwijd een van de beste in zijn soort - schreef er met ‘Unusual Sounds: The Hidden History of Library Music’ een rijk geïllustreerd boek over. Aansluitend stelde de man nu ook een schijfje samen met twintig tracks gelicht van diverse elpees die deel uitmaken van die enorme stock met bibliotheek muziek. Veel van de werken werden gemaakt door anonieme componisten of muziekauteurs die een schuilnaam gebruiken. Sommigen die hier te horen zijn waren goed op dreef en pakken uit met innovatieve vormen van hybride muziek. Je komt hier allerlei stijlen en invloeden tegen. Elementen uit de rock, jazz, soul, funk, avant-garde, licht klassiek en elektronische muziek die in een aparte setting of door elkaar heen tot fraaie scores leiden. Behalve John Cameron (‘Half Forgotten Dreams’), Keith Mansfield (‘Funky Fanfare’) en zangeres Madeline Bell - die ‘You’ve Got What It Takes’, het enige gezongen nummer hier voor haar rekening neemt - ken ik niemand. Hoeft eigenlijk niet. De muziek spreekt hier voor zich al zit er ook wat triviale kitsch tussen. Het gros is echter best genietbaar en soms zelfs verbazend goed. Dat laatste geld onder meer voor ‘Group Meditation’, ‘Dream Number Two’, ‘La Dimostrazione’, ‘Xenos Cosmos’, ‘Fairy Tale’ en ‘Night Breeze’. Vandaag komt dergelijke muziek aan bod in video spelletjes, tekenfilms, televisieseries en gaan dj’s er - op zoek naar nieuwe samples - volop mee aan de slag. Maak kennis met de wondere wereld van bibliotheek muziek op deze verzamelaar volgepropt met ‘Unusual Sounds’.   

Ljungblut

Ljungblut
Villa Carlotta 5959
Karisma Records

Kim Ljung kent u misschien als bassist en liedjesschrijver van zowel Seigmen als Zeromancer. De man had echter nog meer materiaal in de schuif liggen dat evenwel niet meteen geschikt was voor deze twee bands. In 2005 besloot Kim om dan maar een soloproject op te starten als Ljungblut. Hij verzamelde een aantal bevriende muzikanten rond zich en bracht drie albums uit op zijn eigen Pleasuredisc label. De cd edities waren gelimiteerd tot duizend stuks, allemaal met de hand genummerd en ondertekend. Ook voor de vinyl releases hanteert hij dezelfde regels. Het hoeft dan ook niet te verwonderen dat alles in geen tijd was uitverkocht. Vanaf 2010 ging het dan een andere richting uit. De bezetting werd omgeturnd tot een vijf man sterke formatie en Ljung besloot om voortaan in plaats van in het Engels in het Noors te zingen. Voor hem blijft de moedertaal de aangewezen weg om persoonlijke ontboezemingen en boodschappen op de meest oprechte en directe manier door te geven aan je toehoorders. In 2011 verscheen eerst ‘Over Skyene Skinner Alltid Solen’, in 2015 gevolgd door ‘Ikke Alle Netter Er Like Sorte’. Het zesde album van Ljungblut ‘Villa Carlotta 5959’ zou het laatste deel zijn van hun trilogie met Noorse teksten. Een aantal songs verwijzen naar historische gebeurtenissen. Bijvoorbeeld de dynamische opener ‘Hasselblad’ refereert naar de twaalf Hasselblad camera’s die door Amerikaanse astronauten zijn achtergelaten op de maan. Het mooie en smartelijke ‘Superga’ is genoemd naar de gelijknamige heuvel ten oosten van Turijn. In 1949 werd de hoogte wereldnieuws door de Superga vliegramp, waarbij bijna de gehele voetbalploeg van AC Torino omkwam. Ook Ljung zijn eigen gevecht tegen chronische migraine wordt beschreven in de twee aangrijpende songs die de plaat afsluiten: ‘Aldri Helt Stille’ en ’Min Krig’. Aan prachtige tracks dus geen gebrek op deze ‘Villa Carlotta 5959’. Hartzeer, weemoed en tragiek worden hier kundig omgezet in betoverende melodieën en pakkende teksten. Wie stoïcijns en ongevoelig blijft bij wondermooie liedjes als ‘Oktober’, ’Til Warszawa’, ‘Diamant’ of ‘Himmelen Som Vet’ is echt wel een koele kikker. Bij momenten klinkt het misschien soms iets te wollig, maar dat is detailkritiek. ‘Villa Carlotta 5959’ is en blijft een geraffineerde en harmonieuze langspeler. 

Streifenjunko

Streifenjunko
Like Driving
Sofa

Een mij onbekend duo bestaande uit saxofonist Espen Reinertsen en Eivind Lønning (trompet). Ze maken samen muziek sinds 2005 en hebben met ‘No Longer Burning’ (2009) en 'Sval Torv’ (2012) reeds twee albums uit. Waren die langspelers het fijne resultaat van wat je alleen maar trompet en sax kunt bereiken, dan wordt hier op ‘Like Driving’ het instrumentarium uitgebreid. Het tweetal maakt hier graag gebruik van elektronische hulpmiddelen en opnameapparatuur. De focus ligt op start en stop signalen. Komt vooral tot uiting in ‘Everything We Touch Is Electric’ en de titelsong. Het plotse, onvoorspelbare traject van stoppen en starten als uitgangspositie zet een repetitief proces in gang, onderliggend aan de langzame, voortschrijdende toevloed van geluiden. Af en toe onderbroken door wat simpele aan percussie verwante geluidjes. Halverwege ‘Like Driving’ komt er een wissel van de wacht met een iets meer intensieve geluidsstroom, doch die weinig of niets veranderd aan het reeds bekende traject systeem. De track ‘Astronaut Peace’ is één langgerekte, monotone klaagzang met af en toe subtiele, bijna niet hoorbare nuances. ‘Like Driving’ lijkt me voer voor de echte specialisten en geluid experten. Zelf wordt ik hier te veel op de proef gesteld en gaat dit mijn petje te boven.    

Katharina Ernst

Katharina Ernst
Extrametric
Ventil Records

Katharina Ernst is een Oostenrijkse drumster actief in de experimentele groep Ventil. Werkte ook samen met gitarist Martin Siewert en de draaitafel en computer act van Dieter Kovačič, Dieb13. ‘Extrametric’ is haar eerste solo uitstap. Het is een gediversifieerde plaat geworden waarin Ernst ongebruikelijke ritmische structuren met daaraan gekoppeld verschillende maatsoorten introduceert. De basis van de opnames ligt bij moeilijke drumoefeningen die een uiterste concentratie vereisen. ‘Extrametric’ is een werk van lange adem. Katharina heeft er zeven jaar over gedaan om tot dit eindresultaat te komen. De zeven tracks bestaan uit verschillende lagen. Naast haar drumstel maakte Ernst ook gebruik van drumsynthesizers, gongs, tam-tam, een door gitaar effectpedalen aangestuurde kalimba plus nog allerhande percussie instrumenten. Dit leidt tot verrassende resultaten van futuristische geluidslandschappen gelieerd aan industrial en techno tot zeer experimentele, eigenzinnige en fragmentarische avant-garde stukken. Het meest toegankelijk zijn ‘x_03’ en ‘x_07’. De overige nummers vereisen toch meer concentratie en zijn een stuk moeilijker te vatten. Op deze plaat zijn de ritmes allesomvattend. Door de diversiteit in het aanbod krijg je een beter inzicht in de onbeperkte mogelijkheden die een instrument als een drumstel te bieden heeft. Katharina Ernst koppelt daarbij haar vakkennis aan kracht en elegantie. Wie meer wil te weten komen over complexe en soms chaotische polyritmiek is hier met ‘Extrametric’ aan het juiste adres.  

Hanna Paulsberg Concept

Hanna Paulsberg Concept
Daughter Of The Sun
Odin

Eind de jaren tachtig in de vorige eeuw heeft saxofonist Jan Garbarek ongeveer in zijn eentje van de saxofoon opnieuw een hip instrument gemaakt. Hij is intussen wereldvermaard en kreeg in zijn thuisland en ook daarbuiten veel navolging. Tot die nieuwe generatie van muzikanten behoort tenorsaxofonist Hanna Paulsberg. Naast haar solo activiteiten speelde ze bij het Trondheim Jazzorkester, werkte samen met een resem van andere artiesten en heeft met het Hanna Paulsberg Concept sinds 2010 haar eigen band. Naast Hanna bestaat de bezetting uit bassist Trygve Waldemar Fiske, pianist Oscar Grönberg en drummer Hans Hulbækmo. Als gastmuzikant komt op deze ‘Daughter Of The Sun’ de Zweedse trompettist Magnus Broo (Atomic) de rangen versterken. Paulsberg haar interesse gaat uit naar de oorsprong van jazz. In Amerika is dat New Orleans, maar er is ook nog Afrika. Haar zoektocht bracht haar in contact met de muziek uit de Zuid-Afrikaanse townships (kwela muziek) en de ‘high life’ stroming afkomstig uit Ghana en Nigeria. De invloeden van beide continenten zijn hier duidelijk aanwezig. Opener ‘Scent Of Soil’ is een warme en schuifelende song waarin elk instrument ruimschoots aan bod komt. ‘Little Big Saxophone’ klinkt al een stuk experimenteler. ‘Hemulen Tar Ferie’ verwijst naar Moem, een avontuurlijke trol en de hoofdpersoon in de boeken van de Finse auteur Tove Marika Jansson. In het frivole ‘Serianna’ gaan Paulsberg en Broo in duet. De titelsong is meer ingetogen en melodieus, maar laat ook ruimte voor improvisatie vooral dan op het vlak van percussie. In ‘Bouncing With Flower Buds’ heeft men de smaak helemaal te pakken en gooit men alle remmen los. Vooral trompettist Broo is niet in te tomen. De plaat bevat nog een zevende, titelloze ‘hidden’ track. Een nummer waarin zowel de traditionele benadering als de experimentele variant van jazz aan bod komt. De bedoeling van het Hanna Paulsberg Concept was om met deze plaat niet te vervallen in de vertrouwde patronen. Onder meer daarom werd Magnus Broo ingehaald. Nog vermeldenswaard is dat ‘Daughter Of The Sun’ wordt opgedragen aan de Egyptische farao Hatshepsut en een eerbetoon is aan alle andere sterke vrouwen die doorheen de geschiedenis hebben moeten vechten voor erkenning en tegen gender ongelijkheid. Ook in 2018 is dit nog altijd een actueel thema.

Book Of Air - Vvolk

Book Of Air - Vvolk
Se (In) De Bos
Sub Rosa

Book Of Air maakt deel uit van het platform Granvat, opgericht door de broers Bert en Stijn Cools en omvat zowel artiesten, projecten, albums en concerten. Het is de bedoeling om alleen maar origineel werk en concepten aan te bieden. Na ‘Fieldtone’ (2015) en het in 2016 verschenen ‘Vvolk’ is dit het derde album in de serie van Book Of Air. De reeks bundelt composities bestaande uit uitsluitend geïmproviseerde muziek. Daarbij onderzoekt men tegelijkertijd de parameters van tempo, geluid en tijd. De muziek op ‘Se (In) De Bos’ is geïnspireerd door de fluctuerende objectiviteit van onze dagelijkse waarnemingen. De muzikanten stellen zich ook de vraag hoe zich te verhouden tot de tijd in de muziek als improviserend en uitvoerend musicus. Op een zeer trage wijze sijpelen de instrumenten één voor één binnen. Het langzame verloop en de fracties stilte versterken de geluiden, inclusief de ruimte waarin de luisteraar zich bevindt. Het vertrekpunt hier is een driedubbele baslijn (één elektrische basgitaar, twee contrabassen). Gaandeweg komen er instrumenten bij. De bezetting bestaat uit achttien muzikanten waaronder drie gitaristen en maar liefst zes saxofonisten (één bariton, twee tenor, twee alt en één sopraansaxofoon). ‘Se (In) De Bos’ bestaat uit één enkele compositie van exact zestig minuten. De muziek kent een op en neer gaande beweging en komt in golven. Soms deint het weg, zwelt het terug aan en die golvende dynamiek blijft gestaag doorgaan. Dit gaat ook gepaard met talrijke nuances en schakeringen waarbij je ondanks het slepende tempo geboeid blijft luisteren. Het geheel stimuleert en prikkelt ook de fantasie van de luisteraar. Ieder voor zich kan uitmaken waar het totaalpakket aan klanken voor staat. 

Oak

Oak
False Memory Archive
Karisma Records

Oorspronkelijk begonnen als een folkrock duo heeft Oak zich ontwikkelt tot een heuse vier man sterke progressieve rockband. Alle vier de leden hebben een totaal verschillende muzikale achtergrond. Die gaat van klassiek over alternatieve rock, elektronische muziek tot prog- en hardrock. De bezetting bestaat uit zanger en toetsenist Simen Valldal Johannessen, Øystein Sootholtet (basgitaar), gitarist Ole Michael Bjørndal en  Sigbjørn Reiakvam op drums en percussie. Die laatste neemt ook het programmeren voor zijn rekening. Hun eerste album ‘Lighthouse’ werd twee keer uitgebracht. Eerst in 2013 en later nog eens in 2016. Met de opvolger ‘False Memory Archive’ trekt men de lijn door van hun eersteling. Deze Noorse formatie schuift een hele resem artiesten naar voor die dienen als inspiratiebron. Een keuze in de breedte waar naast rock en pop ook triphop, filmmuziek  en avant-garde een plaats krijgen. Toch neigt het groepsgeluid overwegend naar acts als Porcupine Tree, Marillion, Ulver en Airbag. Erg geslaagd zijn het vocale luik en de daarbij aansluitende harmonieuze zangpartijen. Daarnaast houdt Oak ook wel van het wat meer theatrale en experimentele aspect van progressieve rock (bijvoorbeeld in ‘Lost Causes’ en ‘The Lights’). Het album gaat eveneens gebukt onder een droefgeestige en bedrukte ambiance. Echt vrolijk word je er niet van. Maar ‘False Memory Archive’ getuigt wel van vakmanschap en creativiteit. Oak slaagt er in om het groepsgeluid bijwijlen uniek te laten klinken. Geen sinecure in het zo al overbevolkte progressieve rock segment. Met dank ook aan geluidstechnicus Jens Bogren die elk facet en detail extra belicht en helemaal tot zijn recht laat komen. 

Arca

Arca
Forces
Ici D’Allieurs

Het Franse Arca bestaat al achttien jaar en is een project van Joan Cambon en Sylvain Chaveau. De groepsnaam refereert naar de Portugese dichter Fernando Pessoa. Arca betekent koffer in het Portugees. Pas na Pessoa zijn dood werd het gros van zijn gedichten - die hij bewaarde in een koffer - postuum ontdekt. Cambon is naast componist ook producer en geluidskunstenaar. Naast drie soloplaten maakt hij vooral muziek voor documentaires, theater en dansvoorstellingen. Chaveau heeft al veertien albums op zijn conto staan met waarschijnlijk als meest bekende ‘Down To The Bone’ een plaat met akoestische vertolkingen van Depeche Mode songs. Maakt ook filmmuziek en componeert voor choreografie. Als Arca is dit hun vijfde langspeler. Het thema dat de dertien tracks beheerst zijn de oorlogen van de laatste veertig jaar die woeden in het Middellandse Zeegebied. Men zoekt hier de confrontatie op. Wat betekent het om te overleven in oorlogsgebied  en ‘vergeten’ conflictsituaties, ver weg van alle media-aandacht? Hoe relatief is de vrede in het tot nu toe afgeschermde en welvarende Europa? ‘Forces’ is overwegend een minimalistisch album waar sporadisch gebruik wordt gemaakt van samples. Het is losjes gebaseerd op de documentaire ‘Ma’a Alfidda (Silver Water)’ van Oussama Mohammad en Wiam Simav Bedirxan die zowel bij Cambon als Chaveau een verpletterende indruk had nagelaten. ‘Forces’ is geen intentieverklaring. Met deze composities wil het duo een beeld schetsen van hoe het is om te leven te midden oorlogsgebied en hoe ga je om met de trauma’s. De liedjes zijn mooi en fraai geboetseerd. Alleen in het hardere en pulserende ‘Ebru Firat’, het confronterende ‘Anonymous Nigerian Refugee’ en ‘Damir Šagolj’ zijn onrustiger en imminent van aard. ‘Forces’ is het verhaal over de diepe wonden die door oorlogen worden geslagen en die dikwijls het leven van velen blijven beheersen. 

Geir Sundstøl

Geir Sundstøl
Brødløs
Hubro

Sinds zijn besluit in 1988 om te kiezen voor een professioneel bestaan als muzikant kan deze Noorse multi-instrumentalist bogen op een fraai palmares. Hij werkte mee aan zo een driehonderd albums en is één van de meest gevraagde muzikanten. Niet alleen in Noorwegen, maar ook ver daarbuiten. Voor het maken van zijn inmiddels derde solo album deed Sundstøl beroep op een keur van lokale muzikanten zoals toetsenist David Wallumrød, Mats Eilertsen (basgitaar en zang), drummer Erland Dahlen en Nils Petter Molvær (trompet). Op elk van zijn platen laat Geir een onbekende factor een rol spelen. Op deze ‘Brødløs’ wordt die positie ingenomen door Sanskriti Sheresta (tabla en zang). Hij had haar één keer zien spelen aan de zijde van Bugge Wesseltoft zijn New Conception Of Jazz en was zo onder de indruk dat hij haar meteen inlijfde om ook mee te werken aan zijn nieuwe album. Naast dit nieuwe percussie element (tabla’s) maken vooral Erland en Geir gebruik van een plejade aan obscure instrumenten zoals marxophone, optigan, cümbüs of een zesdelige set van metalen klokken. Toch zijn de meest dominante klanken die van steel- en resonatorgitaar. Sundstøl had niet meteen een duidelijk plan voor ogen. Het enige wat hij wou was een aantal droevige songs samenvoegen. Volgens hem is niks mis met verdrietig zijn. De titel ‘Brødløs’ (het brood is op) verwijst naar de wijk waar hij als kind opgroeide in zijn thuisstad Halden en gaat terug tot de bezetting van Noorwegen tijdens de tweede wereldoorlog. Er heerste toen grote armoede en men leed honger. In die opzet is hij helemaal geslaagd. De songs bulken van melancholie en weemoed, maar zijn tegelijk ook verwarmend en omhullend. En dan heb je nog de ontelbare details die de intensiteit alleen nog maar verhogen. Een opvallende bewerking en uitvoering is het samenbrengen van ‘Warzawa’ (David Bowie/Brian Eno) en John Coltrane’s ‘Alabama’. Daarnaast is er nog het cinematografisch aspect met verwijzingen naar filmmuziek van Ennio Morricone en Ry Cooder. In zijn solocarrière ongetwijfeld het beste wat Geir Sundstøl al heeft laten optekenen. ‘Brødløs’ is een indrukwekkende, maar ook een aangename plaat die garant staat voor uren luisterplezier.

Moon Relay

Moon Relay
IMI
Hubro

Voor dit in Oslo residerende experimentele kwartet is deze ‘IMI’ na ‘Full Stop Etc.’ (2017) en hun titelloze debuut elpee uit 2014 hun derde langspeler. De bezetting telt naast bassist Ola Høyer en drummer Christian Næss met Daniel Meyer Grønvold en Håvard Volden twee multi-instrumentalisten. Aan het concept is niet zo veel verandert. Leestekens en symbolen zijn nog altijd in gebruik voor het vormen van de titels van hun instrumentale songs. Inspiratie voor ‘IMI’ haalden ze bij de in New York ontstane No Wave beweging en liedjes als ‘Let’s Dance’ van David Bowie zaliger en Talking Heads hun ‘Burning Down The House’. Opener  ‘#`´`´`´/‘ begint als een new beat track met verschillende percussie instrumenten en het soort gitaarspel dat je ook wel eens hoort in een filmscore met daaroverheen hardere, repetitieve riffs. Helemaal anders gaat het er aan toe in ‘(^)II’. Drones, samples, stevige drumpatronen en een jaren zestig surf gitaartje maken hier de dienst uit.  In het korte ‘“””””’ lijkt wel of er een of ander Slavisch koor is uitgenodigd om te komen zingen. ‘___§’ klinkt nogal relaxed, een beetje funky, alweer veel percussie, een ronkende bas en fijn gitaarwerk dat halverwege overgaat in een jachtig geheel van veel distortion en andere effecten. Tijd voor wat krautrock in combinatie met funky beats in ‘—#/#^’ plus een dosis noise, feedback en industrial geluiden als kers op de taart. Afsluiten doet Moon Relay met de opgefokte experimentele track ‘F—<:::: aan="" afgelegd.="" al="" bij="" brug="" carri="" christian="" de="" deze="" drums="" een="" effect.="" en="" er="" font="" gaandeweg="" gitaar="" hakken="" hebben="" heelijk="" hen="" het="" hun="" hypnotisch="" in="" is="" komen="" maar="" moon="" motiefje="" muziek="" muzikanten="" n="" nbsp="" om="" ongelooflijk="" onvermoeibaar="" onvermoeibare="" op="" plaatje="" re="" relay.="" relay="" samples="" sequencer="" slaan="" sluiten="" ss.="" staat="" stelt="" stijlvol.="" stuk="" synths="" tapes="" te="" tempobeul="" toekomst.="" traject="" trommelaar="" tussen="" uit="" unieke="" van="" vandaag="" verleden="" verstoren="" voor="" weerkerend="" wijze="" zaakje="">

Philip Corner

Philip Corner
Extreemizms Early & Late
Unseen Worlds

Philip Corner is een nu 85-jarige Amerikaanse componist die er zijn levenswerk van heeft gemaakt met het zoeken naar extremen en uitersten zoals verschillende manieren om zich uit te drukken en tegengestelden als geluidsoverlast en stilte. Hij is niet zo bekend bij het grote publiek, maar het is wel iemand met een bijzondere kijk op de wereld van hedendaagse klassieke muziek. Deze cd brengt vier muzikanten samen met name Silvia Tarozzi (viool), celliste Deborah Walker plus Rhodri Davies (harp) en Philip Corner zelf op piano. Werk uit de beginjaren van Corner uit 1958 wordt afgewisseld met meer eigentijdse stukken uit 2015 en 2016. ‘2 Extreemsizms’ is traag opgebouwd, met als meest opvallend aspect de minimalistische drones. Na driekwart komt er toch een wilde, schijnbaar ongecontroleerde uitbarsting waarin druk wordt geëxperimenteerd. Het is een kakofonie van geluiden die heel wat verschillende impulsen uitstuurt. Men gaat hier de confrontatie aan met de mentale en fysieke ruimte. Het in drie totaal van elkaar verschillende segmenten opgedeelde ‘Two Part Monologue’ en ‘FINALE’ allebei uit 1958 moeten niet onderdoen voor de meer recente tracks. Het zijn neoklassieke composities die nog altijd hedendaags klinken. De daarop volgende contemporaine parten zijn zwaarmoedig en smartelijk van toon. ‘Extreemizms Early & Late’ belicht het werk van Philip Corner van vroeger en nu en overspant daarvoor een carrière van meer dan zestig jaar. Een bewonderenswaardig traject. Men moet het maar doen.

Speaker Bite Me

Speaker Bite Me
Future Plans
PonyRec.

Voor de start van deze Deense band moeten we terug naar 1994. Tot 2007 werden er regelmatig platen uitgebracht, maar dan werd het stil rond Speaker Bite Me. Van een split was echter nooit sprake. Het viertal bleef actief zowel wat betreft het samen componeren als het spelen van concerten. Dat het zolang duurde voor er een nieuw album werd uitgebracht komt door de strenge normen die de musici zichzelf opleggen. Een nieuwe release komt er pas als alle stukjes van de puzzel in elkaar vallen en er eensgezindheid is tussen de groepsleden onderling. De huidige tegenstellingen in hun verdeelde thuisland zijn hiertoe de aanzet geweest. De vier muzikanten raakten gefrustreerd door de toenemende polarisatie, niet alleen in Denemarken, maar ook in de rest van Europa. De kloof tussen arm en rijk neemt nog altijd toe en alles is gefocust op het ‘ik’. In plaats van onze welvaart te delen met zij die het minder goed hebben en zo het leven wat aangenamer te maken voor iedereen. In het geval van Speaker Bite Me zijn de woede en deceptie de katalysators om in een uitbarsting van creativiteit dit te vertalen in vijf opmerkelijke en uitstekende composities die samen het album ‘Future Plans’ vormen. Vanuit een fundament van postrock en alternatieve rock steekt Speaker Bite Me meer diepgang in zijn songs door ruimte te laten voor experimentele elementen en gebruik te maken van dissonantie, feedback en noise. ‘Sweet Expectations’ is hiervan de ultieme artistieke bekroning. Een gedurfde en zeer experimentele track. Aan de andere kant staat daar tegenover het verterende en tegelijk grimmige ‘Future’. In het licht van de onzekerheid en de angst hoopt Speaker Bite Me dat ‘Future Plans’ op een of andere manier een positieve bijdrage levert en de problemen bespreekbaar maakt. Zowel muzikaal als tekstueel is dit een krachtig, meeslepend en expressief album.       

Spectrum Orchestrum

Spectrum Orchestrum
It’s About Time
Atypeek Music

Dit kwintet afkomstig uit Lille werd opgericht in 2007. Het vijftal is gefascineerd en gepassioneerd bezig met het zoeken naar ‘het spectrale’. Dit kan betrekking hebben op kleurenschema’s, maar betekent ook spookachtig. In het late Frankrijk van de Renaissance was het woord ‘spectre’ een neologisme voor ‘spook’. Het Spectrum Orchestrum wijdt zich aan deze mysterieuze schepsels en probeert er een sonische uiting aan te geven onder het mom van spectrale golven. De basis voor hun muziek ligt bij het improviseren. Hun eerste opname uit 2013 kreeg dan ook de toepasselijke titel ‘Improvisarium III’. Sindsdien heeft het vijftal een manier ontwikkelt om op een meer gedisciplineerde wijze de onderlinge interacties beter op elkaar af te stellen en klinkt hun muziek minder chaotisch. Al kun je je daar al meteen vragen bij stellen tijdens de eerste track op deze ‘It’s About Time’. Het is de korte, maar schizofrene introductie ‘Three To One’ die gelukkig maar één minuut duurt. Van het ene uiterste naar het andere dan met het maar liefst drieëndertig minuten durende en uit drie delen bestaande ‘About Time’. Een uitzonderlijke compositie waarin allerlei verschillende muzikale elementen en facetten in vervat zijn. Ook de derde en laatste song ‘Not The End’ is een sterk staaltje improvisatiekunst. In beide nummers die totaal verschillend zijn van elkaar hoor je nochtans telkens verwijzingen naar (free) jazz, fusion, experimentele muziek, drones of progressieve en psychedelische rock. ‘It’s About Time’ is een beetje een vreemde plaat, een toegangspoort voor het geluidsuniversum van Spectrum Orchestrum en voor  de meer avontuurlijk aangelegde muziekliefhebber zeker het ontdekken waard.

Silver Dust

Silver Dust
House 21
Fastball Music

Na ‘Lost In Time’ (2013) en het in 2016 verschenen ’The Age Of Decadence’ is het Zwitserse Silver Dust klaar om met ‘House 21’ hun derde album voor te stellen. ‘House 21’ vertelt het verhaal van de Britse soldaat George Douglas Mason dat zich afspeelt gedurende de tweede wereldoorlog. Mason deserteert, slaat op de vlucht en uitgeput komt aan aan bij ‘House 21’, een huis gebouwd op heilige grond en eigendom van het echtpaar Rosenberg. Er passeren nog een aantal fictieve personages, zoals een Siamese tweeling, een gekke alchimist en een onbekende vrouw in het zwart. Het viertal is fervent aanhanger van het subgenre steampunk en dost zijn dan ook uit in dergelijke fantasierijke kostuums. Wat hun muziekachtergrond betreft is het geheel een kruisbestuiving van gothic, heavy metal, klassieke rock en dat alles afgerond met een theatrale toets zoals in de intro ‘Libera Me’ en de titelsong. Zanger Lord Campbell heeft een ruim bereik en houdt er ook van om een paar keer te schakelen tussen gewone zang en dodelijke grunts. Bijna radiovriendelijke liedjes zijn ‘Forever’, ‘Once Upon A Time’ en de electro pop van ‘The Witches Dance’. Een bombastische noot valt er op te tekenen in ‘The Unknown Soldier’ en ‘La La La La’. Kim Carnes scoorde in 1981 een wereldhit met ‘Betty Davis Eyes’. Het combo laat zijn licht schijnen over deze klassieker en krijgt daarbij de hulp van Tomi Putaansuu, alias Mr. Lordi. Altijd een risico welke song te kiezen wanneer je andermans werk gaat coveren. Deze valt nog mee, al is het met de hakken over de sloot. Een ballade mag ook niet ontbreken en in die categorie past het mooie en ook wel ontroerende ‘This War Is Not Mine’. In het afsluitende tweeluik ‘It’s Time’ en het pompeuze ‘The Calling’ trekt het kwartet voluit de kaart van (death) metal. Niet iedereen zal hier zijn gading vinden, al valt er dus wel het een en ander te beleven op deze ‘House 21’ van Silver Dust. 

I, Useless

I, Useless
Twister
Atypeek Music

I, Useless is een eenmansband uit Clermont-Ferrand, Frankrijk. ‘Twister’ is zijn debuut. Rode draad doorheen het album is de dood van zijn beste vriend en het overlijden van zijn beide ouders. Aansluitend bij het verlies is er het daarmee gepaard gaande rouwproces. Tot alleen nog de herinnering rest en waarbij je de je overleden geliefden in je hart draagt. Doch het leven gaat door en je moet terug aan de slag, de draad terug oppikken. Naast het gedegen songmateriaal is het meest opvallende aspect de stem van I, Useless. Zijn falset is markant en niet te vergelijken met andere vocalisten. Een andere eigenschap is die van ogenschijnlijk kinderlijke onschuld. Sommige liedjes zijn heel verdrietig, droefgeestig en breekbaar (‘Hikers’, ‘Here The Story Ends’, ‘Spleen’ en ‘I’m Yours’). Maar ondanks het triestige thema is er ook sprake van hoop en vreugde. Songs als ‘Out Of This’, ’Because Of You’, ‘Reverse’ en ‘I Want You’ klinken zelfs opgewekt en levendig. Zelf kan ik maar niet wennen aan het bijna gefluister en het hoge register van I’ Useless. De kwaliteit van de songs is er. Het zijn tien miniaturen. Alleen de manier van vertolken blijf ik raar vinden.  

Møster!

Møster!
States Of Minds
Hubro

Kjetil Møster is een bekende saxofonist en jazzmuzikant. Naast twee soloalbums, ‘Blow Job’ in 2011 en ‘JÜ Meets Møster’ verschenen in 2014, was hij actief in bands als Zanussi 5, The Core, Trinity, Crimetime Orchestra en Datarock. Sinds 2013 opereert hij onder de naam Møster!. Rond zich verzamelde hij een keur aan Noorse muzikanten als gitarist Hans Magnus Ryan (aka Snah) van Motorpsycho, Grand General en Spidergawd drummer Kenneth Kapstad (ex-Motorpsycho en Goat The Head), bassist Nikolai Hængsle (Band Of Gold, Elephant9, The National Bank, Needlepoint) en geluidsman Jørgen Træen, alias Sir Dupermann, die hier ook als muzikant te horen  is op modulaire synthesizer en lap-steelgitaar. ‘States Of Mind’ de vijfde release van Møster! is meteen een dubbelaar en een groots en ambitieus opgevat project. Het zijn twee platen die verder reiken dan experimentele muziek, (free) jazz of psychedelische rock. De virtuositeit van alle muzikanten komt hier ruim aan bod. Op elke cd staan er vijf tracks. Op nummer twee zijn dat het fraai uitgewerkte ‘Life Wobble’, het welluidende ‘Phantom Bandotron’, het futuristische en tegelijk zinderende ‘Sounds Like A Planet’, het cinematografische ‘Mon Plaisir’ en het rusteloze ‘What A Flop Waking Up’. ‘Brainwave Entrainment’, het eerste nummer van schijf één zorgt meteen voor een schokeffect. Net als ‘Life Wobble’ is het een uitzonderlijk lange compositie bestaande uit vele laagjes en schakeringen waarin tot uiting komt welke markante muzikale talenten hier verzameld zijn. In het fantastische ‘Unhorsed By Chivalry’ krijg je een bijzondere mix van psychedelica, blues en funk. Het maar één minuut durende ‘Plate Sized Eyes’ is wat leuk gepingel als intermezzo. In het bezadigde maar warme en melodieuze ‘Mystère’ staat de sax van Kjetil centraal. In het splijtende en geschifte ‘Bow Shock’ gaat iedereen uit de bol, maar het zijn toch vooral gitarist Hans Magnus Ryan en drummer Kenneth Kapstad die een hoofdrol opeisen. ‘States Of Mind’ is dan ook en zinderende en weergaloze dubbel cd die geen minuut verveelt.      

Giulio Aldinucci

Giulio Aldinucci
Disappearing In A Mirror
Karlrecords
Italiaanse geluidskunstenaar die al jaren aan de slag is als componist en uitvoerder van experimentele elektroakoestische muziek en soundscapes. Naast zijn soloplaten werkte Giulio ook samen met artiesten als Francesco Giannico, Ian Hawgood en Martijn Comes.

Na ‘Borders And Ruins’ is dit zijn tweede album dat verschijnt bij het Duitse Karlrecords. Aldinucci kan prat gaan op een door de jaren heen verfijnde en elegante stijl van ambient muziek. Daarbij maakt hij dankbaar gebruik van omgevingsgeluiden en veldopnames. Belangrijk element op deze ‘Disappearing In A Mirror’ zijn de verschillende variaties van koorgezangen in tracks als ‘Jammed Symbols’, ‘Aphasic Semiotics’, ‘The Burning Alphabet’ en ‘Mute Serenade’. Het geeft het geheel een verheven, bijna heilige status. Die staat soms haaks op de grimmige, soms zelfs onheilspellende geluidssculpturen die ermee samengaan. Daarnaast is er schoonheid en de mystieke vormgeving in tracks als ‘Notturno Toscano’ en ‘The Tree Of Cryptography’. Was het de complexe thematiek over het begrip grenzen die ‘Borders And Ruins’ beheerste, dan is het nu de kwestie van identiteit die in al zijn facetten op ‘Dissapearing In A Mirror’ aan bod komt. Een concept ook dat op vele vlakken vragen oproept. Denk maar aan migratie, privacy, identiteitsdiefstal, overheidscontrole en geslachtsbeleving. Aldinucci spiegelt ons een beeld voor van de huidige situatie van voortdurende verandering en gunt ons tegelijkertijd een blik in de menselijke, tijdloze ziel. Aldinucci levert hier nog maar eens het bewijs dat hij een meester is in het maken van stemmige en beklijvende geluidslandschappen. 

Bill Thompson

Bill Thompson
Mouthful Of Silence
Burning Harpsichord Records

De Amerikaan Bill Thompson studeerde aan de North Texas State University en is van origine een jazz gitarist. In 2004 verhuisde hij naar Groot-Brittannië en behaalde er zijn doctoraatsdiploma voor compositie. Een hardnekkige peesontsteking was de oorzaak dat hij moest stoppen met gitaar spelen. Hij schakelde dan maar over op een alternatieve en ook wel controversiële vorm van muziek maken door het samenvoegen van elektronica, gevonden voorwerpen en zijn laptop. Op deze ‘Mouthful Of Silence’ keert hij terug naar zijn oude liefde de gitaar, maar dan wel een speciaal instrument, namelijk de Moog gitaar, in 2008 ontworpen door Paul Vo. Niet iedereen was er fan van, maar voor Thompson was dit het ideale instrument om zijn al twintig jaar durende exploratietocht uit te breiden met de dimensie van een fysiek tastbaar element. Vooral de mogelijkheid om nooit-eindigende, aanhoudende noten te produceren - zelfs als je wou op alle zes snaren tegelijk - was voor Bill een niet te versmaden troef. ‘Mouthful Of Silence’ is de studioversie van ‘Live At Brunswick’, een optreden in de Brunswick Club van juni 2017, wat datzelfde jaar nog verscheen bij Touch Radio. Deze dubbel cd bevat met ‘Stillness’ en ‘Solitude’ twee uitvoeringen, twee verschillende interpretaties van hetzelfde stuk. Ze zijn het eindresultaat van een jaar lang geïmproviseerde optredens. De nuances zijn soms heel klein en subtiel. Bill maakt gebruik van verschillen in toonhoogte, aangevuld met resonanties, ruis en oscillaties. In het tweede luik ‘Sollitude’ ligt de nadruk meer op golvende bewegingen. De digitale versie van ‘Mouthful Of Silence’ gaat vergezeld van een bonustrack. ‘Shifting Currents Installation’, duur 46 minuten, is een onderdeel van een kunstinstallatie en door Thompson te koop aangeboden als promo cd tijdens de Shifting Currents Tour (2009), een samenwerking met Keith Rowe en Rick Reed. Speciaal voor deze release is deze ‘installation composition’ geremasterd. Met dit album zoekt Bill Thompson naar de minder voor de hand liggende mogelijkheden die instrumenten kunnen bieden. Hij gaat verder dan wat de handleiding suggereert als opties en wil meer dan alleen maar het voorgekauwde aanbieden voor consumptie. Een interessant uitgangspunt dat de creativiteit moet aanzwengelen.    

Various Artists

Various Artists
Zoom In 12: New Art Music From Lithuania
MIC Lithuania

Het Lithunanian Music Information Centre begon in 2002 met de reeks ‘Zoom In’ waarvan het de bedoeling is om componisten en muzikanten uit Litouwen een forum te geven en te promoten. Op deze twaalfde release in de serie staan zeven premières van composities tijdens concerten en festivals, vertolkt in de periode 2015 tot 2017. Naast de componisten zijn ook de voorgestelde ensembles en groepen heel verschillend. Het gaat hier om jongere generaties musici die zich een weg zoeken in neoklassieke muziek, avant-garde, ambient en minimale muziek. Ook het samengaan wat betreft instrumentarium is soms experimenteel en gedurfd. In ‘Harp Is A Cord’ is er de combinatie tussen klavecimbel en accordeon en in ‘Delta Cephei’ koppelt men cello met tam-tam. Dat er hier muzikale talenten aan het werk zijn staat buiten kijf. De gebrachte muziekstukken zijn allen op zich speciaal en uniek. Naast minder toegankelijke tracks word je ook getrakteerd op breekbare en mooie werken als ‘…’ van Julius Aglinskas gespeeld door het ArtVio Quartet. Ook bijzonder is het huiverachtige en kille ‘Tapisserie’ van Justina Repeckaitė en uitgevoerd door het Ensemble Court-Circuit. Het mijmerende ‘No Sense’ (St. Christopher Chamber Orchestra) van Dominykas Digimas heeft een dreigende ondertoon en zorgt voor onderhuidse spanning. In de ‘Chiaroscuro Trilogy’ (Zibuoklė Martinaitytė) met pianist Gabrielius Alekna als solist en het Lithuanian Chamber Orchestra worden de spanning en drama mooi opgebouwd. Deze ‘Zoom In 12’ geeft een fijn overzicht van de laatste ontwikkelingen in de hedendaagse ‘new art music’ aldaar. 

Kevlar Bikini

Kevlar Bikini
Rants, Riffage And Rousing Rhythms
Geenger Records

Kevlar Bikini is een hardcore band uit Kroatië. Aan de slag sinds 2010 heeft de nu na het vertrek van zanger Matija Auker tot trio herleidde groep een derde langspeler uit. Naast hardcore vervolledigen facetten uit metal, noise en punk rock het groepsgeluid. ‘Rants, Riffage And Rousing Rhythms’ klinkt een stuk rauwer en agressiever nu gitarist Mario Balta ook de rol van zanger vervult. Maar voor wie Kevlar Bikini kent heeft deze keuze zo zijn gevolgen. Het hese stemgeluid van Balta komt meermaals geforceerd over en echt fel en overtuigend uithalen zit er niet in. Behalve de gekke titels getuigen de songs ook van weinig verbeelding. Er zit weinig creativiteit in en de tien nummers passeren bijna onopgemerkt. Of het moeten de twee finale nummers zijn die toch nog een beetje indruk maken. Het vinnige ‘Meatbomb’ heeft een paar rake grooves. Afsluiter ‘Homo Rattus’ heeft variaties in ritme, een paar treffende gitaarriffs en op het einde is er dat korte, wilde stukje saxofoon van gastmuzikant Vanja Ileković. Nee deze ‘Rants, Riffage And Rousing Rhythms’ is geen hoogvlieger. Tijd voor Kevlar Bikini om zich te beraden over hoe het verder moet.

Helios

Helios
Veriditas
Ghostly International

Helios is het eenmansproject van Keith Kennif. Een Amerikaanse componist die bij voorkeur ’s nachts werkt wanneer het kalmer is. Naar eigen zeggen kan hij als de duisternis is gevallen zich ook beter concentreren. Sinds 2004 is hij actief als Helios en heeft al een tiental ambient releases op zijn palmares staan. Naast Helios maakt hij ook nog platen onder de naam Goldmund, vormt samen met zijn vrouw Hollie het duo Mint Julep en schrijft muziek voor film en televisie. Meestal gaat de muziek van Helios gepaard zonder uitleg en is dan ook voor interpretatie vatbaar, naargelang het inlevingsvermogen van de individuele luisteraar. Op deze langspeler is dat enigszins anders. Het woord Veriditas is bedacht door Hildegard Von Bingen, een Duitse Benedictijnse abdis die leefde in de 12e eeuw en actief was op het gebied van religie, kosmologie, wetenschappen, filosofie, compositie en muziekbeoefening, poëzie, plantkunde en linguïstiek. Hildegard creëerde het woord Veriditas (een samensmelting van de woorden groen en waarheid) om het moment aan te geven dat God iemand geneest door middel van een levende plant. Meer dan met religie heeft Keith een band met de schoonheid van de natuur en die beleving gaat samen met zijn ervaringen als componist. Belangrijk op deze ‘Veriditas’ zijn textuur en harmonie. Synthesizers maken de hoofdmoot uit. Alleen in ‘Upward Beside The Gale’ speelt Keith gitaar en piano in ‘Dreams’. Met ‘Veriditas’ zet Kenniff een nieuwe stap in de muzikale evolutie van zijn alter ego Helios.  

Trondheim Voices + Asle Karstad

Trondheim Voices + Asle Karstad
Rooms & Rituals
Grappa

In 2016 werd geluidskunstenaar, ontwerper en producer Asle Karstad uitgenodigd als ‘artist in residence’ door het ensemble Trondheim Voices, een koor bestaande uit twaalf zangeressen. Samen met zijn zoon Arnvid Lau Karstad richtte Asle in 2013 het bedrijf Maccaphone AS op en ontwikkelde samen met hem Maccasolve, een nieuwe technologie die het mogelijk maakt om zowel fysiek als elektronisch het stemgeluid te manipuleren. Op deze ‘Rooms & Rituals’ bestaat het koor uit zeven en voor drie van de twaalf tracks uit negen deelnemers. Elk draagt een kleine, draadloze doos, Maccatrols genaamd die besturingselementen bevatten als reverb, delay, pitch-shift en looping. De stemmen zijn hier de enige geluidsbronnen en alles werd in de echte tijd geregistreerd. De muziek kan zowel bestaan uit improvisaties, gecomponeerde werken of traditionele melodieën. Dat laatste is hier van toepassing voor ‘Hymn’. Het album op zich is samengesteld met stukjes uit verschillende voorstellingen zoals deze in de Kaiser Wilhelm Memorial Kerk in Berlijn. Deze bijzondere manier om stemmen en technologie met elkaar te combineren leidt soms tot verrassende resultaten. Je krijgt hier talrijke gemoedsbewegingen te verwerken. Er spreekt drama, mysterie, angst, droefenis en vreugde uit de vocale abstracties. Ook de locaties op zich en het zich verplaatsen in die ruimte spelen een rol. Tot de meest markante en memorabele fragmenten horen ‘Berlin Memorial’, ‘Room #6’, het reeds eerder vermelde ‘Hymn’ en ‘Room #10’. Toch wel een bijzondere release deze ‘Rooms & Rituals’. 

Steve Hauschildt

Steve Hauschildt
Dissolvi
Ghostly International

Brengt al sinds 2007 eigen materiaal uit, maar is het meest bekend als groepslid van het krautrock en synthpop trio Emeralds. Sinds de release van ‘Where All Is Fled’ (2015) concentreert Hauschildt zich helemaal op zijn solocarrière. Zijn eigen muziek gaat een andere richting uit dan die van Emeralds en is meer verwant met ambient. Opener ‘M Path’ is daarvan een goed voorbeeld. Steve creëert zo dromerige geluidssculpturen waar dan soms technobeats zich een weg doorheen banen zoals in ‘Phantox’. ‘Alienself’ kabbelt rustig met de stroming mee. Hier zijn het subtiele effecten die als percussie dienst doen. Duurt iets te lang om tot het einde te blijven boeien. Meest ongebruikelijke track qua compositie, stem en instrumentarium is het pulserende ‘Syncope’ De combinatie van hamerende beats, vluchtige klanken en hemelse koorzang zorgen in zowel ‘Lyngr’ als de titelsong voor een bespiegelende beeldvorming. Op deze langspeler baant het subliminale zich een weg naar de oppervlakte. Met zijn muziek verwijst Steve ook naar de moderne technieken, bijvoorbeeld de camera’s waarmee men vandaag alles en iedereen in de gaten houdt. De publieke ruimte bant het individu en laat alleen nog de menigte zien. Elke vorm van persoonlijkheid en identiteit vervaagt in dit allesomvattend controlesysteem. De muziek van Hauschildt is er één met een dubbele bodem met aan de ene kant rustgevende en zachte ambient klanken en aan de andere zijde kille en harde technobeats. Dit zorgt alvast voor een interessante, maar ook complexe mix.  

Goner

Goner 
Yogascum
Hallow Ground

Deze release dateert al van eind 2017 (8 december) en komt pas nu bij Dark Entries op de radar. Goner is het pseudoniem voor Martin Claudius Maischein. Is een IDM pionier en maakte samen met Bodo Elsel deel uit van de Duitse electro act Sandbenders. Als Goner experimenteert Maischein met alles wat betrekking heeft op drones. Maakt daarbij gebruik van elektro-akoestische ruimtes, oscillaties en zowel pulserende als gesynchroniseerde ritmes. Alles uitgevoerd in diverse toonhoogtes. Wat we hier te horen krijgen zijn vreemde combinaties die uitmonden in zowel sombere/duistere als griezelige evocaties. Door hun repetitieve aard hebben de geluidsgolven ook een meditatief effect. Het is voor het eerst dat dit soort van geluiden en instrumenten door Martin worden geïntroduceerd in zijn solowerk. Op deze ‘Yogascum’ verlenen zowel noise celliste Unter Lala (‘YS-1’ en het krassende, jankende ‘YS-3’) als Mark Godwin (in het ritmische, door percussie gedreven ’YS-2’) hun medewerking. Die laatste was actief bij Coil en vormt samen met Gareth Ormerod het duo zK. De laatste track ‘Endtitle’ verwijst naar Goner zijn eigen IDM verleden. Als zich verder ontwikkelend kunstenaar is deze release een interessante opstap in de carrière van Martin Maischein, alias Goner. 

The Violent Years

The Violent Years
I Blame You And You Blame Me
Apollon Records

Ze bestaan al sinds 2005, maar debuteerden pas drie jaar later met een eerste ep, in 2012 gevolgd door een eerste volwaardige album ‘Trying To Get Over’. En nu, nog eens zes jaar later hebben ze met ‘I Blame You And You Blame Me’ eindelijk een opvolger beet. Het viertal onder leiding van zanger/gitarist en componist Kenneth Bringsdal voelt zich thuis in vele genres. Al zijn er sterke Amerikaanse invloeden, je hoort ook echo’s van naast nog andere acts, Simple Minds, U2, The Waterboys of Nick Cave. De liedjes van The Violent Years leunen eerder aan bij gemeenzame popmuziek dan bij alternatieve rock. De titelsong is meteen al een voltreffer. Het is een prachtig nummer dat je meteen laat wegdromen met heerlijke, meerstemmige zang en bekoorlijke keyboards die doen denken aan de new romantic stroming van de jaren tachtig. ‘Fountain Of Youth’ is een al even mooi folkrock/country getint nummer. Elk lied heeft zo zijn subtiele kenmerken en wie goed luistert kan zoals hierboven reeds aangegeven daar een andere bekende naam op kleven als mogelijke bron van inspiratie. De muziek van The Violent Years zou je bijna mainstream kunnen noemen, ware daar niet die geraffineerde nuances en minder voor de hand liggende instrumenten als trompet, banjo of koorzang die deze plaat naar een hoger niveau tillen. ‘I Blame You And You Blame Me’ staat dan ook garant voor meer dan één fijne luisterbeleving.  

Josefin Winther

Josefin Winther
Righteously Wrong
Apollon Records

Josefin Winther is een Noorse singer/songwriter. De muziekmicrobe kreeg ze te pakken via haar vader. Die was altijd aan het luisteren naar muziek, speelde gitaar en zong. Op school had ze een muziekleraar die haar zanglessen gaf en aanmoedigde om in het schoolkoor te zingen. Josefin speelt ook cello en gitaar. Ze begon met het schrijven van eigen nummers en in 2008 verscheen haar debuutplaat ‘Be Proud Or Stay Out Of It’. Sindsdien heeft ze nog een paar albums uitgebracht. Deze ‘Righteously Wrong’ is haar vierde. Haar liedjes hebben een hoog poëtisch gehalte en leunen dichter aan bij popmuziek en indie rock dan bijvoorbeeld folkrock. Winther bezit een mooie stem die telkens de juiste snaar weet te raken. Gevoelig en melancholisch, stijlvol en één keer opgewekt (‘Wild In The Nighttime’). De muzikanten die haar op deze ‘Righteously Wrong’ bijstaan zijn de drummers Ivar Thormodsæter (Enslaved) en Iver Sandøy (Emmerhoff), de twee violisten Madeleine Ossum en Isa Caroline Holmesland, bassist Chris Holm (Sondre Lerche) en toetsenist/pianist Reidar Opda. Die laatste slaagt erin een speciale ambiance te creëren in bijvoorbeeld het wondermooie ’Walls In Bejing’, ‘Moving Forward’, het wat onderkoelde ‘Joke’ en ‘Save My Love’. Het sympathieke ‘Long Night’ heeft een onbevangen ‘shalalalala’ refreintje. De overige liedjes hebben niet dezelfde impact. Toch is deze ‘Righteously Wrong’ geen onaardige plaat. 

Jan Eivend Bertelsen

Jan Eivend Bertelsen
Obijans Himmel
Apollon Records

Alias Obijan en drummer bij Fjorden Baby!. Deze ‘Obijans Himmel’ is zijn eerste solo album. Hoort zijn band vandaag thuis in de categorie alternatieve rock dan kiest Bertelsen hier voor een meer op pop en reggae afgestemde insteek en gaat daarmee terug naar de begindagen van Fjorden Baby!. Zo swingt de blazerssectie lekker in ‘Elektromagnetisme’. Een song die dan ook boven de rest uittorent. Minder geweldig zijn het door dub beheerste ‘Selvportrett’ gevolgd door het ska/reggae deuntje ‘Skylder Deg Et Oppsig’. Ook ‘Tar Det Som Det Kommer’ hoort in die laatste categorie thuis. De resterende liedjes zijn stuk voor stuk luchtige niemendalletjes. ’Obijans Himmel’ gaat zowat alle richtingen uit. Je mag overal even van proeven, maar je blijft wel op je honger zitten. Dit lijkt me duidelijk een muzikant met tijd op overschot, iemand die voorlopig niets om handen heeft en dan maar besluit om een soloplaatje uit te brengen. Is waarschijnlijk in eigen land (Noorwegen) populair, maar ik denk niet dat de rest van Europa, laat staan de wereld hier zat op te wachten.   

Howlin' Sun

Howlin’ Sun
Howlin’ Sun
Apollon Records

Kwartet uit Bergen, Noorwegen dat zich toelegt op de rockmuziek van de jaren zestig en zeventig van de vorige eeuw. Denk aan groepen als Mountain, Nazareth, Cream, Free en aanverwanten. De grondslag van Howlin’ Sun ligt bij blues rock aangedikt met klassieke rock, hardrock en psychedelische rock. De heren zijn verlekkerd op gitaareffecten waarbij hun voorkeur uitgaat naar het fuzz pedaal. Sommige tracks hebben een opwindende hook, groove of een splijtende riff die je bij het nekvel vastgrijpt en niet meer loslaat dat is onder meer het geval met ‘Nothing Like A Shelter’, ‘Hitchhiker Of Love’, ‘Westbound’ en ‘Day-To-Day Blues’. De plaat bevat ook een paar rustiger, maar daarom niet minder energieke midtempo nummers zoals ‘Yellow Lit Road’, ‘Jupiter’ en het mooie, meer countryrock getinte ‘Little Bit Of Rain’. Het met mondharmonica opgesmukte ‘The Day Took My Sunshine Away’ is dan weer heel dynamisch en fel. Dit is de zoveelste band die zijn heil zoekt in vette, ouderwetse rock. En toch is dit een fijn album. Zanger/gitarist Tor-Erik Bjelde is vocaal heel sterk, gitarist Magnus Gullachsen kan evengoed ongenadig rammen op zijn zes snaren of een subtiele solo spelen. De bas van Pieter ten Napel ronkt en bromt geweldig en Torgrim Nåmdal is een uitstekend trommelaar. Een aanrader voor wie nog eens terug wil grijpen naar dat oude rock tijdperk.  

Emmerhoff & The Melancholy Babies

Emmerhoff & The Melancholy Babies
Circle Six
Apollon Records

Gunnar Emmerhoff en zijn ‘babies’ zijn al een kleine twintig jaar actief en dat nog altijd met dezelfde bezetting. Het vijftal heeft er wel zeven jaar over gedaan om een opvolger uit te brengen voor het in 2011 verschenen ‘Where The Pale Light Creeps’. ‘Circle Six’ verwijst naar het feit dat dit hun zesde studioplaat is. De groep brengt een mooie mix van alternatieve rock, psychedelisch rock, prog en krautrock. Alle acht tracks hebben elk zo hun bijzonderheden en verschillen sterk van elkaar. Opener ‘Boreas’ is groots opgevat en nogal hoogdravend. Neigt zelfs naar hardrock. Met ‘Koral’ gooit men het al meteen over een andere boeg. Het is een meer op folkrock afgestemde compositie met een vleugje Oosterse invloeden. Gevolgd door het rustige en ontspannende ‘Aerial’ dat is volgestouwd met kleine nuanceringen verwijzend naar krautrock en space rock. ‘Desert Ritual’ is een stuk feller en opzwepend met verkwikkende gitaarriffs. Tijd dan voor ‘Lovers Left Alive’ een meer gemoedelijke, wat zweverige song. Met het instrumentale ‘BB’ zoekt het kwintet toenadering tot Latijn-Amerikaanse ritmes met daarover heen uitgestrooid psychedelisch getinte synthesizers en gitaren. ‘Astral Nomad’ is het meest heftige nummer met creatief drumwerk en stemeffecten. ‘Sleepwalker’ heeft zijn naam niet gestolen en wiegt je stilletjes in slaap. Met hun zesde bewijzen Emmerhoff en co. dat ze ervaren rotten zijn en hun lange samenwerking moeiteloos kunnen verzilveren.  

dinsdag 13 november 2018

Sister May

Sister May
Ascent
Eigen Beheer

Sister May hun muziek valt nog het best te omschrijven als alternatieve rock, waarin ook grunge en new wave elementen een plaats krijgen. Begin 2017 debuteerde dit Belgische kwartet met de ep ‘My Absolute Defiler’. Het plaatje kreeg toen veel positieve reacties en het was uitkijken naar een opvolger. Die is er nu en kreeg als titel ‘Ascent’. Er werd beroep gedaan op Jorge Van De Sande van RHEA om alles in goede banen te leiden. Zanger Bert Goethals is kwaad. Een woede waarbij de kritiek op de maatschappij wordt verwoord, doch zonder een oordeel te vellen. De emoties laaien hoog op, de sfeer is dynamisch, vijandig maar ook mistroostig. De nummers zitten vol angels waaraan men zich al eens prikt. Daarnaast zijn er de venijnige en soms splijtende veranderingen in ritme. ‘Ascent’ is een ongemakkelijk maar bevlogen plaatje van een band in volle ontwikkeling.