dinsdag 7 januari 2020

Pleiadees

Pleiadees
Pleiadees
Subsound

In hoeverre stellen we onze geest en ons hart nog open voor impressies van buitenaf? Een overdenking die de drie muzikanten van het Italiaanse Pleiadees aanzetten tot het maken van deze langspeler. Zowel drummer Cristiano Calcagnile, Massimo Pupillo (basgitaar) en multi-instrumentalist Xabier Iriondo zijn naast muzikant ook componist. Alle drie hebben ze al een mooie staat van dienst in het Italiaanse rockcircuit en hebben elkaar nu gevonden in dit ambitieuze project. De plaat bevat slechts drie nummers die wel goed zijn voor veertig minuten muzikaal vertier. ‘Pleiadees’ is een grensoverschrijdend, hedendaags werkstuk waarin men op zoek gaat naar de oerkrachten van melodie en ritme die de mens al sinds zijn ontstaan met zich meedraagt. Het trio ging op zoek naar dat vergeten gevoel waarin ook de eigenlijke bedoeling van muziek ligt besloten: de geest verheffen en naar de aanwezigheid van het goddelijke leiden. Bij het luisteren openbaart er zich een onbekend universum. Genres en stijlen als ambient, jazz, rock, psychedelica en volksmuziek worden met gemak overstegen. Je krijgt een nieuwe vorm van wereldmuziek. Naast vrije improvisatie zijn de samples van gezongen fragmenten hier doorslaggevende componenten die deze muzikale reis intensifiëren en tegelijk aan de complexiteit van onze samenleving uitdrukking geven. Elk van de drie fragmenten legt zijn eigen accenten waarin de luisteraar zich kan verliezen. Niet vanzelfsprekend, want het vraagt een inspanning om mee in hun verhaal te stappen.

Izakaya Heartbeat

Izakaya Heartbeat
Subterranean Sunset
Handmade/PIAS”

Izakaya Heartbeat is niet de naam van een Japanse eettent, maar wel van een muziekband afkomstig uit de Noorse hoofdstad Oslo. Na ‘Ancient Asobi / In Arcadia’ (2010) en ‘Enter - Rainbow Lake’ (2013) is het viertal met ’Subterranean Sunset’ toe aan zijn derde worp. Die verschilt niet zoveel van hun voorgaande releases. Het kwartet heeft een voorliefde voor versatiele, grimmige noise rock ferm gedipt in een pittige saus van psychedelische drones. Het geluidspalet wordt verrijkt met tragere naar stoner neigende uitstapjes, een streep shoegaze of verwijzingen naar postrock. Izakaya Heartbeat haalde de mosterd bij de generatie al of niet illustere Engelstalige underground gitaargroepjes van eind de jaren tachtig, begin de jaren negentig. Het plaatje heeft verschillende luisterbeurten nodig om zijn verscheidenheid en kleine nuances prijs te geven. Zo kom je na wat rondjes te hebben gedraaid in de cd-speler tot de vaststelling dat ‘Subterranean Sunset’ een goede mix bevat van meer luchtige (pop)rock (‘Sometimes’, ‘Into The Ocean’), venijnige, instrumentale rock (‘Primitive Psyche’, ‘Endless Kiss’), hypnotische noise erupties (‘Collective Unconsciousness’, ‘Planetarium High’)  en beklijvende shoegaze (‘Hallucinating Past And Future’, ‘Fierce Femme’). Heel degelijke plaat deze ‘Subterranean Sunset’ van Izakaya Heartbeat.

Jamhed

Jamhed
Gelée Royale
Teppich/Cargo

Aan de slag sinds 2007 slaat het Duitse viertal van Jamhed een nieuwe weg in. Was hun vorige schijf ‘Lollipop Giveaway in Wee-Wah-Wonderland’ meer afgestemd op progressieve rock dan kiest men nu voor een meer psychedelische insteek die sterk doorklinkt in nummers als ‘Appleteenie’, ‘Elevator No. 3’, het fellere ‘I’m Fine’ ‘Big City Supercat' en het instrumentale ‘Creme Royale'. De invloeden van de jaren zeventig worden opgefrist en met allerlei effectjes en lagen van overdubs waarvan de opnames enkele maanden in beslag namen. Een instrumentaal tussendoortje als ‘Marble Slide’ is luchtig en vrolijk. Ook songs als ‘Cold Turkey’ en ‘Not There’ kabbelen rustig voorbij en zorgen voor een ontspannen stemming. In het eveneens relaxte ‘Pythia’ komt er toch plots een onverwachte wending. Zo krijg je een mooie mengeling van met psychedelica doordrongen pop en rock. Voor wie eens iets anders wil horen dan hardrock of metal is deze ‘Gelée Royale’ best het beluisteren waard.

Jaz Coleman

Jaz Coleman
Magna Invocatio: A Gnostic Mass For Choir And Orchestra Inspired By The Sublime Music Of Killing Joke
Spinefarm

Jaz Coleman, frontman van het legendarische Killing Joke, is naast wereldburger ook een klassiek geschoold muzikant en componist. Op zijn palmares staan naast het Killing Joke repertoire ook een aantal albums met eigen composities. Daarnaast nam hij ook tijdloze nummers van Pink Floyd (‘Us and Them: Symphonic Pink Floyd’), Led Zeppelin (‘Kashmir: Symphonic Led Zeppelin’) en The Doors (‘Riders On The Storm - The Doors Concerto’) onder handen. Killing Joke bestaat veertig jaar en blijkbaar vond Jaz de tijd rijp om de muziek van zichzelf en zijn band in een orkestraal en symfonisch kleedje te steken. Het album werd opgenomen met het oudste muziekensemble dat Rusland rijk, het filharmonisch orkest van Sint Petersburg. ‘Magna Invocatio’ is een imponerende plaat met hedendaagse klassieke muziek die ook dienst zou kunnen doen als geluidsband voor een grootse filmprent. Bij vijf van de dertien composities ‘Absolute Descend Of Light’, ‘Intravenous’, ‘Invocation’, ‘Into The Unknown’ en ‘Magna Invocatio (Gloria)’ komt er ook een koor aan te pas dat het dramatische, het theatrale en de alteratie nog wat aanwakkert. Coleman is niet voor niets een gewijd priester, verbonden aan een kerk in Nieuw-Zeeland en dan krijg je wel eens de neiging om een mooi en magisch ritueel uit je hoed te toveren. Het is Jaz zijn bedoeling om de luisteraar naar een andere met magie bevolkte dimensie te brengen en dat op een zinvolle manier. ‘Magna Invocatio’ is dan ook een prachtige plaat, de ultieme bekroning en een zeldzaam pad om tot transcendentale verbondenheid te komen.Waar ik wel geen raad mee weet is welke score hier aan te geven.

Thy Catafalque

Thy Catafalque
Naiv
Season Of Mist

Hongaars combo dat reeds toe is aan zijn negende volwaardige langspeler. De black metal van hun beginperiode zijn ze al een tijdje ontgroeit. De groep is door de jaren heen geëvolueerd en onder commando van Tamás Kátai - na het vertrek van János Juhász in 2011 de enige overlever van de oorspronkelijke bezetting - wordt er nu een breed gamma aan muziekstijlen door elkaar gehaspeld. Onder meer ambient, gothic, volksmuziek, jazz, rock, pop, electro en metal komen in een of andere vorm aan bod. Ik was in het begin nogal sceptisch over wat ik te horen zou krijgen, maar het valt allemaal best mee. Op een uitgekiende manier weet Kátai verschillende en op het eerste gehoor niet bij elkaar horende genres binnen hetzelfde nummer met elkaar te verzoenen. Een andere prima beslissing was het uitnodigen van verschillende gastzangers plus muzikanten die traditionele instrumenten bespelen (oud, klassieke gitaar, quena fluit, viola). Dit zorgt voor een zekere dynamiek en diepgang. Eigenlijk valt er heel wat te beleven op ‘Naiv’. Het is een gevarieerde plaat die op geen enkel moment verveelt en best meerdere luisterbeurten kan verdragen. 

Timelost

Timelost
Don’t Remember Me For This
Golden Antenna

Amerikaans duo uit Philadelphia dat voluit kiest voor shoegaze. Met ‘Don’t Remember Me For This’ maken ze hun debuut. De twee hebben zich helemaal ingeleefd in voornoemd genre en alle typische kenmerken zitten verwerkt in hun groepsgeluid. Tijdens het maken en schrijven van nummers voor hun eerste plaat ervoeren beide heren een nogal turbulente periode. Persoonlijke ervaringen over verlies, pijn, angst en zelfreflectie - waarbij de emoties soms hoog opliepen - zijn verwerkt in de elf liedjesteksten. Naast de dromerige, blikkerige duozang zijn er de verwachte, steeds weerkerende galm effecten en levendige, aan en af rollende gitaarriffs. De angel zit in het slotakkoord. Een cover van Marilyn Manson zijn ‘Cryptorchid’ (terug te vinden op ‘Antichrist Superstar’ uit 1996) en het enige nummer waarin deze twee zichzelf als metalheads bestempelende muzikanten een beetje hun ware aard laten zien. Al gaan ook het felle tweeluik ‘Heart Garbage’ en ‘Closure Is Expensive’ die kant uit. Verre van origineel deze ‘Don’t Remember Me For This’, maar wel met overtuiging gebracht.

Törzs

Törzs
Tükör
Eigen Beheer

De Aggtelek druipsteengrot maakt deel uit van een grottencomplex gelegen in een Hongaars nationaal park dat ook erkend werd als werelderfgoed. Het werd gekozen als locatie door dit postrock/shoegaze trio om er ‘Tükör’ (spiegel) live op te nemen. Dit heeft uiteraard zijn weerslag op het groepsgeluid. De zes instrumentale composities klinken uitzonderlijk helder. De galmende studio effecten worden hier ruimschoots overtroffen door de natuurlijke elementen. Het weerkaatsen tegen de wanden heeft een totaal andere impact, is luider én ook scherper. De titel van het album verwijst naar de individualiteit van elk van de drie muzikanten. De drie muzikanten van Törzs houden zichzelf een spiegel voor en kijken wat hun inbreng tijdens het spelen van het songmateriaal doet met met henzelf en hun onmiddellijke omgeving. Ze beoordelen en nemen waar en gebruiken die impressies om elkaar te inspireren. Ook al zijn ze instrumentaal en de titels gewoon een opsomming van één tot zes; de songs hebben diepgang en vertellen elk hun eigen verhaal. Hun zweverige en glimmende palet van klanken is mild al komt er soms die scherpe gitaarriff die alles doormidden klieft. Qua beeldvorming speelt men open kaart met de luisteraar. Ieder bepaalt zijn vorm van beleving en dat is nog altijd de meest eerlijke manier om van de muziekliefhebber een deelgenoot te maken.

We Lost The Sea

We Lost The Sea
Triumph & Disaster
Bird’s Robe/Dunk!

Het klinkt cynisch, maar terwijl we de wereld aan het verkloten zijn laten meer en meer muziekgroepen zich inspireren door de toenemende problematiek rond klimaatverandering en alle ermee gepaard gaande oorzaken (overconsumptie, overbevolking, egoïsme, isolement) en rampen (overstromingen, aardbevingen, smeltende ijskappen, slechte luchtkwaliteit). Met als doel meer plaatjes te verkopen en meer centjes te verdienen. Ook het Australische We Lost The Sea pakt voor zijn vierde langspeler uit met een conceptplaat over de ondergang van de wereld of toch in ieder geval de teleurgang van de mensheid. In hun versie wordt het doemscenario gezien door de ogen van een moeder en haar kind tijdens de laatste dag die ze op aarde doorbrengen. En het moet gezegd: We Lost The Sea hun muzikale pleidooi komt als zeer geloofwaardig over. Ze brengen hun verhaal over vernietiging en tragedie op een overtuigende manier met krachtige soms lang uitgesponnen composities. Onder meer ‘Dust’ is een pareltje en bezorgt je koude rillingen. De harmonie van het kalm ogende ‘Parting Ways’ neemt ongeveer halverwege een andere wending en krijgt een meer onrustwekkend en gejaagd karakter. Naar het einde toe keert de rust terug. Een prachtige weerspiegeling van aardse schoonheid valt je ten deel in het stemmige ‘Distant Shores’. Het is slechts uitstel van executie. Die wordt voltrokken in het imposante ‘The Last Sun’. Het laatste woord is aan de moeder, hier vertolkt door Louise Nutting in ‘Mother’s Hymn’ met de hamvraag: ‘zijn we echt te laat om het tij nog te keren’.

Meth Assassin

Meth Assassin
Reptilian Side Of God
Terratur Possessions

Meth Assassin is een nieuw project van IX (Urfaust) en Dolen (Hooded Priest). De eerste neemt de zang voor zijn rekening. De tweede bepaalt de muzikale patronen. 25 jaar geleden sloegen ze al eens de handen in elkaar. Die opnames kwamen uiteindelijk terecht op het Urfaust debuut ‘Geist Ist Teufel’ (2003). Dit Nederlandse duo zit gebeiteld in black metal. Ze hebben echter ook een boontje voor industrial bands uit de jaren tachtig zoals Skinny Puppy, G.G.F.H. en Front Line Assembly. Daar voegen ze nog een paar hedendaagse subgenres aan toe (witch house en horrorcore). Et voilà je hebt het volledige muzikale palet waarmee Meth Assassin uitpakt. Persoonlijk ben ik niet onder de indruk van ‘Reptilian Side Of God’ die het duo zelf omschrijft als een meedogenloze en dystopische tour de force. Men probeert met trage, elektronisch aangestuurde instrumentatie een bepaald sfeertje te creëren. Voor de rest zijn er de bekende, typische black metal zang elementen aangevuld met weinig tot de verbeelding sprekende samples en synthesizers. Na een paar nummers heb je het wel gehad. Alleen het sluitstuk ‘Invocating The Adversary’ komt nog enigszins verrassend over.

Deathwhite

Deathwhite
Grave Image
Season Of Mist

Met hun tweede album, de opvolger voor ‘For A Black Tomorrow’ schetst het Amerikaanse Deathwhite een minder fraai beeld van de mensheid en de toestand waarin de wereld zich bevindt. Ik vermoed dat hun eersteling, te oordelen naar de titel, ook al die richting uitging. De groep kiest voor een samenspel van sentiment en beproeving. De duistere teksten worden begeleidt door een mix van doom/dark en gothic metal. Denk aan Katatonia, Paradise Lost, Anathema en My Dying Bride. ‘Grave Image’ is redelijk zwaar op de hand onder meer door de op sommige tracks toegevoegde orkestratie. De heldere, bewogen zang is een beetje het contrapunt, al versterkt die tegelijk het dramatische effect. Deathwhite probeert zich een weg te vinden in wat hun genrekeuze vandaag te bieden heeft. Een nadeel vind ik dat de groepsleden in verspreide slagorde wonen. Er is een gebrek aan cohesie. Ik mis de chemie en de kracht die kan uitgaan van het samen musiceren. Tot de betere nummers horen ‘In Eclipse’, ‘Among Us’, ‘Words Of Dead Men’, ‘No Horizon’ en ‘Plague Of Virtue’.