woensdag 19 januari 2022

Erdling

Erdling
Helheim

Out Of Line

Opgericht in 2016 sloot Erdling zich aan bij het legioen van Neue Deutsche Härte bands. De groep kan van bij hun start bogen op een erg productieve bui, want deze ‘Helheim’ is al hun vijfde worp. Met opener ‘Rabenherz’ gooit men er meteen de beuk in. Het combo grossiert in brutale, snelle riffs wat uitstekend samengaat met de stem van frontman Neill Freiwald die heldere zang afwisselt met rauwere uithalen. Tekstueel houdt het gezelschap de vinger aan de pols van de actualiteit. De steeds veranderende maatschappij waarin de mens zich beweegt, de obsessie voor eigen gewin en macht, de tweespalt tussen rijk en arm en sinds kort de dualiteit tussen gevaccineerd en niet gevaccineerd, zorgt voor zwalpende gemeenschappen die afstevenen op chaos. Symbool voor deze tendenzen staat het als single uitgebrachte ‘Götterdämmerung’ waarin ook de goden een sterfelijk bestaan leiden. Als producer deed men andermaal beroep op Chris Harms (Lord Of The Lost) die het totale groepsgeluid in balans brengt met de vele muziekelementen die het kwartet in de blender gooit. Vallen het meest in de smaak: het felle ‘Der Mensch Verdient Die Erde Nicht’, het beenharde tweeluik ‘Vogelfrei’/ ‘Weissglut’, de van pathos doordrenkte titelsong en het zwaarmoedige ‘Das Ritual’.

Boris

Boris
W 

Sacred Bones/Konkurrent

Het Japanse Boris - volgend jaar bestaan ze dertig jaar - is voortdurend in transitie, zelfs na de release van meer dan veertig (!) albums. Na ‘No’ in 2020 is ‘W’ hun tweede plaat tijdens het Corona tijdperk. Met het op hardcore geënte ‘No’ kwam er alvast een trendbreuk met hun vorige werk. Op ‘W’ gaat men dan weer een totaal andere richting uit. Hiermee sluit men opnieuw aan bij vroegere albums, maar zonder in herhaling te vallen. Vluchtige en verheven, fragmentarische songstructuren worden op ‘W’ afgewisseld met hardere naar psychedelica, drone en sludge neigende nummers  (‘I Want To Go To The Side Where You Can Touch…), ’Drowning By Numbers’, ‘The Fallen’, ‘You Will Know (Ohayo Version)’,’Old Projector’). De in totaal negen composities zijn deels instrumentaal en partieel met zang. Bij die laatste lijkt de stem, van voornamelijk Wata (gitaar en toetsen) op ergens uit de sferen opdoemend gefluister. Het schipperende, tweeslachtige effect dat zo ontstaat klinkt niet altijd overtuigend en een paar keer zijn de overgangen erg bruusk. Het blijft natuurlijk het eigenwijze Boris. Het trio staat altijd garant voor verrassende wendingen en dat maakt ook van ‘W’ een avontuurlijke luistertrip.

Buñuel

Buñuel
Killers Like Us

Profound Lore

Buñuel, genoemd naar Spaans / Mexicaans cineast Luis Buñuel Pontolés - bekend om zijn voorliefde voor surrealisme en sociaal engagement en zijn afkeer voor bourgeoisie en religie - beëindigd zijn trilogie die begon met ‘A Resting Place For Strangers’ gevolgd door ‘The Easy Way Out’ met deze ‘Killers Like Us’. De bezetting van de groep bestaat uit het Italiaanse trio Xabier Iriondo (gitaar), bassist Andrea Lombardini en Francesco Valente (drums). De drie zijn gerenommeerde muzikanten, zowel in de jazz- pop- als rockwereld. Vierde man is de zanger van het legendarische Oxbow, Eugene S. Robinson. Net als filmmaker Luis trapt het kwartet alle heilige huisjes in. Als volbloed geluidsterroristen hult het combo zich in een amalgaam van hoekige ritmes, scheurende, gierende gitaren, pompende drumsalvo’s en ontluisterende op hol slaande zang (denk aan Mike Patton). Het geheel laat zich omschrijven als een mengsel van post- en protopunk, art rock, avant-garde en noise. ‘Killers Like Us’ is een onvoorspelbare, extreme en heavy trip die je alle hoeken van de kamer laat zien. Een album met pandemische allures.

Maudits

Maudits
Angle Mort

Klonosphere

Met dank aan drie lock downs en het naleven van de richtlijnen in verband met sociale afstand had het Franse Maudits plots een zee van vrije tijd. Daar maakten ze dankbaar gebruik van om te beginnen met nieuwe muziek te componeren. Zo komt een goed jaar na hun debuutplaat het gezelschap op de proppen met ‘Angle Mort’, een vijf nummers tellende ep. Drie bestaande tracks werden flink onder handen genomen en zijn zo verschillend van die eerste interpretaties dat je ze best als nieuw mag omschrijven. Naast de traditionele instrumentatie is het vooral cellist Raphaël Verguin die zijn stempel weet te drukken. Het enige ‘vocale’ element is de ingesproken tekst in ‘Verdoemd’. Die komt op naam van Nicolas Zivkovich (13 Zealots, Fiend). Het etherische facet is nog steeds sterk aanwezig, maar krijgt een meer spookachtige en licht huiveringwekkende ambiance. De groep klinkt meer vrijgevochten en heeft zo zijn focus weten te verleggen van zweverig naar een meer gestructureerde en doordachte aanpak. Dit leidt tot een fraai palet van postrock en ambient doorweven met hints naar progressieve rock en doom met als hoogtepunt afsluiter ‘Epäselvä’. 

Papir

Papir
7

Stickman

Door de geschiedenis heen blijkt de Deense hoofdstad Kopenhagen - in een ver verleden een belangrijke havenstad - zijn verbondenheid met de zee. Het is dan ook niet zo verwonderlijk dat het daar gevestigde trio Papir zich ook muzikaal laat inspireren door de grote watervlakte. ‘7’ is hun zevende studioalbum en telt één heel lange track van twintig minuten die de A-kant van de plaat bestrijkt. De overige drie tracks vind je op kant B. Qua stijl hebben hun instrumentale nummers connecties met krautrock, psychedelische rock en ambient geluidslandschappen. Na het wat ruigere ‘Jams’ van vorig jaar, beweegt het drietal zich opnieuw in kalmer water. Centraal staat het melodieuze aspect, gegoten in een bepaalde sfeerschepping. Het album klinkt dan ook heel elysisch, gracieus en geraffineerd. Gitarist Nicklas Sørensen laat horen dat hij over veel kwaliteiten beschikt en tovert een breed gamma aan klanken uit zijn instrument. Het geheel is vervlochten met de golvende bewegingen van eb en vloed. Het ongedwongen karakter overtreft het wazige en onbestemde waar dit soort van instrumentale muziek soms onder gebukt gaat. Fijn werkje.