woensdag 19 januari 2022

Erdling

Erdling
Helheim

Out Of Line

Opgericht in 2016 sloot Erdling zich aan bij het legioen van Neue Deutsche Härte bands. De groep kan van bij hun start bogen op een erg productieve bui, want deze ‘Helheim’ is al hun vijfde worp. Met opener ‘Rabenherz’ gooit men er meteen de beuk in. Het combo grossiert in brutale, snelle riffs wat uitstekend samengaat met de stem van frontman Neill Freiwald die heldere zang afwisselt met rauwere uithalen. Tekstueel houdt het gezelschap de vinger aan de pols van de actualiteit. De steeds veranderende maatschappij waarin de mens zich beweegt, de obsessie voor eigen gewin en macht, de tweespalt tussen rijk en arm en sinds kort de dualiteit tussen gevaccineerd en niet gevaccineerd, zorgt voor zwalpende gemeenschappen die afstevenen op chaos. Symbool voor deze tendenzen staat het als single uitgebrachte ‘Götterdämmerung’ waarin ook de goden een sterfelijk bestaan leiden. Als producer deed men andermaal beroep op Chris Harms (Lord Of The Lost) die het totale groepsgeluid in balans brengt met de vele muziekelementen die het kwartet in de blender gooit. Vallen het meest in de smaak: het felle ‘Der Mensch Verdient Die Erde Nicht’, het beenharde tweeluik ‘Vogelfrei’/ ‘Weissglut’, de van pathos doordrenkte titelsong en het zwaarmoedige ‘Das Ritual’.

Boris

Boris
W 

Sacred Bones/Konkurrent

Het Japanse Boris - volgend jaar bestaan ze dertig jaar - is voortdurend in transitie, zelfs na de release van meer dan veertig (!) albums. Na ‘No’ in 2020 is ‘W’ hun tweede plaat tijdens het Corona tijdperk. Met het op hardcore geënte ‘No’ kwam er alvast een trendbreuk met hun vorige werk. Op ‘W’ gaat men dan weer een totaal andere richting uit. Hiermee sluit men opnieuw aan bij vroegere albums, maar zonder in herhaling te vallen. Vluchtige en verheven, fragmentarische songstructuren worden op ‘W’ afgewisseld met hardere naar psychedelica, drone en sludge neigende nummers  (‘I Want To Go To The Side Where You Can Touch…), ’Drowning By Numbers’, ‘The Fallen’, ‘You Will Know (Ohayo Version)’,’Old Projector’). De in totaal negen composities zijn deels instrumentaal en partieel met zang. Bij die laatste lijkt de stem, van voornamelijk Wata (gitaar en toetsen) op ergens uit de sferen opdoemend gefluister. Het schipperende, tweeslachtige effect dat zo ontstaat klinkt niet altijd overtuigend en een paar keer zijn de overgangen erg bruusk. Het blijft natuurlijk het eigenwijze Boris. Het trio staat altijd garant voor verrassende wendingen en dat maakt ook van ‘W’ een avontuurlijke luistertrip.

Buñuel

Buñuel
Killers Like Us

Profound Lore

Buñuel, genoemd naar Spaans / Mexicaans cineast Luis Buñuel Pontolés - bekend om zijn voorliefde voor surrealisme en sociaal engagement en zijn afkeer voor bourgeoisie en religie - beëindigd zijn trilogie die begon met ‘A Resting Place For Strangers’ gevolgd door ‘The Easy Way Out’ met deze ‘Killers Like Us’. De bezetting van de groep bestaat uit het Italiaanse trio Xabier Iriondo (gitaar), bassist Andrea Lombardini en Francesco Valente (drums). De drie zijn gerenommeerde muzikanten, zowel in de jazz- pop- als rockwereld. Vierde man is de zanger van het legendarische Oxbow, Eugene S. Robinson. Net als filmmaker Luis trapt het kwartet alle heilige huisjes in. Als volbloed geluidsterroristen hult het combo zich in een amalgaam van hoekige ritmes, scheurende, gierende gitaren, pompende drumsalvo’s en ontluisterende op hol slaande zang (denk aan Mike Patton). Het geheel laat zich omschrijven als een mengsel van post- en protopunk, art rock, avant-garde en noise. ‘Killers Like Us’ is een onvoorspelbare, extreme en heavy trip die je alle hoeken van de kamer laat zien. Een album met pandemische allures.

Maudits

Maudits
Angle Mort

Klonosphere

Met dank aan drie lock downs en het naleven van de richtlijnen in verband met sociale afstand had het Franse Maudits plots een zee van vrije tijd. Daar maakten ze dankbaar gebruik van om te beginnen met nieuwe muziek te componeren. Zo komt een goed jaar na hun debuutplaat het gezelschap op de proppen met ‘Angle Mort’, een vijf nummers tellende ep. Drie bestaande tracks werden flink onder handen genomen en zijn zo verschillend van die eerste interpretaties dat je ze best als nieuw mag omschrijven. Naast de traditionele instrumentatie is het vooral cellist Raphaël Verguin die zijn stempel weet te drukken. Het enige ‘vocale’ element is de ingesproken tekst in ‘Verdoemd’. Die komt op naam van Nicolas Zivkovich (13 Zealots, Fiend). Het etherische facet is nog steeds sterk aanwezig, maar krijgt een meer spookachtige en licht huiveringwekkende ambiance. De groep klinkt meer vrijgevochten en heeft zo zijn focus weten te verleggen van zweverig naar een meer gestructureerde en doordachte aanpak. Dit leidt tot een fraai palet van postrock en ambient doorweven met hints naar progressieve rock en doom met als hoogtepunt afsluiter ‘Epäselvä’. 

Papir

Papir
7

Stickman

Door de geschiedenis heen blijkt de Deense hoofdstad Kopenhagen - in een ver verleden een belangrijke havenstad - zijn verbondenheid met de zee. Het is dan ook niet zo verwonderlijk dat het daar gevestigde trio Papir zich ook muzikaal laat inspireren door de grote watervlakte. ‘7’ is hun zevende studioalbum en telt één heel lange track van twintig minuten die de A-kant van de plaat bestrijkt. De overige drie tracks vind je op kant B. Qua stijl hebben hun instrumentale nummers connecties met krautrock, psychedelische rock en ambient geluidslandschappen. Na het wat ruigere ‘Jams’ van vorig jaar, beweegt het drietal zich opnieuw in kalmer water. Centraal staat het melodieuze aspect, gegoten in een bepaalde sfeerschepping. Het album klinkt dan ook heel elysisch, gracieus en geraffineerd. Gitarist Nicklas Sørensen laat horen dat hij over veel kwaliteiten beschikt en tovert een breed gamma aan klanken uit zijn instrument. Het geheel is vervlochten met de golvende bewegingen van eb en vloed. Het ongedwongen karakter overtreft het wazige en onbestemde waar dit soort van instrumentale muziek soms onder gebukt gaat. Fijn werkje.

vrijdag 24 september 2021

Ministry

Ministry
Moral Hygiene

Nuclear Blast

Het is alweer drie jaar geleden dat Ministry ons verblijdde met het album ‘AmeriKKKant’. Door de pandemie had meesterbrein Al Jourgensen tijd zat om aan vervolg te werken. ‘Moral Hygiene’ is nu een feit en het is meteen de vijftiende studio release voor het industrial combo dat alweer met bassist Paul D’Amour een nieuw groepslid verwelkomt. Nog trouw op post naast Jourgensen is oudgediende John Bechdel (toetsen) en de op de vorige plaat debuterenden Roy Mayorga (drums) en gitarist Cesar Soto. Muzikaal is er weinig veranderd. Ministry blijft zichzelf trouw waarbij een veelvoud aan samples de songs ondersteunen. Heel typerend voor het agressieve en vertrouwde groepsgeluid is de afsluiter ‘TV Song #6 (Right Around The Corner Mix)’. In sommige nummers ligt de nadruk iets meer op het hardrock/heavy metal element. Tekstueel blijft Al zich zorgen maken over de huidige situatie op onze aardbol. Zo laat hij zijn licht schijnen over het politieke landschap, de huidige pandemie en het welig tierende fascisme en racisme. Tot het betere werk behoren ‘Sabotage Is Sex’ (met als zanger Jello Biafra, zijn vroegere maatje bij Lard), ‘Search And Destroy’ een cover van Iggy Pop And The Stooges, waarin Billy Morrison een gastrol vertolkt, het meer melodieuze ‘Believe Me’, het sloganeske ‘Broken System’ en het dreigende ‘We Shall Resist’.  Met ‘Moral Hygiene’ brengt Ministry een album uit waardig aan hun status en eentje dat de fans van het genre zeker zal kunnen bekoren. 

zaterdag 5 juni 2021

Lord Of The Lost

Lord Of The Lost


De Judas in elk van ons

Wat doe je als muziekgroep wanneer je een zee van vrije tijd hebt? Waarom geen groot muzikaal project uitwerken? Dat is waar Chris Harms, Klaas Helmecke, Gerrit Heinemann, Niklas Kahl en π (Pi) zich aan waagden. Het werd een thematisch dubbelalbum dat als titel ‘Judas’ meekreeg. Over hoe deze dubbelaar tot stand kwam en nog veel meer hadden we een gesprek met zanger en frontman Chris Harms.

Tekst: Paul Van de gehuchte



HEILSVERRAAD

Waarom een conceptplaat - en dan nog een dubbelalbum - helemaal in het teken stellen van de apostel Judas?

‘Het lezen van verschillende geschriften en boeken over Judas Iskariot heeft ons er toe gebracht om hem als voornaamste inspiratiebron te gebruiken voor ons nieuwe muzikale avontuur. Hij is één van de meest onbegrepen en eenzijdige karakters in de religieuze geschiedenis. Maar, beoordeel een boek niet op zijn kaft! Als je verder kijkt, een beetje nadenkt en opnieuw begint te interpreteren wat er zou kunnen gebeurd zijn, dan ga je de rol die Judas speelde helemaal anders bekijken. Als je het tot op de bodem uitspit, wordt Judas eigenlijk de redder. Zonder Judas geen kruisiging, geen kerken, geen kruis als symbool voor het christendom, zelfs het christendom zelf niet. Toch niet zoals we het nu kennen. En dan is er ook het spanningsveld tussen termen als slachtoffer zijn, zondebok, verrader, verlosser, zondaar, heilige. Het sleutelwoord hier is het zogenaamde ‘heilsverraad’. En wat was eigenlijk de bedoeling? Ging God naar Judas om hem te vertellen deze kettingreactie te veroorzaken? Kwam het idee van Judas zelf als de enige zuivere, vriendelijke weg die leidde naar Jezus Christus? Vroeg Jezus het hem: wisselden ze van plaats en stierf Judas aan het kruis? Al deze dingen zijn veel voorkomende verklaringen. Er is echter nog veel meer. Als je in dat alles gelooft, is het gegeven dat Judas naar de hel ging voor zijn daad - zelfs als dit geen doelloos verraad was - misschien wel absoluut martelaarschap! En Jezus ging naar de hemel. Dit hele verhaal leek ons ongelofelijk interessant. ‘Judas’ vertelt echter niet slechts één kant van deze kroniek, dat zou super saai zijn. Het gaat meer over deze verschillende gedachten en emoties met betrekking tot Judas en hoe zijn karakter in ieder van ons wordt weerspiegeld. Het is geen album tegen religie, noch is het een religieuze plaat, wat sowieso raar zou zijn voor agnosten zoals wij.’


‘De extra vrije tijd die we hadden, vanwege alle afgelaste festivals en de uitgestelde tournee met Iron Maiden, maakte één beslissing heel gemakkelijk: ‘Judas’ wordt het grootste muzikale project ooit waar we tot nu toe aan hebben gewerkt. Dus we hadden vanaf het begin dit gepland als een dubbelalbum met 2x12 nummers.



Hoe verliep het proces van het schrijven van liedjes (songteksten) en het componeren van de muziek?

‘Met ons vijven plus onze live- en studioploeg en enkele vrienden van andere bands, wilden we in juni 2020 naar Finland gaan. Daar zouden we verblijven in een houten huis inclusief studio ergens in het uiterste noorden, daar waar de zon de hele nacht schijnt. Maar Covid dwong ons hier te blijven, dus hebben we met dezelfde ploeg een soort van ‘schrijven van liedjes’ kamp opgezet in de Chameleon Studios in Hamburg. In één week werd het creatieve proces tot een goed einde gebracht. Op enkele uitzonderingen na schreven we daar de muziek van alle vierentwintig nummers en een deel van de teksten. De rest van de songteksten werden in de weken erna afgerond.’


Hoe groot of klein was de input van elk bandlid?

‘Iedereen gaf zich voor de volle honderd procent. Maar sommigen van ons zijn meer ervaren en dus efficiënter en sneller in het schrijven van liedjes. Dus uiteindelijk deden sommigen meer, anderen minder. Doch deze dingen tellen sowieso niet voor ons. Het gaat er niet om hoeveel percentage er individueel is bijgedragen. De teamgeest en de verstandhouding tussen ons muzikanten zijn het belangrijkste. Niks anders.’


ALLES IN HET ECHT

Wat mij persoonlijk wel aanspreekt, is de mooie manier waarop de verschillende koren en solisten zijn ingezet om de liederen te verrijken. Hoe bepaal je wanneer je ze gebruikt en wanneer kies je voor vrouwen- of mannenstemmen?

‘Allereerst moet ik wat feiten over de realisatie van het project uitleggen. De kerngedachte was dat de gehele productie draait rond authenticiteit. Als je een kerkorgel op deze plaat hoort, is het een echt orgel, opgenomen in een kerk. Niet zomaar enkele toetsenborden of software-instrumenten. Hetzelfde geldt voor strijkers, vleugelpiano, het koor, gewoonweg alles! Zelfs de drumreverbs zijn niet kunstmatig, het zijn individueel zelf opgenomen drumsamples. Niets op deze plaat is afkomstig van presets, geluidsbibliotheken of dergelijke. Alleen de elektronische geluiden worden uiteraard elektronisch aangemaakt. ‘Judas’ was een enorme onderneming in termen van creatie en productie. Het koor bestaat uit vijf zangers waarvoor we de grootste bewondering hebben en waarmee we een hechte band hebben opgebouwd. Voor de ‘filmische momenten’ deden we beroep op Gergana Dimitrova uit Bulgarije, een verbazingwekkende zangeres waarmee ik een tijdje geleden aan een andere productie werkte. Het was precies dat wat we nodig hadden om sommige nummers die extra diepgang te geven.’



Je hebt een sterke en flexibele zangstem. Wat doe je om deze intact en gezond te houden?

‘Om eerlijk te zijn: niets. Het kan helpen dat ik gezond eet, veel sport, geen drugs gebruik, niet rook en geen alcohol drink. Maar dat doe ik nu niet allemaal vanwege mijn stem. Daar heb ik andere, goede redenen voor.’


Hoe sterk wordt je leven beïnvloed door religie?

‘Er is geen invloed van religie op mijn leven. In ieder geval is er geen positieve impact. Ik ben een ignosticist. Als er een God bestaat dan hebben we daarvoor geen kerken, instellingen of menselijke religieuze leiders nodig. We zullen het / hem / haar in onszelf vinden. Als ik op een dag ongelijk krijg, prima dan sta ik daar helemaal voor open!’


TRIVIA

Wat wil je nog bereiken in je muzikale carrière?

‘Ik wil verdomme deze toer met Maiden spelen, nadat het al twee keer was uitgesteld vanwege Covid! Als ik dat gedaan heb, vraag het me dan nog eens!’


En in je persoonlijke leven?

‘Ik wil de best mogelijke vader zijn.’


Naar welke muziek luister je dezer dagen?

‘De laatste tijd heb ik me vooral gefixeerd op het werk van Mercury Circle. Moet je zeker eens checken.’


Als je niet van muziek houdt, hoe zal je dag er dan uitzien?

‘Ik breng zoveel mogelijk tijd door met mijn gezin. Ik train. Ik kijk televisie. Ik heb geen interessante hobby's. Mijn meest interessante hobby is tegelijk ook mijn werk. En dat is wat ik ook meestal doe: werken.



Ben je een sportief persoon? Wat is / zijn je favoriete sport (en)?

'Ja, dat ben ik. Ik hou van allerlei soorten vechtsporten, maar een blessure aan de pink van mijn rechterhand maakt de meeste dingen zoals boksen momenteel onmogelijk. Dus ik doe gewoon aan algemene fitness en touwtjespringen.’


Hoe heb je de pandemie tot nu toe ervaren?

‘Als een wereldwijde situatie waarin mensen de absolutie lijken te vinden om de hele dag over hun o zo miserabele levens op sociale media te posten. Terwijl ze vergeten dat het alleen al in handen hebben van zo een apparaat om al hun onzin te posten, hen maakt tot één van de weinige bevoorrechten op deze planeet. Ik zal niet klagen en mijn bescheiden aandeel leveren in het volgen van enkele eenvoudige en zinvolle regels om een ​​einde te maken aan deze shit.’


Zijn er (dagelijkse) dingen die je anders moest doen en die je ook zou blijven doen als alles weer normaal wordt?

‘Voor mij is er geen echt verschil. Het enige verschil is dat ik ongeveer honderd dagen per jaar niet van huis weg ben en dat mijn zoon niet altijd naar school kan.’



Wat zijn je verwachtingen van het nieuwe album en wat zal de nabije toekomst brengen voor Lord Of The Lost?

‘Ik koester geen verwachtingen meer omdat zoveel dingen keer op keer worden geannuleerd. We hebben er alles aan gedaan om met ‘Judas’ iets te maken waar we heel blij om kunnen zijn. En we zijn er honderd procent tevreden mee, zelfs compromisloos opgetogen. Dus ik verwacht niets en vraag me niet af wat de toekomst kan brengen.’


Lord Of The Lost

Lord Of The Lost
Judas

Napalm

Vorig jaar kregen we van Lord Of The Lost nog het op klassieke muziek geënte ‘Swan Songs III’ voor de kiezen. Tussendoor werd er ook druk gewerkt aan de komst van een nieuwe studioplaat, de opvolger voor het in 2018 verschenen ‘Thornstar’. Het vijftal onder leiding van frontman Chris Harms zag het meteen groots en pakt op 2 juli uit met een ambitieus dubbelalbum. ‘Judas’ is het kwintet hun observatie en visie over het leven van de gevallen apostel Judas Iskariot, waarbij ze zich ook baseren op gesprekken tussen Jezus en Judas uit het zogezegde ‘evangelie van Judas’. Wat een heel ander licht werpt op de algemeen bekende geschiedenis, zoals die verhaald wordt in het Nieuwe Testament. Het werkstuk is opgedeeld in twee conceptuele parten: ‘Damnation’ en ‘Salvation’. Openingstrack ‘Priest’ is  typerend voor de muziek van LOTL en geeft de intenties aan waarvoor de groep heeft gekozen. De vertrouwde bariton van Harms schalt als vanouds door de luidsprekers. De kenmerkende muziekstijl van overwegend dark metal wordt afgewisseld met de akoestische inbreng van vleugelpiano en diverse strijkinstrumenten. De harde zanguithalen mogen niet ontbreken, maar treden minder op de voorgrond. De nadruk ligt meer op het harmonieuze en eufonische. De meest vernieuwende elementen zijn de inbreng van symfonische rockcomponenten en het veelvuldig gebruik van verschillende koren en klassiek geschoolde solisten. Af en toe mag een pompeuze toets niet ontbreken zoals in ‘The Death Of All Colours’, ‘The 13th’ en ‘The Ashes Of Flowers’. Tot de hoogtepunten rekenen we het stemmige 'Death Is Just a Kiss Away’, het felle ‘2000 Years A Pyre’ en ‘Euphoria’. Van het tweede luik hebben ‘The Gospel Of Judas’, ‘Argent’, ‘The Heartbeat Of The Devil’ en ‘Work Of Salvation’ een streepje voor. Om de verschillende uitvoeringen te kunnen presenteren aan elke muziekliefhebber zijn kosten of moeite zijn gespaard. Zo zal ‘Judas' beschikbaar zijn in een gelimiteerde luxeversie, een earbook, een twee cd mediaboek of sleeve pack, als dubbelelpee met uitklaphoes (gerecycleerd vinyl), dubbele muziekcassette en tot slot een digitale versie.
 

Nadja

Nadja
Luminous Rot

Southern Lord

Nadja - opgericht in 2003 - was eerst een soloproject van zanger en multi-instrumentalist Aidan Baker, maar werd sinds 2005 met de komst van Leah Buckareff (basgitaar en zang) omgeturnd tot een duo. Nadja is ontzettend productief. Hun volledige oeuvre vandaag omvat in totaal een negentigtal releases. Alleen al dit jaar zijn ze met deze ‘Luminous Rot’ toe aan nummer drie (eerder verschenen ‘Split’ met Disrotted en ‘Seemansgarn’). De muziek van Nadja omvat heel wat elementen uit verschillende genres. Naast ambient, doom en shoegaze zitten er ook facetten van metal, industrial, noise, coldwave, postpunk en sludge in verweven. Het creëren van een specifieke ambiance is één van Nadja’s belangrijkste kenmerken. Dit gaat telkens gepaard met thematische topics waaraan de composities zijn onderworpen. Deze keer ligt de nadruk, naast astrofysica en geometrie, op hoe contact te maken met buitenaardse intelligentie. Inspiratie haalde het tweetal onder meer bij auteurs als Stanislaw Lem, Cixin Lui, Margaret Wertheims en Daina Taimina. De bijzondere aard, unieke samenhang en innerlijke structuur op deze ‘Luminous Rot’ zijn gewoonweg overweldigend. Het repetitieve en monotone karakter maakt het geheel extra log en donker. Tegelijk is er de complexiteit die op zich ook garant staat voor diversiteit. Nadja maakt hier andermaal zijn reputatie meer dan waar. Laat u betoveren door tracks als ‘Starres’, ‘Fruiting Bodies’ en ‘Cuts On Your Hands’.
 

Iceburn

Iceburn
Asclepius

Southern Lord

Iceburn, ook wel bekend als The Iceburn Collective, bestaat al sinds 1991. Voor hun laatste release ‘Land Of Wind And Ghosts’ moeten we al terug naar 2001. Twintig jaar later komt het collectief onder leiding van zanger/gitarist Gentry Densley, het enige constante groepslid, terug op het voorplan met een nieuwe plaat getiteld ‘Asclepius’. Een album bestaande uit twee lange tracks, samen goed voor 36 minuten muziek. De huidige formatie met naast Densley, Joseph Smith, James Holder en Cache Tolman brengt de oorspronkelijke bezetting terug samen. Centraal op deze ‘Asclepius’ - de God van genezing en geneeskunde - staat de vrije improvisatie, waarin men laveert tussen metal, noise, sludge, psychedelische rock en zelfs jazz. De twee composities vormen een moeilijk doordringbaar geheel. Het brengt Iceburn terug naar hun begindagen wat ze zelf omschrijven als een soort van herontdekking. Zowel ‘Healing The Ouroboros’ en ‘Dahlia Rides The Firebird’ klinken redelijk obscuur, rauw en chaotisch en zijn doorspekt met een turbulent aanbod aan wisselende, doch heftige riffs. Na dertig jaar heeft Iceburn nog niets van zijn pluimen verloren en blijft het zijn muzikale grenzen verder aftasten.

Die Krupps

Die Krupps
Songs From The Dark Side Of Heaven

Oblivion / SPV

In 1992 maakten Jürgen Engler en Ralf Dörper dankbaar gebruik van de populariteit van Metallica en brachten met ‘A Tribute To Metallica’ een eerste mini album met Metallica covers uit. Het was een voltreffer en meteen de grondslag voor het (sub)genre dat industrial, EBM en metal samenbracht. De moeilijke tijd die we vandaag doormaken en de vele sterfgevallen die ook hun vriendenkring en de muziekwereld trof inspireerden Engler en Dörper om vandaag hun muzikale helden uit de muziekhistorie te eren middels een cover album met daarop tien van hun favoriete nummers. Voor dit project wisten ze ook een aantal gastmuzikanten te strikken waaronder Ross The Boss, James Williamson, Jyrki 69 en Big Paul Ferguson. De meeste interpretaties vallen best in de smaak. Die Krupps steken zelfs af en toe hun nek uit via onverwachte songkeuzes zoals ‘The Number One Song In Heaven’ van Sparks, B-Movie hun ‘Marilyn Dreams’, ‘New York (Version 9/11) van Micro Chip League en ‘Another One Bites The Dust’ (Queen). Het is leuk om het beproefde concept van Die Krupps en herkenbare elementen terug te horen in liedjes waar je die niet verwacht. ‘Songs From The Dark Side Of Heaven’ is pretentieloos vertier en goed voor veertig minuten puur amusement.

maandag 19 april 2021

Kayak

Kayak


‘Dat wat mij niet doodt, maakt mij sterker’ (Friedrich Nietzsche)

Op 7 mei verschijnt ‘Out of This World’ van de Nederlandse formatie Kayak. Nog een jaartje te gaan en dan mag de groep zelfs zijn vijftigste verjaardag vieren. Mede-oprichter, enige overblijver van de originele bezetting en al een halve eeuw muzikant is multi-instrumentalist en componist Ton Scherpenzeel (69). In een aangename babbel hadden we he onder meer over zijn leven, zijn muziek en ‘zijn band’ Kayak. (Paul Van de gehuchte)



STUDIOALBUM NUMMER ACHTTIEN

In 2019 verscheen nog een live album en nu is er jullie nieuwe langspeler. Hoe is dat in zijn werk gegaan?  

‘Dat zijn echt twee totaal verschillende dingen. We hadden een hiaat van een jaar en waren van plan een volgende studioalbum op te nemen. Dat zou dan begin 2020 gebeuren. Vervolgens kwam corona roet in het eten gooien. Optreden was niet meer mogelijk en toen dachten we dat mooi te kunnen invullen met een live plaat. Die hebben we dan in eigen beheer uitgebracht, los van InsideOut Music waarmee we een overeenkomst hebben voor drie studioalbums. ‘Live 2019’ kwam uit als een ‘Limited Edition’ en die is nu zo goed als uitverkocht. Iedereen blij.’


En hoe verliepen dan de voorbereidingen voor ‘Out Of This World’?

‘Het songmateriaal was al klaar eind 2019 en toen kreeg ik dan die hartaanval en aansluitend kregen we te maken met corona. De opnames zijn dan verschoven naar 2020. Zo heeft het allemaal wat langer geduurd dan oorspronkelijk de bedoeling was. Maar nu is het zover en komt de release er aan. Streefdatum is zeven mei.’


In hoeverre heeft de hartaanval eind 2019 je leven veranderd?

‘Als dat je overkomt dan word je je opnieuw bewust van het betrekkelijke van het leven en hoe vergankelijk je wel bent. Dan word je wel even met de neus op de feiten gedrukt. In zoverre versterkte het eigenlijk wat ik voelde; dat je op je zevenenzestigste niet helemaal onkwetsbaar meer bent en zomaar dood kunt gaan. Het kwam ook als een donderslag bij heldere hemel. Ik had nergens last van en er niets van gemerkt. Tot op het moment, die ene dag dat ik me niet lekker voelde. Het was wel een klap waar ik ongeveer een half jaar voor nodig had om van te bekomen. Eigenlijk ben je fysiek na drie dagen al terug opgeknapt. Ik kreeg een stent ingeplant, maar vervolgens moet je daar mentaal nog mee leren omgaan en dat heeft me wel wat tijd gekost.’ 


WIE ZINGT WAT

Jullie zijn met maar liefst vier vocalisten. Hoe beslis je wie welk nummer zingt?

‘We hebben Bart als hoofdzanger, maar als extra troef hebben we, mezelf meegerekend, nog drie muzikanten die eveneens vocaal hun mannetje kunnen staan. En met ruim meer dan een uur aan materiaal voorhanden heb je misschien dan wel een paar songs die beter geschikt zijn voor één van die anderen. Dus in principe zingt Bart het. Tenzij we oordelen dat het beter tot zijn recht komt als het wordt gezongen door Marcel, Kristoffer of mezelf. We proberen dat dan uit en als dat beter aanvoelt dan houden we vast aan die keuze.’ 


Door de jaren heen is jullie muziek blijven evolueren. Waar blijf je de inspiratie halen?

‘Muziek maken is voor mij het leukste wat er is. Je creëert iets dat er voor nog niet bestond. Dat blijft mijn drijfveer, mijn motivatie. En ik heb het geluk dat ik daarvoor een band heb die dat dan samen met mij wil uitvoeren. Zolang al die elementen voorhanden zijn en die bezieling er is, dan kunnen we daarmee doorgaan.’ 


En voor de teksten?

‘Daar heb ik het wat moeilijker mee, want dan stelt zich de vraag; waar ga ik het nu weer over hebben. Doch uiteindelijk komt dat dan wel weer voor elkaar. Vaak begin je met een zinnetje of een kreet. Soms begin je met een coupletje, soms begin je met niks en komt daar muziek op. Op een gegeven moment versterkt het elkaar. Een tekst is voor mij iets uitpakken waarvan je niet weet wat het is. Je bent een soort beeldhouwwerk aan het maken en dan opeens - zo werkt het voor mij toch - zie je waar het over gaat. Dan kun je er nog dingen aan verbeteren, toevoegen of net weg laten. Het is eigenlijk een proces van elimineren. Ik heb geen voorkeur voor bepaald thema’s. Meestal schrijf ik de tekst in functie van de titel. Bijvoorbeeld ‘The Way She Said Goodbye’, nou dat wordt een liefdesliedje. Het leukste vind ik een tekst die je op meerdere manieren kunt uitleggen. Zodat iedereen er het zijne of het hare kan uithalen. Mijn interpretatie is zeker niet zaligmakend. Als jij er iets anders in leest dan is dat prima.’



Kijk je ook al eens over je schouder naar de muziek van andere bands, bijvoorbeeld Toto of Electric Light Orchestra?

‘Ik ken het werk van die bands. En daar zit wel een soort van vergelijking in tussen wat Kayak doet en zij doen. In de manier waarop de liedjes gemaakt en gearrangeerd worden zijn er parallellen. Maar ik denk dat de verschillen groter zijn dan de overeenkomsten. In vroegere tijden verwees men vaak wat Kayak betreft naar Yes, Focus, Genesis. Ja, ik zeg maar, je kan met slechtere dingen vergeleken worden.’


TURBULENTE TIJDEN

De groep heeft al veelbewogen periodes gekend onder meer met het overlijden van Pim Koopman en het onverwachte vertrek van bandleden. Hoe ga je daarmee om?

‘In het geval van Pim viel dat heel zwaar. Ook omdat hij meer was dan een collega, hij was een vriend die ik al sinds 1970 ken. We hebben samen Kayak opgericht. Zijn door dik en dun gegaan. In 1976 is hij dan vertrokken en dat was gemakkelijker om te verwerken dan zijn overlijden in 2009. Je bent natuurlijk dan ook veel jonger en dan neem je dat gewoon mee en ga je verder. Als je ouder bent begint het allemaal wat zwaarder te wegen. Pim was bepalend voor Kayak, ook nu nog. Hij was een vriend en een rivaal. Een briljant componist en een geweldige drummer. Los van het persoonlijke was het een zware aderlating voor de band. Ik heb toen zeker een jaar getwijfeld of ik nog wou doorgaan met Kayak. Het was te emotioneel om onmiddellijk een beslissing te nemen. Soms denk je dat had Pim nooit gewild, maar ja dat weet je niet echt en daar heb je op dat moment ook geen boodschap aan. Een groep muzikanten aansturen; het is een gevoelskwestie. Een jaar later speelden we dan dat eerbetoon concert. Eerst zag ik er erg tegenop, maar toen dat voorbij was heb ik de knoop doorgehakt en beslist om door te gaan met Kayak.’ 


Is de huidige bezetting een blijvertje?

‘Ik hoop van wel, maar dat denk ik iedere keer. Het is sowieso iets eenvoudiger omdat we maar met vijf zijn in plaats van zeven. En het is ook een band, op mij na, die helemaal nieuw is. De groep die in 2004 uit elkaar ging was toen toch al een zevental jaar bij elkaar. Met het overlijden van Pim gebeurde er toen iets dat naderhand niet meer te repareren viel. In ons lange bestaan hebben we heel wat personeelswissels gehad om allerlei redenen. Sommigen stoppen met muziek of gaan wat anders doen. Ze hebben geen zin meer, gezondheidsredenen, een gezin, wat dan ook. Dus wat er met deze bezetting gaat gebeuren weet ik niet. Ik hoop alleen dat we nog geruime tijd kunnen doorgaan.’ 


‘Out Of This World’ wordt aangeboden in verschillende versies onder meer op rood vinyl. Gaat dat van de groep uit of de platenmaatschappij?

‘Ze maken een basisversie (zwart vinyl) en daarnaast kan je dan kiezen uit twee kleuren. De bloedrode is een gelimiteerde weergave, eigenlijk de ‘band versie’. Daar kunnen we dan zelf een beperkt aantal van kopen. En dan is er nog eentje in geel vinyl en de ‘Out Of This World’ slipmat. Die kan je zowel apart kopen als in bundel met de langspeler/cd. Voor mij maakt de kleur niet zoveel uit. Al maakten ze die pimpelpaars met een geel randje, dat zal me echt een biet zijn. Als het maar goed klinkt. Volgens mij blijft zwart vinyl kwalitatief de beste uitvoering om naar te luisteren. Dus wat mij betreft… . Uiteindelijk gaat het nog altijd om de muziek.’ 

 

TIJD VOOR EEN REVEIL

Jullie hadden een lange onderbreking van 18 jaar. Wat bracht je ertoe om Kayak te laten herrijzen?

‘Daar is een lange tijd, ongeveer vijf jaar, overheen gegaan voor Pim en ik besloten om Kayak nieuw leven in te blazen. Oorspronkelijk zou het project zelfs een andere naam krijgen. Doch toen kwam zanger Max Werner er terug bij en dan had je plots de kern van Kayak terug samen. Dan zou het gek zijn om de naam Kayak niet te gebruiken. We gingen dan shoppen, doch blijkbaar was er bij platenmaatschappijen geen interesse. We spreken dan over de periode 1997-’98. Dus alles bleef op de plank liggen. Uiteindelijk hebben we dan een soort van reünieconcert gegeven op uitnodiging van ‘De Kast’ een Nederlands programma. Die jongens bleken ook bezig te zijn met een label. Toen stelden ze voor om iets bij hun uit te brengen. We hadden een tiental nummers klaar liggen en daar wilden ze wel eens naar luisteren. En zo is de bal terug aan het rollen gegaan.’


Je bent een muzikale duizendpoot, lid geweest van Camel en Earth & Fire, muziek geschreven voor film, jeugdtheater, cabaret. Is er iets waar je spijt van hebt en zou zeggen: dat nooit meer. 

‘Nou nee. Bepaalde dingen zullen echt niet meer op mijn pad komen, maar je leert wel overal van. Ik heb destijds meegewerkt aan een soort van gelegenheidsformatie rond een Nederlandse kerkorgel organist Klaas Jan Mulder. Dat heette Kajem. Daar werd ik voor gevraagd en dat ze mij willen door mijn naambekendheid dat snap ik wel, maar dat had heel weinig met mij van doen. Daar word ik soms nog wel eens mee geconfronteerd. Het was zeker geen hoogtepunt in mijn carrière. Aan de andere kant, het hoort er allemaal bij. Als muzikant heb ik nog nooit een aanbod afgewezen.’



 
Mocht je geen musicus zijn wat voor werk zou je dan doen?

‘Dat is een lastige vraag, want sinds mijn achttiende ben ik voltijds muzikant. Ik denk dat ik zou kiezen voor een beroep waarin ik iets maak. Ik ben geen schrijver maar ik schrijf graag, ik ben geen tekenaar maar teken graag. Nu, het zijn hobby’s waar ik evenveel plezier aan beleef als aan muziek maken. Dus in die richting had ik het wel gezocht.’ 


SPORT EN SPEL

Pim heb je leren kennen bij de lokale volleybalclub.

‘Klopt ja. Is eigenlijk niet de ideale sport voor een muzikant. Tijdens het volleyballen lijden je vingers en handen er nogal onder. We woonden in dezelfde buurt. Onze beide vaders werkten bij de Nederlandse omroep in Hilversum. Dat was toen een hele grote organisatie die onder meer ook heel wat sportverenigingen telde. En zo hebben we elkaar leren kennen bij de volleybalclub in een gymzaaltje in Hilversum. Daar stond ook een piano en zo is het allemaal begonnen.’


Ben je tussendoor blijven sporten?

‘Jammer genoeg niet. Had ik dat blijven doen, dan was ik in oktober 2019 misschien niet getroffen geweest door een hartaanval. Dus nee, ik ben absoluut geen sportman. Nu ga ik wel iedere dag een uur lopen, maar dat is voor mij dan de limiet. Ja, daar ben ik wel achter gekomen dat een uurtje per dag lopen goed is voor mijn gezondheid.’  


Op 17 maart jl. was er in Nederland een stembusgang. Hoe sta je tegenover politiek?

‘Over het algemeen, ik ga niet in details treden, vind ik het niet iets om een liedje over te maken. Het heeft wel zijn impact op wat je doet of kan doen. Je krijgt te maken met beslissingen die voor jou worden genomen. Laat ik het zo zeggen; ik ben blij dat ik niet in de politiek zit. Ik ga wel stemmen, doch deze keer heb ik tot aan het stemhokje getwijfeld op wie ik zou stemmen. Er waren enorm veel partijen waaruit je kunt kiezen. Als er maar drie partijen zijn dan is het een stuk eenvoudiger. Nu stonden er maar liefst zevenendertig op de lijst. Nou ja, ik wist het eerst allemaal niet, maar heb tenslotte gekozen voor Partij voor de Dieren. Vooral dan om mijn mededogen te tonen voor onze leefomgeving.’ 


OP ZOEK NAAR

Je schrijft en tekent. Heb je tijd over voor nog andere hobby’s?

‘Een tijd geleden ben ik begonnen met genealogie. Zoeken naar mijn afstamming heeft een paar leuke verhalen opgeleverd. Maar dat doe ik maar heel af en toe. Heel veel archieven kun je nu online raadplegen. Helaas nog lang niet alles en dan moet je naar de desbetreffende gemeente gaan om ter plaatse in het archief te duiken. Als je ver genoeg teruggaat dan heeft ongeveer de helft van de Europese bevolking dezelfde afstamming. Als je in de zeventiende eeuw bij de adel terecht komt - wat niet zo moeilijk is met al die vreemdgangers - dan kruisen de wegen zich. Wat ik vooral interessant vind is dat je in een andere tijd terechtkomt. Hoe de mensen in die tijd dachten, wat ze deden, hoe ze zich in leven hielden. Het feit dat je nooit verder kwam dan tien kilometer ver van je woonplaats. Ik ga ook graag kijken naar opschriften van graven van bekende personen of koningshuizen. Het is een wereld waar ik me graag in verlies.’   


Je hebt een rijkgevulde carrière. Wat zou je nog graag willen verwezenlijken?

‘Ik zou nog wel eens een liedje willen schrijven dat van A tot Z klopt. Tot nu toe is er altijd wel iets wat er aan schort. Maar, neem dat het me morgen zou lukken, ja wat moet ik dan nog? Toch vind ik dat het belangrijkste wat ik nog te doen heb. Mocht het dan ook nog een dikke hit worden dan zou dat mooi meegenomen zijn. Daar ben ik absoluut niet tegen. Ik verdien er graag wat geld aan. Muziek maken overstijgt voor mij de gezelligheid van een tijdverdrijf. De zakelijke aspecten zijn bij zoiets als muziek, zeker als de spoeling wat dunner wordt wat de laatste jaren het geval is, best wel lastig. Sinds de komst van corona is het zelfs een regelrechte ramp. Je brengt een plaat uit en je mag die niet eens live spelen. Concerten online boeien me niet echt. Ik geef nog altijd de voorkeur aan een volgepakte zaal, mensen die komen luisteren naar je muziek, de interactie, de energie die je ervan krijgt dat blijft voor mij het belangrijkste. Laten we hopen dat dit snel weer mogelijk wordt.’



 

Kayak

Kayak
Out Of This World
InsideOutMusic
Het Nederlandse Kayak is een gevestigde waarde in de wereld van progressieve rock. De groep bestaat inmiddels 48 jaar en deze ‘Out Of This World’ is hun achttiende studioalbum. Opgericht in 1972 door toetsenist Ton Scherpenzeel en de op 23 november 2009 overleden drummer Pim Koopman blijft het gezelschap stug doorgaan. Bij iedere overwonnen tegenslag en ondanks de vele personeelswissels blijkt de groep telkens nog sterker voor de dag te komen. De huidige bezetting telt met leadzanger Bart Schwertmann, gitarist Marcel Singor, bassist Kristoffer Gildenlöw en toetsenist Scherpenzeel maar liefst vier volwaardige vocalisten. Drummer Hans Eijkenaar maakt zijn debuut als componist. Samen met Ton schreef hij de muziek voor ‘Traitor's Gate’. De diversiteit is de grote troef van deze nieuwe plaat. Naast de afwisseling wat de zang betreft bespeelt het vijftal een breed muzikaal spectrum en verruimt de kern van progressieve rock met allerhande facetten. Dat kan zowel het instrumentarium zijn als elementen uit andere muziekgenres. Het is mooi om te horen hoe traditionele, in prog rock ingebedde songs (onder meer in de titelsong, ‘Mystery’, ‘Critical Mass’, ‘Distance To Your Heart’ en het eerder genoemde ‘Traitor’s Gate’) toch fris van de lever klinken. Leuk is het ook om Kayak buiten de lijntjes te zien kleuren in nummers als het vrolijke ‘Cary’, het catchy ‘Waiting’ en het fluwelen ‘As The Crow Flies’. Na het bejubelde ‘Seventeen’ mag Kayak alweer een prima plaat aan zijn palmares toevoegen.

Los Disidentes Del Sucio Motel

Los Disidentes Del Sucio Motel
Polaris
Klonosphere/Ripple
Franse groep met als uitvalsbasis Strassbourg. Na een hiaat van vijf jaar zijn ze toe aan een opvolger voor ‘Human Collapse’. Vijftien jaar geleden begonnen als stoner rock band, is het kwintet gaandeweg geëvolueerd naar een meer op heavy metal en progressieve rock geënte act. De meest recente wijzigingen in de bezetting zullen daar ook wel voor iets tussen zitten. De dynamiek die LDDSM hier ontwikkelt uit zich voornamelijk in krachtige, strakke riffs en meerstemmige zang. Een extra pluspunt is nog de toevoeging van psychedelische rock elementen. Op deze ‘Polaris’, inmiddels hun vierde album, komen deze facetten en de mengeling van genres nog het best tot zijn recht in nummers als ‘Blood Planet Child’ (tevens gelanceerd als eerste single), ‘Dark Matter’, ‘The Plague’, Earthrise’ en ‘The Key’. De overige tracks missen net die panache die voornoemde songs wel hebben en zijn gewogen en te licht bevonden.

Impure Wilhelmina

Impure Wilhelmina
Antidote
Season Of Mist
Zevende album voor dit Zwitserse post-hardcore kwartet residerend in Genève. Enige constante in de groep is zanger/gitarist en tekstschrijver Michael Schindl. Het viertal blijft evolueren en levert een werkstuk af dat zowel intens en krachtig klinkt als sonoor en droefgeestig. Aan belang winnende component daarbij is de heldere zang en elementen ontleent uit genres als new wave, metal en indie rock. De rauwere zangpartijen en dissonante riffs geven het geheel een bijtende, vlijmende en bitse bijklank. De financiële steun in de vorm van een beurs uitgereikt door de stad Genève liet het viertal toe om meer tijd besteden aan het maken van het album en de songs beter uit te werken. Daarnaast werd beroep gedaan op producer en geluidstechnicus Yvan Bing, een bekende naam in Zwitserse rockmiddens. Dat de huidige pandemie ook zijn rol speelde resoneert door in het muzikale aanbod. Alles in beschouwing genomen is ‘Antitode’ een degelijk werkstuk. Meest gesmaakte songs zijn ‘Dismantling’, ‘Viscious’ en ‘Unpredicted Sky’.

Hail The Sun

Hail The Sun
New Age Filth
Rude/EVR
Het Californische Hail The Sun lanceert met ‘New Age Filth’ zijn vijfde langspeler. Het is meteen de opvolger voor het in 2018 verschenen ‘Mental Knife’. Voor het schrijven van het songmateriaal ging het viertal een maand samenhokken in een appartement, gelegen vlakbij de studio van producer Kris Crummett (A Lot Like Birds, Nova Charisma, Dance Gavin Dance). Het kwartet ervoer dit als een bijzondere belevenis. Tekstschrijver en zanger Donovan Melero beraad zich in lyrische ontboezemingen over het jezelf in vraag durven stellen, karakterfouten, liefde, cynisme en hoe wreed mensen elkaar durven te behandelen. In navolging is hun muziek compositorisch hoog gegrepen en streberig. Het viertal wil absoluut zijn technische vaardigheden - die er onbetwistbaar zijn - omzetten in een creatieve, energieke, muzikale vloedgolf. Je wordt dan ook overstelpt met over elkaar tuimelende riffs en uithalen, zowel vocaal als instrumentaal. In de bio verwijst men naar bands als Coheed & Cambria, At The Drive-In en Yes als belangrijkste referentiepunten. Gezien de technische hoogstandjes valt hier wel wat voor te zeggen. Maar of Hail The Sun met deze ‘New Age Filth’ veel nieuwe zieltjes voor zich gaat winnen is maar de vraag.

maandag 1 maart 2021

Tomahawk

Tomahawk

Ontsnappen Uit De Realiteit Van Alledag 

Een ontmoeting tussen Duane Denison (The Jesus Lizard) en Mike Patton (Faith No More) liggen aan de grondslag van het ontstaan van Tomahawk. Hun titelloos debuut verscheen in 2001. Daarna volgden nog ‘Mid Gas’ (2003), ‘Anonymous’ (2007). Voor hun laatste wapenfeit moeten we terug naar 2013 met de release van hun tot nu meest succesvolle album ‘Oddfellows’. Waarom het zeven jaar wachten was op een opvolger, hoe de nieuwe plaat tot stand kwam en nog veel meer vroegen we aan Duane zelf.

Paul Van de gehuchte


EEN BEZETTING DIE TOT DE VERBEELDING SPREEKT 

Alle vier de leden zijn bezige jongens die aan verschillende projecten werken. Mike Patton kennen we van Faith No More en is of was daarnaast actief in Fantômas, Mr. Bungle, Lovage, Peeping Tom. Drummer John Stanier maakte naam en faam bij Helmet, maar beroerd ook de drumvellen bij Battles. Andere acts waar hij aan meewerkte zijn Cologne Tape, Crawlpappy en Zon. Bassist Trevor Dunn kwam in 2013 Kevin Rutmanis (Melvins, Cows) vervangen en is een veelgevraagd muzikant die overal opduikt zowel in functie van bij onder meer Mr. Bungle, Fantômas, Erik Friedlander, John Zorn, The Nels Cline Singers of als leider (Trevor Dunn's Trio-Convulsant). Zelf was Duane tijdens de afgelopen jaren op toernee met The Jesus Lizard, overwegend in de VS. Daarnaast heeft hij een vaste baan als bibliothecaris in zijn thuisstad Nashville. Ze noemen hem aldaar de ‘rock librerian’.


Denison is de afgelopen jaren tussendoor altijd blijven schrijven, componeren en opnemen. Wanneer hij dacht genoeg materiaal te hebben verzameld stuurde hij demo’s uit naar zijn kompanen met de vraag of ze zich hier goed bij voelden. De basis was gelegd en de reeële opnames begonnen al een paar jaar geleden voor het uitbreken van de pandemie. Er werd live gemusiceerd in de studio, evenwel nog zonder vocalist Mike Patton. Eenmaal hij op het voorplan moest komen was de uitbraak van covid-19 een feit. Samenkomen was niet meer mogelijk. Gelukkig is de technologie dezer dagen zo geavanceerd dat men probleemloos muziek kan uitwisselen en elkaar de nodige feedback geven. Patton zijn zangpartijen werden opgenomen in San Francisco. De finale afwerking gebeurde dan in Nashville in de studio van producer Paul Allen.



DE TIJD WAS RIJP
‘Tonic Immobility’ is Tomahawk hun vijfde langspeler die toeval of niet, verschijnt in het jaar dat ze hun twintigjarig bestaan mogen vieren. Echt plannen maken om een feestje te bouwen zijn er niet. Momenteel is het ook in de VS onmogelijk om een rondreis te organiseren, laat staan iets speciaals rond optredens op touw te zetten. Ook alles wat vorig jaar gerelateerd aan hun andere activiteiten is uitgesteld zou nu voorrang moeten krijgen. In zoverre dat mochten ze iets plannen met Tomahawk, dit toch sowieso in de wacht zou staan. Wat ze wel gaan doen is een aantal singles en videos uitbrengen. Daar moeten de fans het voorlopig mee doen. 


Ondanks alles vonden ze de tijd rijp om de nieuwe songs voor te stellen. Veel mensen werken vandaag van thuis uit. De actieradius buitenshuis is beperkt. De verveling kan dan toeslaan. Dus iets nieuws aanbieden, zij het nu is om te lezen, bekijken of beluisteren, is een optie waar ze gebruik van wilden maken. Daarom dat er niet werd gewacht met de release van ‘Tonic Immobility’.


Naast een soort van samenvatting zijn er ook nieuwe elementen terug te vinden in de twaalf songs op ‘Tonic Immobility’. Er zijn inderdaad referenties naar de vorige vier albums. Er zijn dingen waar je goed in bent en herkenbaar voor wie vertrouwt is met je muziek, dus waarom zou je daar afstand van doen, aldus nog Duane. Je kunt het wel wat bijspijkeren en actualiseren. Voor hem heeft het geen zin om telkens alles over boord te gooien en met iets totaal anders voor de pinnen komen. Tijdens zijn carrière heeft Denison zich een eigen weg gezocht en voor hem komt het er op neer om alles telkens opnieuw nauwkeuriger af te stemmen, je persoonlijke inbreng proberen verfijnen en met mondjesmaat nieuwe facetten toe te voegen.  


De titel ‘Tonic Immobility’ betekent letterlijk een status van tijdelijke verlamming veroorzaakt door overmatige stimulatie, waar te veel dingen aan de hand zijn en je letterlijk bevroren bent. Zelf zou ik er nooit zijn achtergekomen. De betekenis die Duane er aan geeft laat je bijna ongemerkt op een andere manier luisteren naar de liedjes. Ze worden ook anders definieert dan voorafgaand aan zijn uitleg.


FLAMENGO, BOSSANOVA EN SPAGHETTI

Net zoals op al hun vorige platen duiken ook hier referenties op naar Latijns-Amerikaanse muziek (Bossanova) en Flamengo. Daarnaast zijn er nog een paar verwijzingen naar spaghetti western soundtracks. Als je in de VS woont dan kom je daar vroeg of laat mee in aanraking. Duane groeide op in een voorstad van Detroit en leerde er Juan Serrano,  een bekende Spaanse gitarist kennen. Tijdens zijn laatste schooljaren reed Denison iedere donderdag naar zijn huis om van hem les te krijgen in Flamengo en klassieke gitaar. Lessen die hem als gitarist mee hebben gevormd. Mike Op zijn beurt is een muzikale veelvraat en luistert en staat open voor muziek in al zijn vormen. Daar valt ook filmmuziek onder van Ennio Morricone. Voor Duane bestaat de werkwijze om deze muziek in te kapselen bij Tomahawk door er helemaal anders mee om te gaan dan bijvoorbeeld het geval is bij de Gipsy Kings.

Alle vier de groepsleden zijn al decennia lang actief als muzikant. Elk heeft uiteraard zijn eigen inbreng. Toch bestaat er een soort van hiërarchie binnen Tomahawk. Duane: ‘het voordeel van in verschillende groepen te acteren is dat je ook telkens een andere rol van betekenis kunt spelen. Bijvoorbeeld John Stanier drumt ook in Battles en daar is hij onmiskenbaar één van de leidende figuren, ook als componist. Bij Tomahawk is hij meer een ondersteunende muzikant en daar kan hij zich best in vinden. Als musicus heb je een voorkeur voor één act die gezichtsbepalend is en waar je op gefocust bent. Bij de andere bands sluit je aan omdat je de muziek en/of de medemuzikanten leuk vindt. Je hebt er ook geen probleem mee om aangestuurd te worden. De zin of nood is er niet om telkens een grote verantwoordelijkheid te dragen. Gewoon meedoen geeft bijwijlen eerder voldoening. Zowel John als Trevor weten dat ze gewaardeerd worden. De afgelopen twintig jaar zat er al eens ruis op de onderlinge relaties en er zijn wrijvingen geweest - ook met toenmalig bassist Kevin Rutmanis - en dat hoor je ook, want het uitte zich in de muziek. Maar dat is denk ik eigen aan iedere muziekgroep. ‘A little friction can heaten things up.’

 


EEN PARALLEL UNIVERSUM

Als rockmuzikant beweegt Duane zich in een parallel universum. Alles wat samenhangt met muziek - het groepsgevoel, het musiceren, repeteren, opnemen, op toernee gaan, optreden - bezit een aparte tijdslijn. Het volgt zijn eigen logica, vertelt zijn bijzondere geschiedenis en kiest een zelf gekozen pad. Waar het eindigt dat zie je dan wel. Er wordt geen rekening gehouden met wat er zich aan de kantlijn afspeelt. Het betekent niet dat Duane zich afzijdig houdt van wat er in de echte wereld gebeurt of niet bezorgt is over het klimaat en hoe we omgaan met onze wereld in het algemeen. Hij heeft er geen behoefte om dergelijke problematiek te vertalen in zijn muziek. Er moet een uitlaatklep zijn om het even achter je te kunnen laten en dat is wat de muziek voor hem doet. 


Tonen dat je het met iemand of een gebeurtenis oneens bent hoef je niet altijd om te zetten in een tekst. Een opschrift op een T-shirt zegt soms meer dan een heel betoog afsteken. Heikele thema’s, zoals politiek en klimaat vertalen in liedjesteksten is niet gegeven aan iedereen. Als het over beheersing gaat van energiebronnen of het vinden van alternatieven dan maak je  in de muziekbranche geen al te beste beurt. Tijdens een optreden wordt er heel wat elektriciteit verbruikt. De kerosine of benzine die je nodig hebt om te vliegen of te rijden van de ene naar de andere bestemming is ook niet min. De kleedkamers en de concertzaal worden achtergelaten met massa’s afval. Daar iets aan veranderen lijkt Duane meer zinvol dan er teksten over te schrijven. Maar het blijft moeilijk om in korte tijd nieuwe en bruikbare technologieën te ontwikkelen om voor een ommekeer te zorgen in de muziekbranche. 


EEN MOOI VOORUITZICHT

In de huidige tijdgeest is het moeilijk om te overleven. Vooral voor jonge artiesten die aan het begin van hun carrière staan. Door de pandemie komt alles plots op de helling te staan. In Nashville bijvoorbeeld is een groot deel van het toerisme afhankelijk van de muziekbusiness. Het jaar rond komen er mensen van overal uit de wereld om er naar allerlei optredens te komen kijken. Ook kleinere clubs en zalen maken deel uit van dit circuit. Dat is nu allemaal verleden tijd. Zelf prijst Duane zich gelukkig dat hij behoort tot een oudere generatie van gevestigde artiesten die zich niet meer zonodig hoeven te bewijzen. De mogelijkheid te krijgen om in deze benarde tijd een nieuwe plaat te maken en het perspectief te hebben dat er muziekliefhebbers zijn die er naar uitkijken en zich het album willen aanschaffen is op zich een mooi vooruitzicht.



Tomahawk

Tomahawk

Tonic Immobility

Ipecac

Tomahawk viert zijn twintigjarig bestaan met de release van zijn vijfde langspeler. Fans bleven een tijd op hun honger zitten, want hun vorige ‘Oddfellows’ dateert toch al van 2013. Met Mike Patton, Duane Denison, John Stanier en Trevor Dunn kan Tomahawk bogen op een bezetting die tot de verbeelding spreekt en waarbij sommigen de term supergroep niet schuwen. En laat er geen twijfel over bestaan; het viertal maakt zijn reputatie meer dan waar. De twaalf songs hebben alles in huis om de rockliefhebber die niet vies is van een experimentele toets op zijn wenken te bedienen. De muzikanten beheersen hun instrumenten tot in de puntjes en met Patton als zanger hebben ze een frontman die alle vocale registers beheerst. De liedjes gaan van onvoorspelbaar naar gevat, onheilspellend, verfijnd, energiek, behaaglijk tot dissonant. ‘Tonic Immobility’ presenteert ons een volwassen band die barst van het zelfvertrouwen. Het kwartet voelt zich niet te beroerd om terug te grijpen naar fundamentele elementen uit vorige periodes en die dan te vermengen met vernieuwende facetten. Samengevoegd stuwen ze de kwaliteit van het songmateriaal de hoogte in. Het grillige verloop en het verkennen van een breed muzikaal spectrum zorgt soms voor enig ongemak en geschuifel, maar dat is nu eenmaal eigen aan Tomahawk. Luisteren naar ‘Tonic Immobility’ blijft een spannende belevenis en bij iedere luisterbeurt ontdek je andere details. In deze moeilijke tijden is het een verademing om nog eens moderne, veelzeggende muziek voorgeschoteld te krijgen die één ultieme boodschap met zich meedraagt: leef in je eigen tempo.