dinsdag 15 januari 2013

Diagonal


Diagonal

Figuratieve voorstelling omgezet in een muzikaal exploot

Honderden groepen zijn overal ter wereld actief. Vele factoren spelen een rol die eventueel een doorbraak kunnen forceren om een groter publiek te bereiken en/of veel van hun liedjes verkocht worden. Eén van die tot op heden illustere onbekenden is het Britse Diagonal (de groepsnaam leenden ze van een kantoorgebouw in Farnham waar op de gevel het woord ‘Diagonal’ hen in grote neonletters toeschreeuwde). Met ‘The Second Mechanism’ hebben ze een tweede album uit. Het vijftal speelt progressieve rock, geënt op de meest succesvolle periode van dit subgenre, ergens in de jaren zeventig van de vorige eeuw. Prog rock is al verscheidene keren op sterven na dood geweest, maar kent regelmatig een wederopbloei. Of 2012 en 2013 jaren zijn die aan de criteria voldoen om dit te bewerkstelligen; daarover bestaat nooit zekerheid. Ook al is ‘The Second Mechanism’ een schitterende langspeler. Diagonal zijn vijf uit spirituele, zeer begaafde en intelligente muzikanten die weten wat ze willen en er alles aan doe om in de muziekwereld actief te blijven. Met enige trots stellen we dan ook deze band voor aan de lezers van Rock Tribune.
Paul Van de gehuchte

Afgeslankte versie
Jullie waren eerst met zeven, nu nog met vijf. Was het vertrek van twee van de originele leden op muzikaal gebied een zegen of een vloek voor de groep?
Nick Richards: ‘In het begin zagen we hun vertrek met lede ogen aan. Het was een catastrofe, maar eenmaal we het besluit hadden genomen om door te gaan met de huidige constellatie dan verliep het schrijfproces eerder vlot en tamelijk snel. Met zijn vijven kwamen we vlugger tot een consensus en bleek het gehele proces minder pijnlijk dan voorheen. Elke medaille heeft echter zijn keerzijde en het nadeel van twee mensen te verliezen blijft muzikaal gezien toch een aderlating.’

Nick Whittaker: ‘Na de release van ons eerste album had ik onderhuids het gevoel dat we nood hadden aan verandering. Tegelijk kwam het als een donderslag bij heldere hemel. We stonden perplex toen we hoorden dat ze de groep gingen verlaten en ik had er geen goed oog in. Maar eenmaal we de draad terug oppikten viel het allemaal wel mee. De eerste twee nummers die we schreven, ‘Hulks’ en ‘Mitochondria’ beschouw ik veruit als onze beste songs. Alle twijfels verdwenen toen ik besefte dat we aan een nieuw hoofdstuk begonnen en tegelijk een andere weg insloegen.’

Ross Hossack: ‘Daar kan ik alleen maar mee instemmen. Ik denk dat je sowieso geneigd bent om bij de start van een nieuw project op zoek te gaan naar andere invalshoeken. Met het wijzigen van de bezetting was het voor ons zelfs onvermijdelijk geworden. Het enige waar ik spijt van heb is dat het materiaal waar we als zevental, na de release van ons debuut, nog aan hebben gewerkt, niet op tape is vastgelegd. Daar zat echt nog goed spul tussen.’

Zoek de zeven verschillen
Hoe verschillend is de muziek op ‘The Second Mechanism’ in vergelijking met jullie eerste schijf?
Nick Richards: ‘Het meest opvallende denk ik, is het weglaten van de zang, want 'The Second Mechanism' is bijna volledig instrumentaal. Het kleinere aantal muzikanten heeft er voor gezorgd dat we compacter spelen en meer gefocust zijn.’

Nick Whittaker: ’We blijven trouw aan dezelfde esthetische waarden De verschillen zitten hem in de textuur en het leggen van andere accenten. Saxofoon en synthesizers zijn meer prominent aanwezig. Nick speelt basgitaar op een andere manier dan Dan. We klinken heftiger en er hangt een andere, meer op elektronische klanken afgestemde stemming in de lucht. Ik denk dat we mooi in balans liggen wat betreft doorgaan op ons elan en onze expansiedrift. Als band blijft Diagonal herkenbaar en toch hebben we ook vooruitgang geboekt.’

Ross Hossack: ‘Een vriend gaf me de volgende uitleg: de eerste plaat klonk als een elpee uit 1971 en de huidige als een uit 1975. Vreemd genoeg is vier jaar net het aantal jaren dat ligt tussen het uitbrengen van beide titels. Ik heb er goede hoop op dat de derde er sneller komt. Liever dat dan, om in de gedachtengang van mijn vriend te blijven, een plaat maken die overeenstemt met één die uitkwam in 1979.’

Hoe moeilijk is het om alle ideeën te kanaliseren, te verfijnen en uit te werken tot echte songs?
Nick Richards: ‘Dat kan soms een zenuwslopend en pijnlijk proces zijn. Het schrijven van nieuw materiaal is voor het merendeel een collectief gebeuren. De uitwerking ervan is het steeds maar opnieuw inspelen en een soms eindeloos herhalen. Al improviserend lukt het ons orde in de chaos te brengen. Tijdens dit verwerkingsproces wordt gaandeweg alles vastgelegd. Het moeilijkste is om tijdens de transitie een thema of melodie aan te houden die de uiteenlopende fragmenten als een vloeiend geheel laat klinken en dat zonder geforceerd over te komen.’
Nick Whittaker: ‘We werken hard aan de arrangementen. Het komt erop aan naar elkaar te luisteren en de dynamiek binnen de groep een kans te geven en te aanvaarden. Dat is de enige manier om alle verschillende tendensen bij elkaar te brengen en te laten samensmelten tot een geheel waar iedereen zich voor een stukje kan in terug vinden. Het is belangrijk om ook het onverwachte te omarmen. Dat maakt het juist spannend wanneer je werkt met een groep mensen die democratische principes hoog in het vaandel voeren. Het verrassingseffect wanneer een muziekstuk, door de inbreng van één individu een onverwachte wending neemt kan zeer bevredigend zijn.’

Je zei het al; jullie muziek is overwegend instrumentaal. Wanneer voel je aan dat een song nood heeft aan een tekst? En over welke onderwerpen schrijf je dan? 
Nick Whittaker: ‘Ik ben zeker niet de meest getalenteerde tekstschrijver. Ik denk vooral in termen van melodie en muziekpartituren voor saxofoon. Maar een stem kan een nummer iets bijzonders geven dat het zonder niet zou hebben. Ik ga op mijn gevoel af en als het beter klinkt met tekst dan is het zo. Of het kan net omgekeerd. We hebben met het idee gespeeld om meerdere songs van tekst te voorzien, maar uiteindelijk kozen we toch voor de saxofoon. Behalve dan in 'Hulks'. Daar was iedereen binnen de groep het over eens dat de gezongen versie de beste was. Bij het schrijven kijk ik meer naar hoe de woorden samenvallen en naar de beelden die ze oproepen. Het is niet mijn bedoeling om een verhaal te brengen.'

Wanneer weet je of een compositie echt af is? 
Nick Whittaker: 'Na het uren na elkaar te hebben gerepeteerd denk ik dat de wijze waarop we onze muziek schrijven en vooral de manier dat we die muziek live brengen doorslaggevend is voor succes. Dat betekent dat we pas tevreden zijn over een compositie wanneer na talloze repetities blijkt dat we het met verve en vol van vertrouwen kunnen naspelen.'

Nick Richards: 'Voor mij is het van belang hoe de compositie van begin tot einde een zekere dynamiek heeft. Het is een gevoel dat zowel tijdens het spelen en luisteren tot uiting moet komen. Ik ben veeleisend en probeer die drang naar perfectionisme over te brengen op de anderen. Het moet goed zitten in het hoofd. Eenmaal ik dat punt heb bereikt en er niet meer gesleuteld moet worden dan pas kan ik me helemaal concentreren op de emoties die het nummer teweeg brengt. Zoals Nick al zei bereik je dergelijk resultaat pas na vele uren repeteren.'

Hoe zijn de eerste reacties op 'The Second Mechanism' en loopt de verkoop een beetje?
Nick Whittaker: 'Over het algemeen zijn de reacties positief, waar we zeer tevreden mee zijn. Het is altijd leuk om positieve kritieken te lezen. Elke artiest heeft het graag dat zijn ego wordt gestreeld, zijn visie wordt gedeeld en bevestigd door een publiek, hoe klein of groot dat ook is. Je kunt natuurlijk niet iedereen op je hand krijgen en dat is iets waar je moet leren mee omgaan. Je mag je niet laten kisten omdat een aantal mensen je muziek maar niks vindt. Of de plaat goed verkoopt weet ik niet. Ik weet wel dat ik nog elke dat moet gaan werken om brood op de plank te krijgen.’

Ross Hossack: 'Ik was er altijd van overtuigd dat dit album voor tweedracht zou zorgen. Zelfs bij mensen die echt fan zijn van Diagonal. Het is geen makkelijke, licht verteerbare hap en ik kan best begrijpen dat niet iedereen er even wild van is zoals ik het ben. Het doet deugd om te zien dat er toch mensen zijn die ervan kunnen genieten en dat mijn geloof in de muziek die we maken niet helemaal misplaatst is.’

Nick Richards: 'Er valt veel te zeggen over de verschillende oordelen die geveld worden! Zo was niet elke bespreking positief. Elke recensent heeft een eigen mening en die moet je respecteren. Ik heb liever dat een luisteraar onze muziek haat of dat die op zijn minst een reactie losweekt dan dat hij helemaal niets voelt. We zijn ons helemaal bewust van het feit dat Diagonal geen muziek maakt die voor iedereen bestemd is. Dus is het fantastisch dat er toch mensen zijn die meegaan in ons verhaal en onze muziek ten volle weten te appreciëren.'

Hoe het allemaal begon
Wat is de muzikale achtergrond van elk van jullie? 
Nick Whittaker: ‘Ik heb vrij jong klarinet leren spelen en experimenteerde met opnametoestellen. Toen ik veertien was ben ik overgeschakeld op saxofoon. Ik haatte de saaie theorie lessen, maar heb toch de klassieke opleiding tot een goed einde gebracht. Vandaag ben ik blij dat ik muzieknoten kan lezen en mijn theorie in praktijk kan brengen in functie van Diagonal. Persoonlijk vind ik het geen essentiële kennis, maar het heeft toch voordelen.’
Nick Richards: ‘Dave en ik hebben een paar jaar gitaarlessen gevolgd gedurende onze schooltijd, maar verder dan dat zijn we niet geraakt. Muziek studeren was niet aan mij besteed. Ik speel alles op het gehoor. Luke is een autodidact en heeft zich het drummen eigen gemaakt en hij kan ook piano spelen.'
Ross Hossack: ‘Niets formeel eigenlijk. Ik ben geïnteresseerd in het manipuleren van geluiden en hoe die creatief aan te wenden. Ik neem alles op. Van ongewone, experimentele muziek, tot opnames in open lucht, op industriële sites en alles wat van dicht of ver als sample zou kunnen gebruikt worden.’
Nick Richards: ‘Als tieners kwamen we samen en improviseerden met het opnemen van obscure dingen. Als een soort van collectief starten we met jammen en het spelen van luide, heftige psychedelische rock. Zo is Diagonal ontstaan.’

Zijn jullie professionele muzikanten?
Nick Whittaker: ‘Spijtig genoeg niet nee. Zelf geef ik les in het secundair onderwijs aan minder valide kinderen. Ik ben ook bezig met behalen van mijn doctoraat.'

Nick Richards: ‘Met Diagonal valt er geen geld te verdienen. Zelf ben ik winkelbediende, Luke is boekhouder, Ross zit in financieel management en Dave maakt orthopedische apparatuur.’

Ruimte voor improviseren
Je sprak al over improvisatie. Wat moeten we ons daarbij voorstellen? 
Nick Whittaker: ‘Er is altijd ruimte voor improviseren. Het maakt deel uit van het schrijven van nieuw materiaal. Ik ben dol op improviseren vooral als we live spelen. Al blijven we altijd binnen een bepaald structureel kader. Het resultaat is helemaal verschillend van als je op de vertrouwde, formele manier muziek schrijft. Het werkt in de twee richtingen. Uiteraard zit je altijd in een schemerzone, want tijdens een optreden is enige spontaniteit een vereiste, ook al blijf je trouw aan een strikt schema.’

Wordt er veel gerepeteerd?
Nick Whittaker: ‘Dat hangt af van de omstandigheden. We hebben het allemaal heel druk!’

Nick Richards: ‘We proberen om eenmaal per week samen te komen. Als we moeten optreden of als er een nieuwe plaat zit aan te komen trachten we het aantal bijeenkomsten op te drijven. Het is moeilijk om tijd vrij te maken. Overdag werkt iedereen en Dave heeft een pril gezinnetje dat zijn aandacht opeist. In onze ideale wereld zouden we alle dagen samen musiceren, maar in de huidige situatie is dat ondoenbaar. Soms zijn we met twee of drie en dan wordt alles opgenomen en naar de anderen verstuurd via mail. Op die manier blijft iedereen op de hoogte en kan er verder worden gewerkt zonder dat we elkaar effectief ontmoeten.’

De economische crisis
Heeft de economische crisis een impact op een groep als Diagonal en op de Britse muziek scène in het algemeen?
Nick Whittaker: ‘Aangezien we weinig geld genereren heeft de crisis op de groepsinkomsten geen effect. Wat optredens betreft zijn we voor een stuk afhankelijk van onze respectievelijke werkgevers om vrijaf te kunnen nemen. Dat blijft een discussiepunt en het heeft ook wel financiële gevolgen. Als we bijvoorbeeld voor een langere periode niet kunnen optreden of een studio moeten huren voor als we nieuwe nummers willen opnemen. In Groot-Brittannië heb je een toplaag van artiesten, een kleine 5 procent die wereldberoemd zijn en sloten geld verdienen. De overige 95 procent verdient weinig of niets. Men vraagt ons soms waarom we zo weinig toeren. Het antwoord is simpel: om een tournee als hoofdact in elkaar te boksen heb je kapitaal nodig en dat hebben we niet. Iedereen zou ook zijn ontslag moeten geven en als fulltime muzikant aan de slag gaan, maar dan neem je financieel te grote risico’s. Concerten worden niet goed betaald en je moet er veel tijd in investeren. Toch zijn we heel gelukkig met wat we doen. Voor een jonge muzikant is het zalig, ook al weet hij dat elke andere medewerker of het nu de concertpromotor, de zaaleigenaar is of de lichtman is, beter worden vergoed. Maar hij staat tenminste op het podium en je mag er donder op zeggen: stiekem dromen ook al die anderen ervan, wat hun functie ook is, om daar te staan!'

Nick Richards: 'Dankzij de huidige regering wordt het voor een kunstenaar in het Verenigd Koninkrijk steeds moeilijker om het hoofd boven water te houden. Men zegt dikwijls dat de conservatieve partij precies weet wat alles kost, maar niet de waarde van iets weet in te schatten. De regering volgt zijn ideologische agenda waarbij onder meer organisaties die zich bezig houden met kunst hun subsidies verliezen. Men treft zo de creatieve industrie in het hart. Voor ons als muziekgroep maakt dit geen verschil. We voorzien in eigen onderhoud met eigen geld. Dat is al een uitdaging op zich, maar ik denk niet dat het meer invloed heeft op onze carrière dan bijvoorbeeld het feit dat we geen management hebben of een boekingsagent of dat onze muziek niet echt hip is!'

Mocht je de kans hebben om je perfecte groep samen te stellen wie zou er dan deel van uitmaken?
Nick Richards: 'In mijn band zou ik kiezen voor Christian Vander als drummer en ofwel Jannick Top of Bernard Paganotti als bassist. Ik ben ook een grote fan van Geezer Butler en John Wetton, dus er zal moeten geroteerd worden. Het is verschrikkelijk moeilijk om een gitarist te kiezen, maar als ik er toch eentje naar voor moet schuiven dan de Peter Green in zijn glorietijd. Met eventueel Kawabata Makoto als tweede gitarist. En voor een toetsenist als Vangelis hou ik ook een plaatsje vrij.'

Nick Whittaker: 'Andere muzikanten kiezen dan degenen waar ik nu mee samenspeel zou een belediging zijn aan hun adres. Daarom breidt ik mijn groep uit met David Cross op viool, Lindsay Cooper op hobo en fagot, Reebop Kwakuh Baah als percussionist, Khalil Balakrishna op elektrische sitar en als achtergrondzanger Demetrio Stratos.'

Nick Richards: 'Het is een harde noot om te kraken vind je niet? Het is de ultieme slotvraag aan de toog van elke kroeg. We hebben allemaal zoveel muzikale helden dat het onmogelijk is ze samen te krijgen binnen de constellatie van één enkele band. En hoe maak je het onderscheid tussen al die verschillende stijlen en genres? Zo kunnen we de ideale prog of metal act samen stellen... en zo kunnen we nog wel een hele poos doorgaan.'

We zullen doorgaan
Heel wat bands hebben vandaag groepsleden die de pensioengerechtigde leeftijd hebben bereikt of die al zijn gepasseerd. Zijn jullie zinnens door te gaan tot het bittere einde?
 Nick Whittaker: ‘Ik denk dat je als muzikant moet doorgaan tot zolang je het fijn vindt om te doen. Er mag daar geen leeftijdsgrens op staan. Het zou niet in mij opkomen om te stoppen omdat ik te oud ben of zou zijn. Integendeel, ik ben benieuwd hoe ik als muzikant ga evolueren en wat de komende jaren nog voor mij in petto hebben. Mocht echter de inspiratiebron opdrogen dan kap ik er mee.’
Nick Richards: ‘Daar denk ik nog niet aan. Ik veronderstel dat mijn leven er dan heel anders zal uitzien. Wie weet waar we dan allemaal zijn en waar we dan mee bezig zijn?

Wat zijn de nadelen aan het leven van een rockmuzikant?
 Nick Whittaker: ‘Het verlangen en de wil om creatief te blijven en vooruitgang te boeken is soms heel lastig. Vooral als je daarnaast een job moet uitoefenen. Maar muziek is mijn passie en dat maakt me heel gelukkig.'

Nick Richards: ‘Soms heb ik het gevoel dat ik constant met mijn hoofd tegen een muur bonk. Om opgemerkt te worden temidden het overaanbod van releases en de duizenden groepjes die zich dagelijks willen bewijzen werkt tamelijk frustrerend. Vooral als je niet het talent hebt om jezelf te verkopen of aan te prijzen. Gelukkig zijn er Rise Above en Metal Blade die onze platen verdelen en uitbrengen. Hoe dan ook, rekening houdend met het genre dat we spelen, is het moeilijk om aan de bak te komen en een publiek te bereiken. Zelfs in onze thuisstad loopt dit niet van een leien dakje.'

Laag, lager, laagst
Welke waarden zijn belangrijk genoeg om door te geven aan de volgende generaties?
Nick Richards: ‘Mocht je me dezelfde vraag binnen dertig jaar nog eens stellen, misschien dat ik je dan een antwoord zou kunnen geven. Op dit ogenblik ken ik mijn eigen waarden niet. Trouwens, het is niet aan mij om te bepalen hoe andere mensen moeten leven. Voorlopig heb ik mijn handen vol met het organiseren van mijn eigen bestaan zodat het niet uitdraait op een chaotische klucht. Je leefsituatie heeft een enorme impact op je normbesef. Mocht ik bijvoorbeeld door omstandigheden genoodzaakt zijn om een leven op straat te leiden, zonder een dak boven mijn hoofd en zonder inkomen dan zouden mijn waarden en prioriteiten er helemaal anders uitzien dan wat ze nu zijn.’

Tijdens mijn zoektocht naar informatie over Diagonal vond ik heel weinig foto’s, persberichten of interviews. Kiezen jullie bewust voor een laag profiel? Je laat de muziek voor zich spreken?
Nick Whittaker: ‘Het is te hopen dat de muziek voor zich spreekt, want anders dringt zich de vraag op: waar zijn we in godsnaam mee bezig? De rest is bijzaak. Al kan het helpen wanneer men zich een beeld wil vormen van de artiest in kwestie. In plaats van op zoek te gaan naar informatie zou ik er persoonlijk voor kiezen om eerst de kunstenaar aan het werk te zien. Hetzelfde geldt voor foto’s. Ga gewoon naar een concert, want een muzikant hoort thuis op een podium.’

Nick Richards: 'We kiezen niet bewust voor een laag profiel, we zijn gewoon niet populair! Veel aanvragen voor interviews krijgen we niet. De pers laat ons links liggen. Dus is er geen nood aan een echte persmap, met alles erop en eraan. Het idee van een zekere vorm van anonimiteit vind ik wel aantrekkelijk. De muziek voor zich laten spreken, enzovoort. Maar dat kan redelijk contraproductief werken, zeker als niemand ooit van je gehoord heeft.’

Wat zijn de beste jaren om als rockmuzikant actief te zijn zowel artistiek, commercieel als seksueel?
Nick Whittaker: ‘Och, je kunt succesvol zijn op elke leeftijd. Het meest ostentatief – in alle drie de betekenissen – komt het toe aan wie jong is. Veel hangt af van je eigen ambitie. Op artistieke voldoening staat geen leeftijd. Ik kon me lange tijd niet voorstellen dat we ooit onze eerste plaat zouden kunnen overtreffen. Wat kan tippen aan de eerste muzikale stappen van een jeugdige, naar victorie kraaiende band? Aan de andere kant: een grotere maturiteit op muzikaal en persoonlijk vlak is artistiek gezien een verrijking. Als het over seks gaat kunnen we kort zijn: het gemiddelde aantal toeschouwers – zowel mannen als vrouwen - zijn typerend voor het publiek dat een prog rock concert bijwoont. Dat zegt genoeg denk ik.’

De nieuwe helden
Naar welke muziek luister je dezer dagen?
Nick Whittaker: ‘We zijn constant bezig met muziek en daar hoort ook het luisteren naar andermans werk bij. Recent is het Steve Roach die me intrigeert. Ik zie mezelf dan wel afdalen naar donkere space/ambient plek waar het leuk vertoeven is. De laatste jaren heb ik veel klassieke muziek gekocht. Ik wordt euforisch bij het horen van Dmitri Sjostakovitsj en ik heb een fantastische verzamelbox met werk van de Italiaanse componist Giacinto Scelsi. Andere hoogvliegers zijn: Eloy, Flower Travellin’ Band, Robin Trower, Dün, Jean Michel Jarre, Hampton Grease Band, Satin Whale, de lijst is eindeloos… .’

Ron Hossack: ‘The Sensations’ Fix dat opnieuw is uitgebracht op RVNG Intl is formidabel. En eindelijk ben ik er toe gekomen om de muziek van Steve Moore (Zombi) onder de loep te nemen. Ik vind altijd wel nieuwe dingen waar ik plezier aan beleef.’

Nick Richards: ‘De laatste tijd luister ik naar YOB, Boris, Red Fang, Swans, Joy, Owl, Baroness, Shub Niggurath, en meer sterk en heftig spul. Ben ook bezig met de gaten op te vullen in mijn Electric Wizard collectie. Iets totaal anders wat me boeit is The Unthanks hun ‘Songs From The Shipyards’.’

Een echte thuis
Waarom wonen jullie in Brighton en niet in London of Manchester?
Nick Richards: ‘Behalve Dave die in Lewes woont, dat ligt 13 kilometer van Brighton, wonen we in elkaars buurt. Eén van de voordelen is dat Brighton een kleine stad is. Alles ligt binnen loopafstand en is gemakkelijk bereikbaar. Er wonen veel kunstenaars en muzikanten en rekening houdend met de omvang en het aantal inwoners zijn er zeer veel activiteiten. Er valt bijna iedere avond wel iets te beleven. Toch hebben de laatste jaren een paar belangrijke locaties de deuren gesloten. De werkloosheid is hoog, de lonen zijn erg laag en een huis of appartement huren peperduur. En toch blijft het een leuke stad om te wonen.’

Wat is de volgende stap in het verhaal van Diagonal? Meer concerten spelen? Een derde album maken? De wereld rondreizen?
Nick Whittaker: ‘Hopelijk lukt het allemaal! Live spelen en optreden is waarschijnlijk onze grootste troef. We doen het ook graag en het is de meest directe manier om een publiek voor je te winnen. Het maakt ons niet uit waar het is, als we maar ons ding kunnen doen. Een derde langspeler zit er zeker aan te komen. Misschien wel sneller dan voorzien. We zijn volop aan het brainstormen. 2013 wordt voor ons een spannend jaar.’


The CNK & Snowy Shaw


The CNK & Snowy Shaw
Révisionnisme
Angelic Music
CNK oftewel Count Nosferatu Kommando, later ongedoopt tot Cosa Nostra Klub slaat voor de uitvoering van hun verzameling van favoriete nummers, de handen in elkaar met veteraan Snowy Shaw (King Diamond, Mercyful Fate, Dream Evil, Dimmu Borgir, Notre Dame, Memento Mori en Therion). CNK selecteerde tien songs gaande van Beastie Boys, Leonard Cohen over Emperor, Impaled Nazarene, Nick Cave & Kylie Minogue, Guns N’ Roses tot de erg gecontesteerde Gary Glitter. Net als met de heruitgave van 'Ultraviolence (Über Alles) is de fotografie homo erotisch getint en dat voor een groep die zich een industrial/black metal imago aanmeet. Over de interpretaties van de uitverkoren tracks zullen de meningen danig verschillen. Totaal van de pot gerukt is hun versie van 'Everybody Knows' van Leonard Cohen. Ik zie de bejaarde troubadour zo zijn tenen krullen. De rest valt eigenlijk nog mee. Tenminste als je de gezwollen en pompeuze inkleuring en het grauwe, grommende geschreeuw kunt verdragen. 'Révisionnisme' staat bol van de retoriek. Eigenlijk een zoveelste, overbodige release, tenzij deze Franse afspiegeling van Laibach je nauw aan het hart ligt. Slechts een viertal songs maken het helemaal waar: 'Slayer's 'Season In The Abyss', 'Blood Is Thicker Than Snow (Alternate Version)' van Impaled Nazarene, 'Weißes Fleisch' van Rammstein en 'I Am The Black Wizards' (Emperor).   

Skånska Mord

Skånska Mord
Paths To Charon
Small Stone Records
Zanger Janne Bengtson en bassist Patric Carlsson bezitten een grote collectie veel gezochte en obscure vinylplaten uit de tijd van toen. Samen met hun drie kompanen hoeft het niemand te verbazen dat Skånska Mord dan ook teruggrijpt naar de sound van de vroege jaren zeventig en de tot dat tijdperk behorende topacts in zowel het hardrock, progressieve rock, blues en psychedelische rock segment. ‘Paths To Charon’ is de opvolger voor het in 2010 verschenen debuut ‘The Last Supper’. Punt van kritiek was toen het onevenwicht en de wat mindere songs. Dit deed de motor sputteren, maar nooit stilvallen. Het vijftal heeft daaruit lessen getrokken en probeert om die minpunten weg te werken. Het groepsgeluid blijft zo goed als intact. Alleen wordt er meer ruimte gecreëerd voor een op blues/bluesrock met een psychedelische toets afgestemde invalshoek. De groep klinkt vetter en een tikje meer zweverig, waarbij de twee gitaristen al eens afdwalen en naargelang de smaak van de luisteraar een al dan niet overbodige solo ten beste geven. De mondharmonica is zo goed als het zwijgen opgelegd. Alleen in 'The Flood' mag Janne nog eens voluit lucht blazen en zuigen. Verfrissend is de stem van gastzangeres Ann-Sofie Hoyles die vocale steun verleent in 'Addicts'. Verassend is de met jazzy tonen opgesmukte, instrumentale track 'Laggasen'. Tot het betere werk behoren ook 'The Ambassadeur' en 'Rising'. Het moet gezegd: op hun tweede schijf heeft dit Zweedse combo beter zijn draai gevonden en dit opent perspectieven voor de toekomst.    

Mantric Muse


Mantric Muse
Mantric Muse
Transubstans Records
Mantric Muse is niet de eerste band die via vrije speel- en lange jamsessies een plaat in elkaar bokst. De Denen brachten heel wat tijd door in de oefenruimte en stelden een heuse catalogus samen met het materiaal dat tijdens die bijeenkomsten werd gespeeld en opgenomen. Daarna begon men met het bewerken, structuren en arrangeren om zo tot composities, die naam waardig te komen. De opbouw blijft haaks staan op wat men normaliter onder de term ‘song’ verstaat. Zelf omschrijven ze hun instrumentale nummers als een impulsieve reis langsheen het menselijke zenuwstelsel. Mantric Muse haalt zijn inspiratie bij gelijkaardige, meer gerenommeerde acts als het Öresund Space Collective en Ozric Tentacles. Een echt geestelijke zuivering valt je niet ten deel bij het beluisteren van 'Mantric Muse'. Recitaties zitten erin verweven, doch het magische effect blijft achterwege. De eerste tracks bieden weinig meer dan andere, gelijkaardige releases. Alle bekende ingrediënten zijn aanwezig. De muziek drijft rustig voorbij als één van de vele kadavers in de heilige rivier de Ganges. Net als bij Ozric Tentacles zitten er wat meer gespierde en/of jazz getinte fragmenten bij zoals in 'Cinope' en 'Azur'. Die staan dan weer in contrast met de meer minimalistische en repetitieve invulling van 'Sfunx'. 'Gnoxience' is een heus 'bliepjes' festijn dat vooral de space cowboys onder u in een heuglijke stemming zal brengen. 'Deep Sea Cheops' klinkt het meest klassiek en prog rock getint met elektrische gitaren als belangrijkste component. Ook al zijn het uitstekende muzikanten; Mantric Muse heeft te weinig een eigen gezicht en blijft in de schaduw van zijn meer illustere voorgangers.  

Horseback & Locrian


Horseback & Locrian
New Dominions
Relapse Records
Split cd die in 2011 in eerste instantie slechts in beperkte oplage (300 stuks) te koop was als vinylplaat bij Utech Records. Een tweede persing in augustus 2012 bedroeg nog een kleiner aantal: slechts 177 exemplaren. ‘New Dominions’ is een uniek samenwerkingsverband tussen twee van de meest toonaangevende experimentele black metal bands die vandaag op deze aardkloot actief zijn. De mini elpee telde slechts twee tracks, maar wordt op cd editie aangedikt met drie extra nummers. Eén is een remix van openingsfragment ‘The Gift’ door James Plotkin. ‘Oblivian Eaters’ is een compositie van Horseback, Locrian draagt ‘In The Absence Of Light’ bij. Black metal is een te enge omschrijving van beide bands hun muzikale escapades. Hun werk deint uit naar andere subgenres als dark ambient, doom, drone en een duistere, obscure vorm van psychedelische rock. De impact van hun muziek valt niet te onderschatten. Men verkent het terrein van extreme muziek en probeert dit nog verder uit te diepen in nieuw te exploreren arealen waar de vrees voor het onbekende in een kille, beklemmende omgeving het individu in zijn greep houdt. Deze meer uitgebreide versie van 'New Dominions' is een schitterend werk dat je op sleeptouw neemt op een ijzingwekkende trip die tot ver voorbij de hellepoorten reikt.

Hong Faux


Hong Faux
The Crown That Wears The Head
Pristine Music/Alive
Zweeds kwartet dat in positieve zin weet te verrassen. De jongens opteren voor stoner rock, maar mikken daarbij een kwak glam rock, blues en power metal in de mix. Het maakt van ‘The Crown That Wears The Head’ een genietbaar album. Niet wereldschokkend, noch grensverleggend, maar wel onderhoudend. Acht liedjes die instaan voor iets meer dan een half uur van aangenaam vertier waarbij je de kopzorgen en de sleur van de voorbije (werk)dag even van je af kunt zetten. Het had zelfs iets langer mogen duren, want voor een lekkere pot rock/metal zijn we altijd te vinden. Ook tekstueel maken ze een goede beurt met hun sarcastische kijk op de medemens. Beste song naar mijn gevoel is ‘Pearlgarden’, doch ook 'Hit Hard Hit First', ‘Bad City Blues’, ‘Deathmatch’, ‘Jack Of Clubs’ en ‘Sparrow Hills’ zijn prima nummers. Leuk plaatje om de laatste weken van het jaar mee zoet te maken en resoluut door te stomen naar 2013.   

Diminished Men


Diminished Men
Capnomancy
Abduction Records
Wat zou 2013 op muzikaal gebied zoal in petto hebben? Onder meer de nieuwe langspeler van Diminished Men. 'Capnomancy' is een bizar werkstuk en tamelijk uniek. Het trio bestaande uit gitarist Steve Schmitt, drummer Dave Abramson en multi-instrumentalist Simon Henneman brengt de soundtrack van een onuitgegeven film. Enkele termen die het vehikel nog het best omschrijven zijn exotisch, claustrofobisch, bangelijk, bloederig en lichtjes gestoord. De muziek klinkt zowel herkenbaar als wereldvreemd. Overwegend instrumentaal weet het drietal een boeiend geheel voor te schotelen. Koortsige, onrustige, spannende tracks die wonderlijke taferelen oproepen uit lang vervlogen tijden of toekomstige landschappen portretteren. De plaat begint intrigerend met 'Oblong Trance'. Een naar adem happend personage, gierende gitaren, een beklijvende melodie, de schrik zit er meteen in. 'Black Vapor' tovert de jaren vijftig tevoorschijn inclusief Latijns Amerikaanse ritmes en zonder het spookachtige thema van opener 'Oblong Trance' uit het oog te verliezen. Het hyper nerveuze, springerige 'Kapnos Escape' zet die trend door. Angst is de kerngedachte, ook in het prachtige, door gastzangeres Sara Johanne vertolkte 'Hoarding Light'. Storende factor zijn andermaal de sterk vervormde gitaarklanken en saxofoon. Dat laatste instrument torent boven de rest uit in het zwoele, prikkelende 'Tacombover'. In de titelsong huilt de wind door de kieren, kraakt de houten vloer en sluipt de in schaduwen gehulde huisgeest langsheen de muren van de enkel door kaarsen verlichte kamers. 'Expulsion' drijft de spanning ten top met een ontsporende drummer die Animal (Dr. Teeth And The Electric Mayhem) gewijs de pannen van het dak speelt. Diminished Men, een voortreffelijke band. Een pluim ook voor producer Randall Dunn. 'Capnomancy': geestvervoering en koude rillingen verzekerd.