zaterdag 4 september 2010

Jello Biafra And The Guantanamo School Of Medicine


Jello Biafra And The Guantanamo School Of Medicine
The Audacity Of Hype
Alternative Tentacles Records/Sonic Rendezvous

23 jaar geleden, in 1986, trok Jello Biafra de stekker uit ‘zijn’ Dead Kennedys. (De groep werd wel in 2001 heropgericht, maar dan zonder Biafra). Muziek als politiek wapen was voor Jello het middel bij uitstek en zonder begeleidingsband zag hij zich genoodzaakt om beroep te doen op andere bands (The Melvins, NoMeansNo, DOA), eigen projecten (Lard met Al Jourgensen van Ministry) en in navolging van Henry Rollins, gesproken woord performances om zijn gal te spuwen. Geïnspireerd door de show van The Stooges waarmee Iggy Pop zijn zestigste verjaardag vierde, wou Biafra op zijn beurt zijn eigen vijftigste verjaardag niet onopgemerkt laten voorbijgaan. Hij trommelde met Ralph Spight, Jon Weiss en Billy Gould enkele bevriende muzikanten op en doopte zijn gelegenheidsband Jello Biafra And The Axis Of Merry Evildoers! Het combo speelde twee uitverkochte concerten en dat viel zo goed in de smaak dat men besloot om door te gaan. Kimo Ball werd ingehaald als tweede gitarist en het gezelschap herdoopte zich tot Jello Biafra And The Guantanamo School Of Medicine. Op ‘The‘Audacity Of Hype’ trekt Jello van leer tegen de Amerikaanse overheid. Thema’s die aan bod komen zijn de ‘Irak fobie’, het veel besproken gevoel van onveiligheid, de langzame vorming van een politiestaat, de nog altijd durende klassenstrijd en het propageren van familiewaarden als de enige hoeksteen van de samenleving. Ook op het puur muzikale vlak bijt Biafra nog steeds van zich af. Hij bedient zich hier van een ‘space punk meets proto punk’ stijl met tussendoor een streepje industrial percussie. De dubbele gitaar uithalen van Spight en Ball zorgen voor spervuur, de ritmetandem Gould en Weiss hamert er op los en dan is er natuurlijk nog de unieke stem van Jello Biafra zelf. Deze ‘The Audacity Of Hype’ brengt zowel The Dead Kennedys als Lard terug in herinnering. Echt vernieuwend is het niet en het werkstuk kent met ‘Three Strikes’ en ‘New Feudalism’ enkele mindere momenten. Ook de ‘hidden track’ (een potje teringherrie – ‘ I Won’t Give Up’ achterstevoren gespeeld?) is niet veel soeps. Voor de rest niets dan lof voor deze zelfbewuste, frisse vijftiger en zijn hulpjes.

Geen opmerkingen: